Veehouderij en milieueffectrapportage
Voor 'Installaties voor intensieve veehouderij' is een milieueffectrapportage nodig bij het oprichten, wijzigen of uitbreiden van een veehouderij met meer dan:
- 900 kraamzeugen, guste en dragende zeugen, opfokzeugen (HD2, HD3, HD5, nu nog D 1.2, D 1.3, D 3)
- 3.000 vleesvarkens (HD5, nu nog D 3)
- 85.000 mesthoenders (HE3, HE4, HE5, nu nog E 3, E 4, E 5)
- 60.000 hennen (HE1, HE2, nu nog E 1, E 2)
Dit staat in bijlage V, project A1 van het Omgevingsbesluit Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
Dit betekent dat voor de aanvraag om een omgevingsvergunning met meer dan de genoemde aantallen een milieueffectrapport moet worden gemaakt. Het milieueffectrapport moet de initiatiefnemer samen met de aanvraag indienen.
Veehouderij en mer-beoordeling
In alle andere vergunningplichtige gevallen moet het bevoegd gezag voor 'Installaties voor intensieve veehouderij' een mer-beoordeling maken voordat de vergunning kan worden verleend. Het gaat om installaties voor het houden van landbouwhuisdieren. Dat zijn alle diersoorten die vallen onder het begrip landbouwhuisdier Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
De initiatiefnemer moet een mededeling doen aan het bevoegd gezag, uiterlijk op het moment van zijn aanvraag. De mededeling bevat informatie over de milieueffecten van zijn voornemen. De mededeling en de aanvraag omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit kunnen tegelijkertijd worden gedaan. Het verzoek om de mer-beoordelingsbeslissing is dan onderdeel van de aanvraag. Het bevoegd gezag beoordeelt of er sprake kan zijn van aanzienlijke milieueffecten. Als dat het geval is, dan wordt de aanvraag afgewezen. De initiatiefnemer kan dan opnieuw een aanvraag doen met een milieueffectrapport als bijlage, zijn aanvraag aanpassen of afzien van het project.
Let op: De initiatiefnemer kan ook eerst een verzoek doen om een mer-beoordelingsbeslissing, en daarna de aanvraag omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit doen.
Let op: Een mer-beoordeling kan ook nodig zijn als een veehouderij mest covergist of een andere techniek toepast om mest te behandelen.
Doel van de mer-beoordeling
Doel van de mer-beoordeling is te beoordelen of er aanzienlijke milieueffecten kunnen zijn. De mer-beoordeling is niet bedoeld om te toetsen of een project aan normen voldoet.
Dat een project aan milieunormen voldoet, wil niet zeggen dat er geen aanzienlijke milieueffecten kunnen zijn. Andersom is een besluit dat er aanzienlijke milieueffecten kunnen zijn, niet een oordeel over de vraag of het project al dan niet vergund kan worden.
Doel van een milieueffectrapportage is de milieueffecten in beeld te brengen en milieuvriendelijkere opties te onderzoeken. In de uitspraak van de Afdeling van de Raad van State, nr. ECLI:NL:RVS:2018:2496 van 25 juli 2018, zegt de Afdeling dit heel duidelijk.
Meer informatie
Meer informatie over mer staat op de pagina Milieueffectrapportage (mer).
