Instructieregels toelaten lokale weg of spoorweg
Het bevoegd gezag beoordeelt het geluid bij toelaten van een lokale (spoor)weg in het omgevingsplan. De instructieregels bevatten waarden en eisen voor het beoordelen van geluid op geluidgevoelige gebouwen.
Toepassingsbereik: situaties waarbij instructieregels gelden
De instructieregels gelden voor geluid op een geluidgevoelig gebouw voor toelaten van een nieuwe of een significante wijziging van een bestaande:
- lokale weg: een verharde gemeente- of waterschapsweg met een verkeersintensiteit van ten minste 1.000 motorvoertuigen per etmaal. Een woonerf is uitgesloten (artikel 5.78i, onder a van het Besluit kwaliteit leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bkl))
- lokale spoorweg waarvoor geen geluidproductieplafond (gpp) is vastgesteld: een spoorweg die niet bij omgevingsverordening is aangewezen (artikel 5.78i, lid 1, onder b Bkl)
Het bevoegd gezag past de instructieregels toe bij het vaststellen van een omgevingsplan, omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit of een projectbesluit.
De soort significante wijzigingen en geluidgevoelige gebouwen staan hieronder nader toegelicht.
Fysieke wijziging van een lokale (spoor)weg
Een significante fysieke wijziging van een lokale (spoor)weg is (artikel 5.78j Bkl):
- verplaatsen van één of meer rijstroken of sporen met meer dan 2 m
- verhogen of verlagen van de rijstroken of sporen met meer dan 1 m
- een toename van het aantal rijstroken (niet zijnde voorsorteerstroken en in- en uitvoegstroken) of aantal sporen
- vervangen van een wegdek door een minder stil wegdek
- vervangen van een spoorconstructie door een minder stille spoorconstructie, of
- verwijderen van geluidbeperkende maatregelen bestaande uit werken of bouwwerken langs weg of spoor
Wijziging in gebruik van een lokale (spoor)weg
Een significante wijziging van gebruik van een lokale weg betekent dat het bevoegd gezag een verkeersbesluit neemt zonder een fysieke wijziging, maar met een toename van meer dan 1.5 dB (artikel 21a, Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer).
Een significante wijziging van gebruik van een lokale spoorweg (artikel 5.78k Bkl) is een wijziging die leidt tot een toename van geluid met meer dan 1.5 dB door:
- het verhogen van de maximumrijsnelheid
- het vervangen van spoormaterieel door minder stil spoormaterieel of
- het verhogen van de treinintensiteit
De toename is het verschil tussen de situatie in een maatgevend jaar na de wijziging en de situatie in datzelfde jaar zonder die wijziging.
Geluidgevoelig gebouw
De waarden en eisen in de instructieregels voor het bereiken van een aanvaardbaar geluid in artikel 5.78m, lid 3 tot en met 5 Bkl gelden op de gevel van een langer dan 10 jaar toegelaten geluidgevoelig gebouw (artikel 5.78, lid 2 Bkl). Een geluidgevoelig gebouw (Bijlage 1 Bkl) is een:
- gebouw met een woonfunctie
- gebouw met een onderwijsfunctie
- gebouw voor kinderopvang met bedden
- gebouw voor gezondheidszorg met bedden
De instructieregels gelden niet voor geluid op een niet-geluidgevoelige gevel (artikel 5.78i, lid 2 Bkl).
Waarden en eisen voor beschermen gezondheid en milieu
Het bevoegd gezag houdt bij toelaten van een lokale (spoor)weg altijd rekening met het belang van het beschermen van de gezondheid en het milieu. Hiervoor bevat het Bkl een systematiek met waarden en eisen waarbinnen het bevoegd gezag de aanvaardbaarheid van geluid beoordeelt. Meer informatie over deze afwegingsystematiek is te vinden op de pagina Systematiek beoordelen van geluid bij toelaten activiteit, (spoor)weg, industrieterrein of geluidgevoelige gebouw.
Waarden
Het Bkl bevat standaardwaarden en grenswaarden voor geluid door een geluidbronsoort op een geluidgevoelig gebouw. Deze waarden zijn van toepassing op het geluid van alle geluidbronnen van een geluidbronsoort. De waarden die bij toelaten van een gemeenteweg, lokale spoorweg of waterschapsweg gelden, staan in de volgende tabel.
Geluidbronsoort |
Standaardwaarde (dB) (tabel 3.34 Bkl) |
Grenswaarde (dB) (tabel 3.35 Bkl) |
---|---|---|
Gemeentewegen Waterschapswegen |
53 Lden |
70 Lden |
Lokale spoorwegen |
55 Lden |
70 Lden |
Het bevoegd gezag moet voorzien in een aanvaardbaar geluid door een lokale (spoor)weg op een geluidgevoelig gebouw (artikel 5.78l, lid 2 Bkl). De kans op gezondheidsschade is klein als het geluid voldoet aan de standaardwaarde. Minder geluid dan de standaardwaarde of het geluid op het tijdstip van de wijziging van het omgevingsplan, is aanvaardbaar (artikel 5.78m, lid 1 en lid 2 Bkl). Het bevoegd gezag mag meer geluid dan de standaardwaarde als aanvaardbaar beoordelen. Het besluit moet dan voldoen aan de eisen uit de instructieregels (artikelen 5.78m tot en met 5.78q Bkl).
Waar de waarden gelden
Op grond van artikel 5.78, lid 3 Bkl bepaalt het omgevingsplan dat de waarden gelden:
- op een aangewezen geluidgevoelig gebouw:
- op de gevel, als het gaat om een aanwezig geluidgevoelig gebouw
- op de locatie waar een gevel mag komen, als het gaat om een nieuw te bouwen geluidgevoelig gebouw
- op de begrenzing van de locatie voor het plaatsen van een woonschip of woonwagen en
- in geval van een binnenwaarde, in een geluidgevoelige ruimte
Onderwijs en kinderdagverblijf
Het is mogelijk dat in het omgevingsplan het gebruik van een gebouw voor onderwijs of kinderdagverblijf niet is toegelaten in de avond en/of nachtperiode. De standaardwaarde voor Lnight geldt in dat geval niet. In plaats van Lden leest u dan in de tabel:
- Lde, als het omgevingsplan gebruik in de nachtperiode uitsluit
- Lday, als het omgevingsplan gebruik in de avond- en nachtperiode uitsluit
Uitgangspunt hoeveelheid geluid
In Bijlage 1 Bkl is het geluid door een geluidbronsoort gedefinieerd als het geluid van alle wegen of spoorwegen die bij de geluidbronsoort horen. Dat betekent dat het geluid door bijvoorbeeld een gemeenteweg, het geluid is van alle gemeentewegen samen.
De hoeveelheid geluid van de geluidbronsoort gemeenteweg, waterschapsweg of lokale spoorwegen is gelijk aan het geluid gemaakt in het maatgevende jaar (artikel 5.78a, lid 1, onder b Bkl). De gemeente kan ook het geluid van een lokale spoorweg samenvoegen met een gemeenteweg, als deze grotendeels gebundeld of verweven is (artikel 12.13m Bkl).
De verdere regels voor het bepalen van het geluid staan in de omgevingsregeling (artikel 5.78a, lid 4 Bkl). Op de pagina ‘Vindplaats regels over geluidonderwerpen in de Omgevingswet’ staat per geluidonderwerp de vindplaats van onder meer de regels over meten en rekenen.
Startpunt bij wijziging lokale (spoor)weg
Als de waarde op geluidgevoelige gebouwen voorafgaand aan de wijziging van het omgevingsplan hoger is dan de standaardwaarde bedoeld in tabel 3.34 Bkl, geldt die waarde als startpunt van de beoordeling (artikel 5.78m lid 2 Bkl).
De eisen bij meer geluid dan de standaardwaarde
Bij geluid tussen de standaardwaarde of waarde die heerste voorgaand aan de wijziging van het omgevingsplan en de grenswaarde vindt een bestuurlijk afweging plaats. Bij deze afweging geldt een aantal eisen. Geluid boven de grenswaarde is niet toegestaan, behoudens enkele uitzonderingen.
Geluid tot en met grenswaarde
Het bevoegd gezag kan alleen geluid tot en met de grenswaarde op de gevel van een geluidgevoelig gebouw toestaan als ze:
- geen geluidbeperkende maatregelen Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) kan treffen om aan de standaardwaarde te voldoen (artikel 5.78n, lid 1, onder a Bkl)
- de overschrijding van de standaardwaarde zoveel mogelijk heeft beperkt door het treffen van geluidbeperkende maatregelen (artikel 5.78n, lid 1b Bkl).
- bij voorwaarde 1 en 2 geluidbeperkende maatregelen overweegt die financieel doelmatig zijn en tegen het treffen geen overwegende bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of technische aard bestaan (artikel 5.78n, lid 2 Bkl)
- besluit tot geluidwerende maatregelen Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) als het geluid in een geluidgevoelige ruimte hoger is dan de grenswaarde in geluidgevoelig ruimte (binnenwaarde) (artikel 3.52 Bkl). De karakteristieke geluidwering van deze ruimte is minstens 3 dB groter dan het verschil tussen het gezamenlijk geluid en de grenswaarde. Deze grenswaarde in geluidgevoelig ruimte is meestal 36 dB. In een beperkt aantal bestaande situaties is de grenswaarde 41 dB (artikel 3.52, lid 1, onder a sub 1 Bkl).
- het gecumuleerd geluid beoordeelt (artikel 5.78p Bkl)
- het gezamenlijk geluid bepaalt (artikel 5.78q Bkl)
Meer geluid dan de grenswaarde
Als zwaarwegende belangen dat rechtvaardigen, kan het bevoegd gezag in een uitzonderlijk geval meer geluid dan de grenswaarde toestaan. Gelet op ingrijpende karakter mag dit alleen als het bevoegd gezag (artikel 5.78o Bkl):
- ervoor zorgt dat voldaan wordt aan de eisen die gelden bij geluid tot en met de grenswaarde.
- vindt dat zwaarwegende economische belangen of zwaarwegende andere maatschappelijke belangen dat rechtvaardigen.
Bij het toelaten van een wijziging van een (spoor)weg kan de geluidemissie hoger zijn dan de basisgeluidemissie van de (spoor)weg zoals deze in het geluidregister staat. Bij het toelaten van de geluidbron kan de gemeente alvast maatregelen overwegen in het kader van monitoren van de bge. Deze overweging is pas op grond van artikel 3.28 Bkl verplicht bij het monitoren van de bge.
Dit wil niet zeggen dat er geen hinder en gezondheidsschade op kan treden.
Begrip: Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) is een van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet.
Lees meer op de pagina Inhoud Besluit kwaliteit leefomgeving.
Begrip: Geluidbeperkende maatregel
Maatregel die het geluid op een geluidgevoelig gebouw verlaagt (bijlage 1 Besluit kwaliteit leefomgeving).
Begrip: Geluidwerende maatregel
Maatregel aan een geluidgevoelig gebouw ter beperking van het geluid in dat gebouw (bijlage 1 Besluit kwaliteit leefomgeving).