Instructieregels over aanvaardbaar geluid bij toelaten activiteit, (spoor)weg, industrieterrein of geluidgevoelige gebouw
Bij toelaten van een activiteit, lokale (spoor)weg of geluidgevoelig gebouw op een locatie voorziet het bevoegd gezag in een aanvaardbaar geluid op aangewezen geluidgevoelige gebouwen. Wat aanvaardbaar is, volgt uit een belangenafweging over beschermen en benutten van de leefomgeving en de (on)mogelijkheden die er zijn om maatregelen te treffen.
Aanvaardbaar geluid door geluidbronnen met een geluidproductieplafond
Bij toelaten van een geluidbron met een geluidproductieplafond (gpp) is het geluid in ieder geval aanvaardbaar als de situatie voldoet aan de standaardwaarde (artikel 3.34 Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)). Het bevoegd gezag toetst het geluid van een geluidbronsoort aan deze hoofdregel bij vaststellen van een gpp. Bij meer geluid dan de standaardwaarde gelden de grenswaarden en eisen uit ‘Afdeling 3.5 Geluid door wegen, spoorwegen en industrieterreinen’ Bkl.
Deze waarden en eisen zijn van belang bij een evenwichtige toedeling van functies aan locaties en daarom bij:
Aanvaardbaar geluid door één activiteit op een geluidgevoelig gebouw
Artikel 5.59 lid 2 Bkl verplicht tot het voorzien in een aanvaardbaar geluid door één activiteit (vaak een bedrijf) op een geluidgevoelig gebouw. Het bevoegd gezag bepaalt en regelt wat nodig is voor het bereiken en in stand houden van een aanvaardbaar geluid per activiteit. De regels in het omgevingsplan gelden voor degene die de activiteit verricht of wil gaan verrichten. Een regel in het omgevingsplan kan bijvoorbeeld een waarde bevatten.
Bij het bereiken van een aanvaardbaar geluid door één activiteit geldt een grenswaarde voor geluid in geluidgevoelig ruimte (binnenwaarde). Daarnaast bevat paragraaf 5.1.4.2.2 van het Bkl instructieregels met mogelijkheden voor het bereiken van aanvaardbaar geluid. Bijvoorbeeld de standaardwaarde en een regeling voor festiviteiten.
Voor de volgende situaties gelden instructieregels:
- activiteiten, anders dan specifieke activiteiten (paragraaf 5.1.4.2.1 en 5.1.4.2.2 Bkl)
- specifieke activiteiten (paragraaf 5.1.4.2.1 en 5.1.4.2.3 Bkl)
- activiteiten in de openbare buitenruimte/evenementen ((paragraaf 5.1.4.2.1 en artikel 5.73 (uitzonderingen geluidbronnen) Bkl)
Aanvaardbaar geluid door een weg, spoorweg of industrieterrein op een geluidgevoelige gebouw
Het bevoegd gezag moet voorzien in een aanvaardbaar geluid op de gevel van een geluidgevoelig gebouw in een geluidaandachtsgebied bij het toelaten van een:
- gemeenteweg, waterschapsweg en lokale spoorweg waarbij een geluidgevoelig gebouw in het geluidaandachtsgebied is of gelijktijdig wordt toegelaten (artikel 5.78l lid 2 Bkl)
- geluidgevoelig gebouw in het aandachtsgebied van een rijksweg of hoofdspoorweg, aangewezen lokale spoorweg, provinciale weg of industrieterrein (artikel 5.78s lid 2 Bkl)
Voor een geluidgevoelige gebouw dat langer dan 10 jaar is toegelaten (artikel 5.78 lid 2 en 3.18 lid 2 Bkl) in een geluidaandachtsgebied bevat het Bkl een afwegingssystematiek met een standaardwaarde en een grenswaarde. Bij meer geluid dan de standaardwaarde op de gevel van een geluidgevoelig gebouw gelden eisen. De standaardwaarden en grenswaarden staan in onderstaande tabel.
Geluidbronsoort | Standaardwaarde |
Grenswaarde toelaten geluidgevoelig gebouw |
Grenswaarde toelaten geluidbron |
---|---|---|---|
Provinciale wegen Rijkswegen |
50 Lden |
60 Lden |
65 Lden |
Gemeentewegen Waterschapswegen |
53 Lden |
70 Lden |
70 Lden |
Lokale spoorwegen Hoofdspoorwegen |
55 Lden |
65 Lden |
70 Lden |
Industrieterreinen |
50 Lden |
55 Lden |
60 Lden |
Industrieterreinen |
40 Lnight |
45 Lnight |
50 Lnight |
Een omgevingsplan voorziet erin dat het geluid op een geluidgevoelig gebouw niet hoger is dan de standaardwaarde (artikel 5.78m lid 1 en artikel 5.78t lid 1 Bkl). De kans op gezondheidsschade is klein als het geluid voldoet aan de standaardwaarde. Voldoen aan de standaardwaarde leidt over het algemeen tot een maatschappelijk aanvaardbaar beschermingsniveau. Het bevoegd gezag voorkomt een overschrijding van de standaardwaarde en toename van geluid boven de standaardwaarde zoveel mogelijk.
Het bevoegd gezag kan meer geluid dan de standaardwaarde op een geluidgevoelig gebouw als aanvaardbaar beoordelen. Meer geluid kan nodig zijn vanwege andere belangen dan gezondheid, zoals mobiliteit of werkgelegenheid. Uit de belangenafweging over beschermen en benutten van de leefomgeving blijkt hoeveel geluid aanvaardbaar is. De waarden en eisen in het Bkl sturen deze belangenafweging van het bevoegd gezag. Dit bestuursorgaan kan in beleid bepalen hoe het de waarden en eisen uit de instructieregels toepast bij besluitvorming. Meer geluid dan de grenswaarde is niet toegestaan, behoudens enkele uitzonderingen.
Bij het bereiken van een aanvaardbaar geluid gelden de waarden, eisen en mogelijkheden uit de instructieregels. Voor de volgende situaties gelden instructieregels:
Begrip: Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) is een van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet.
Lees meer op de pagina Inhoud Besluit kwaliteit leefomgeving.
Begrip: één activiteit
Eén activiteit is een clustering van activiteiten op basis van het Besluit kwaliteit leefomgeving, afgekort Bkl (meerdere activiteiten beschouwen als één activiteit). Het bevoegd gezag beoordeelt geluid of trillingen door één activiteit op een geluid- of trillinggevoelig gebouw. Dit staat in artikel 5.58 Bkl (geluid) en artikel 5.82 Bkl (trillingen). Eén activiteit is vaak een bedrijf, maar een evenement kan ook één activiteit zijn.