Spoor VTH-processen
Hier ziet u alle sessies onder het spoor VTH-processen.
Onder de Omgevingswet kunnen gemeenten eigen milieunormen in hun omgevingsplan opnemen. Daarmee omvat de VTH-taakuitvoering ook de normen uit het omgevingsplan. Dit verandert de rol van omgevingsdiensten. Het belang van een goede milieuadvisering door omgevingsdiensten wordt belangrijker. In deze sessie nemen we u mee in hoe u invulling kunt geven aan deze adviesrol. Wat vraagt het van omgevingsdiensten en – net zo belangrijk – van gemeenten?
De verschillen tussen de Landelijke Handhavingsstrategie (LHS) en de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO) en een terugblik op werksessies.
"Het versterken van de decentrale uitvoeringskracht", dat is de boodschap achter de ontwikkeling van het digitale VTH-stelsel. Het stelsel maakt mogelijk dat lokale beleidsautonomie behouden blijft terwijl er wel landelijke eenheid en samenwerking in uitvoering van VTH-taken ontstaat. Niet alleen de individuele partijen worden daardoor effectiever en robuuster, het hele stelsel wordt sterker. Én een fundamenteel betere informatiepositie, zowel voor het stelsel als geheel, als voor de individuele partijen als voor vergunningverleners en toezichthouders. De grondplaat van het digitale stelsel is daarom niet alleen de grondplaat voor een betere informatievoorziening maar ook voor de samenwerking tussen partijen en daarmee de werking van het hele stelsel. Zonder de eigen organisatorische context los te laten. In andere woorden, decentraal organiseren en tegelijkertijd tegen lage kosten samenwerken, leren en innoveren. Pijler 3 van het interbestuurlijk programma versterking VTH-stelsel licht de gedachte en de grondplaat van het digitale VTH-stelsel en het pad om daar te komen toe.
Het woord ‘stelselverantwoordelijkheid’ valt regelmatig als het gaat over alle ontwikkelingen binnen het stelsel VTH. Ook de commissie Van Aartsen vond er van alles van. Maar wat verstaat het ministerie van IenW nu eigenlijk onder het VTH-stelsel, wat zijn de taken en verantwoordelijkheden binnen het huidige stelsel en wat zijn de beperkingen? Ronald Bakker en Emmy Heijmans van het ministerie van I&W gaan daar op in.
Dit project houdt zich bezig met het uitvoeren van signalerende en thematische onderzoeken met als doel te reflecteren op het functioneren van het VTH-stelsel milieu. De staatssecretaris, provincies en gemeenten kunnen op basis van de uitkomsten sturen en bijsturen. Meer informatie over de thematische en signalerende onderzoeken vindt u op de ILT-website. Daar vindt u ook een oproep om signalen over het niet goed functioneren van het VTH-stelsel door te geven. Ook zal in deze sessie kort worden ingegaan op de samenwerking tussen ILT en Omgevingsdienst NL als onderdeel van een project 'Samenwerken in het VTH-stelsel'.
Omgevingsdiensten werken met een regionaal programma. De commissie Van Aartsen is van mening dat dit beter moet. Het kan niet zo zijn dat onvoldoende middelen zijn om het programma uit te voeren. Maar hoe moet dit dan wel? In het interbestuurlijk programma Versterking VTH-stelsel hebben we een model uitgewerkt wat een antwoord moet zijn op de tekortkoming welke de commissie Van Aartsen heeft gesignaleerd.
Naast de beginselplicht tot handhaving bestaat evengoed de beginselplicht tot invordering. Het uniform mandaatbesluit voorziet m.b.t. handhaving in de mandatering van de volledige proceslijn inclusief invordering. De daadwerkelijke effectuering van handhavingsbeschikkingen is van belang voor de geloofwaardigheid van handhaving. Wanneer bevoegde gezagen wel handhavingsbeschikkingen nemen, maar deze vervolgens niet effectueren, dan ‘voelt’ de overtreder de gevolgen van handhaving niet, waardoor de effectiviteit van handhaving onder druk komt te staan. Alleen bijzondere omstandigheden kunnen de invordering van een dwangsom door de overheid in de weg staan. Voor een deel van de omgevingsdiensten is dit een nieuwe bevoegdheid. In deze sessie staat centraal hoe verbeurde dwangsommen effectief kunnen worden ingevorderd en kunnen goede voorbeelden worden gedeeld.
Een van de aanbevelingen van de commissie-Van Aartsen ging over regionaal werken door omgevingsdiensten. In deze sessie gaan we in op hoe een regionaal programma tot stand komt, gelet op de procescriteria in het Omgevingsbesluit. We bespreken de rollen van de betrokken bestuurlijke partijen als gemeenten, provincie en inbreng van de strafrechtelijke kant. De route die we volgen noemen we ook wel de BIG-8.
Gemeenten en provincies zijn verplicht een minimaal takenpakket over te dragen aan een omgevingsdienst: het basistakenpakket. We tonen de laatste versie.
Binnen het IBP-VTH is een modelmandaat ontwikkeld dat een einde maakt aan de honderden verschillende mandaten binnen Nederland. Een model-mandaat maken is één ding; implementeren is een heel ander verhaal! Dat gaan we behandelen in deze workshop met de centrale vraag hoe we er voor gaan zorgen dat over enkele jaren overal hetzelfde wordt gewerkt volgens een voor iedereen helder mandaat? De presentatie wordt gegeven door de opsteller van het mandaat. de inleiding van deze workshop wordt gegeven door de voorzitter van de werkgroep van het IBP-VTH.
De sessie betreft een vervolg op de samenwerking met rijkspartijen tijdens de Schakeldag vorig jaar. Over de exacte invulling en bemensing denken we nog na. De inhoudelijke omschrijving wordt nagestuurd. In ieder geval gaan we in op voorbeelden in regio's waar we inmiddels ervaring hebben opgedaan met, en het op gebruik van, de Samenwerkfunctionaliteit (SWF).
De thermometer in het VTH-stelsel. Er is afgelopen jaren veel gezegd over de uitvoering van de VTH-taken en hoe het stelsel functioneert. Het ene na het andere rapport is verschenen. Het IBP VTH hoopt een flinke kwaliteitsimpuls te geven. Maar hoe kunt u nu meten hoe het VTH-stelsel zich de goede kant op beweegt en hoe rapporteert u dat? Daarvoor wordt een Staat van VTH ontwikkeld. Deze workshop geeft een toelichting wat de ideeën zijn.
Voor de toepassing van de regels voor geur, fijnstof en luchtwassers is het nodig om inzicht te hebben in de ventilatie van stallen. De sessie behandelt o.a. verschillende manieren van ventileren (overdruk, onderdruk, centraal, decentraal), cascadeventilatie, combinatie van lengte- en nokventilatie, ventilatiebehoefte, richtlijnen van het Klimaatplatform, dimensionering luchtwasser, gebruik van informatie uit de klimaatcomputer en de borging en controle van uittreesnelheden en de optimale benutting van warmtewisselaars en stoffilters bij deelstromen.
Omgevingsdiensten nemen elkaar 'de maat' door elkaar onderling te visiteren om van elkaar te leren, verbeterpunten te formuleren en daarop actie te ondernemen. Zo worden omgevingsdiensten gestimuleerd om de VTH-processen en de inrichting van hun organisaties continu te monitoren en te verbeteren. In deze sessie wordt uitgelegd hoe de visitaties worden uitgevoerd en hoe dat leidt tot doorlopend verbeteren.