Instructieregels toelaten geluidgevoelig gebouw bij een activiteit

Toepassingsbereik: situaties waarbij instructieregels gelden

Het bevoegd gezag beoordeelt het geluid bij toelaten van een geluidgevoelig gebouw in het omgevingsplan. Bij het toelaten van een geluidgevoelig gebouw bij een activiteit gelden instructieregels.

Toelaten kan ook een aanpassing zijn van bestaande regels in het omgevingsplan. Bijvoorbeeld het wijzigen van het beschermingsniveau of de functie van een gebouw. Een geluidgevoelig gebouw (bijlage 1 Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)) is een:

• gebouw met een woonfunctie
• gebouw met een onderwijsfunctie
• gebouw voor kinderopvang met bedden
• gebouw voor gezondheidszorg met bedden

De waarden, eisen en mogelijkheden in de instructieregels voor het bereiken van een aanvaardbaar geluid, zoals genoemd in artikel 5.65 tot en met 5.71 Bkl, gelden voor het toelaten van een geluidgevoelig gebouw voor langer dan 10 jaar (artikel 5.55, lid 2 onder b Bkl).

Tip - Voor tijdelijke gebouwen moet alleen worden voldaan aan een aanvaardbaar geluidsniveau

Het bevoegd gezag past in ieder geval de waarden en eisen uit de instructieregels toe bij het vaststellen van een omgevingsplan, een projectbesluit of een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

Meer informatie staat op de pagina ‘Toepassingsbereik instructieregels toelaten activiteit of geluidgevoelige gebouw bij een activiteit’.

Waarden en eisen voor beschermen gezondheid en milieu

Het bevoegd gezag houdt bij toelaten van een geluidgevoelig gebouw bij een activiteit altijd rekening met het belang van het beschermen van de gezondheid en het milieu. Hiervoor bevat het Bkl een systematiek met waarden en eisen waarbinnen het bevoegd gezag de aanvaardbaarheid van geluid beoordeelt (artikel 5.59 Bkl).

Meer informatie over deze afwegingsystematiek is te vinden op de pagina ‘Systematiek beoordelen van geluid bij toelaten activiteit, (spoor)weg, industrieterrein of geluidgevoelige gebouw ’.

Bereiken aanvaardbaar geluid door één activiteit bij toelaten gebouw

Bij toelaten van een geluidgevoelig gebouw moet geluid op dat gebouw aanvaardbaar zijn. Na het toelaten van een geluidgevoelig gebouw moet elke toegelaten activiteit aan de regels over geluid in het omgevingsplan kunnen voldoen. Gelijktijdig met het toelaten van dit gebouw kan het wijzigen van de regels over geluid door een activiteit op een locatie daarom nodig zijn.

De instructieregels bevatten waarden en eisen voor het beoordelen van geluid. Ook bevatten deze regels flexibiliteit voor het maken van decentrale keuzes. De regels over geluid door activiteiten werken twee kanten op. De instructieregels voor bereiken van een aanvaardbaar geluid door een activiteit gelden zowel voor het toelaten van een activiteit als het toelaten van een geluidgevoelig gebouw.

Informatie over de werking van instructieregels voor het voorzien in een aanvaardbaar geluid door één activiteit vindt u op:

• Bereiken aanvaardbaar geluid door een activiteit
• Bereiken aanvaardbaar geluid door een specifieke activiteit