Onderwijsfunctie in het Bbl

Ruimte niet bestemd voor het geven van onderwijs

Als een ruimte niet bestemd is voor het geven van onderwijs maar wel voor administratie of het samenkomen van personeel, dan kan deze geschikt zijn als kantoorfunctie of bijeenkomstfunctie. Het is niet nodig om een directeurskamer zowel als kantoorfunctie of bijeenkomstfunctie aan te wijzen. Dit geldt ook als in die ruimte andere personen worden ontvangen. De communicatie in een directeursruimte zal meestal niet afwijken van de communicatie die gelijk is aan die van een kantoorfunctie.

De aanvrager bepaalt de indeling in gebruiksfuncties

Bij een aanvraag om een omgevingsvergunning bepaalt niet het bevoegd gezag, maar de aanvrager de indeling in gebruiksfuncties. Heeft de aanvrager van de omgevingsvergunning het bouwwerk als onderwijsfunctie ingedeeld? Dan moet de gemeente het bouwplan dus toetsen volgens de eisen die het Bbl stelt aan een onderwijsfunctie. Hieronder vallen eisen aan het brandveilig gebruik van het bouwwerk.

Andere gebruiksfuncties binnen het gebouw mogelijk

Ruimtes binnen het gebouw kunnen ook nog andere functies hebben. Denk aan een kantoor (kantoorfunctie). Ook bij scholen kan sprake zijn van andere gebruiksfuncties. Bijvoorbeeld een fietsenberging (overige gebruiksfunctie). Deze functies worden nevengebruiksfuncties genoemd.