Overgangsrecht bij milieueffectrapportage (mer)
Het overgangsrecht voor de milieueffectrapportage (mer) sluit aan bij het overgangsrecht voor het besluit over een plan, programma of project waarvoor de mer-regelgeving geldt.
Overgangsrecht
Voor alle besluiten over plannen, programma’s en projecten die zijn voorbereid onder het oude recht, volgt u de hoofdregel voor het overgangsrecht – het overgangsrecht dat geldt voor het desbetreffende besluit.
Heeft het bevoegd gezag het ontwerpbesluit vóór inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage gelegd? Of is een vergunning voor een project aangevraagd vóór inwerkingtreding van de Omgevingswet? Dan blijft het oude recht gelden tot het besluit onherroepelijk is. Dit betekent dat de regels van hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer en het Besluit milieueffectrapportage op dit besluit blijven gelden. De nieuwe mogelijkheden onder de Omgevingswet, zoals de plan-mer-beoordeling, kunt u niet gebruiken.
Kijk voor het overgangsrecht voor plannen en besluiten die opgaan in de Omgevingswet op de pagina: Overgangsrecht naar de Omgevingswet.
Bij onverplicht programma geen overgangsrecht
Stelt u een vrijwillig een programma op dat voldoet aan de eisen van de Omgevingswet? Dan gelden de eisen van de Omgevingswet (zie ook artikel 4.11 Invoeringswet Omgevingswet). Dit betekent dat ook de regels voor milieueffectrapportage uit de Omgevingswet gelden.
Project-mer-beoordeling
Mededeling voornemen project-mer-beoordeling
Heeft een initiatiefnemer aan het bevoegd gezag een mededeling voor een mer-beoordelingsplichtige activiteit gedaan vóór inwerkingtreding van de Omgevingswet? Dan staat dit gelijk aan de mededeling voor een mer-beoordelingsplichtig project onder de Omgevingswet. Dit staat in artikel 4.94 Invoeringswet Omgevingswet.
Besluit mer-beoordelingsplichtige activiteit
Heeft het bevoegd gezag voor inwerkingtreding van de Omgevingswet een mer-beoordelingsbesluit genomen en van dit besluit kennisgegeven? Maar heeft de initiatiefnemer nog geen vergunningaanvraag ingediend? Dan staat dit mer-beoordelingsbesluit gelijk aan een beoordeling als bedoeld in artikel 16.43, tweede lid, van de Omgevingswet. Dit staat in artikel 4.95 Invoeringswet Omgevingswet.
Heeft het bevoegd gezag geen mer-beoordelingsbesluit genomen en heeft de initiatiefnemer geen vergunningaanvraag ingediend? Dan moet de project-mer-beoordeling verder plaatsvinden onder de Omgevingswet.
Vormvrije mer-beoordeling (onder de drempel van de D-lijst)
Bij de vormvrije mer-beoordeling mag de aanmeldnotitie worden ingediend bij de aanvraag. Heeft het bevoegd gezag de vormvrije mer-beoordeling nog niet afgerond? Maar heeft de initiatiefnemer wel een vergunningaanvraag ingediend? Dan blijft het oude recht van toepassing.
Heeft het bevoegd gezag wel een besluit genomen op de aanmeldnotitie, maar is dit besluit nog niet gepubliceerd? Dan wordt dit besluit gepubliceerd onder het oude recht.
Formele mer-beoordeling (boven de drempel van de D-lijst)
De initiatiefnemer kan officieel de aanvraag pas indienen als het bevoegd gezag de mer-beoordelingsbeslissing heeft genomen. Het bevoegd gezag laat de aanvraag buiten behandeling als er geen mer-beoordelingsbeslissing aan vooraf is gegaan of als het gewenste milieueffectrapport niet is bijgevoegd (artikel 7.28, lid 2 Wet milieubeheer).
Als het bevoegd gezag geen mer-beoordelingsbesluit heeft genomen en de initiatiefnemer daarom geen vergunningaanvraag heeft ingediend, dan vindt de project-mer-beoordeling bij indiening van de aanvraag na 1 januari 2024 verder plaats onder de Omgevingswet (artikel 4.95 Invoeringswet Omgevingswet).
Geen MER bij de aanvraag
Als er een MER-plicht geldt voor de activiteit, dan moet het MER bij de aanvraag ingediend worden. Als het MER niet bij de aanvraag zit, dan wordt de aanvraag buiten behandeling gelaten (artikel 16.49 Omgevingswet, artikel 7.28 Wet milieubeheer). Het MER is onderdeel van de aanvraag (indieningsvereiste). Zolang deze niet is bijgevoegd bij de aanvraag is de aanvraag ook niet officieel ingediend. Als de aanvraag na inwerkingtreding wordt ingediend, dan valt deze onder de Omgevingswet.
Voorbereiden van de mer-procedure
Er is geen apart overgangsrecht voor de procedure voorafgaand aan een aanvraag (artikel 7.27 Wet milieubeheer). Deze procedure hoort bij het uiteindelijk te nemen besluit, net als het MER. Het overgangsrecht is niet van toepassing op de voorbereidingsprocedure, want dan is de aanvraag nog niet ingediend. Als de aanvraag niet voor inwerkingtreding wordt ingediend, dan geldt de Omgevingswet en moet de volledige procedure conform de Omgevingswet doorlopen worden.
De (voorbereidende) procedure is al gedeeltelijk doorlopen
De kennisgeving voor het opstellen van een MER uit de Wet milieubeheer vervalt onder de Omgevingswet voor vergunningen. Dit geldt wel nog voor een projectbesluit of omgevingsplan. Het niet doen van een kennisgeving is bij het uiteindelijke besluit op een vergunning dus geen tekortkoming. Het wel aanwezig zijn van een kennisgeving vormt geen belemmering.
Heeft u het voornemen een projectbesluit te nemen, en heeft u nog geen kennisgeving gedaan bij de start van de procedure? Dan dient u deze alsnog te doen. Het niet doen van een kennisgeving is bij het nemen van het projectbesluit een tekortkoming.
Het vaststellen van reikwijdte en detailniveau is onder de Omgevingswet niet meer verplicht bij een project-mer. De NRD geeft richting aan de inhoud van het MER voor een specifiek voornemen. Een NRD die opgesteld is voordat de Omgevingswet in werking is getreden, is nog steeds geldig in zoverre dat deze nog steeds aangeeft welke punten van belang zijn om te bekijken in de MER.
Let op: inhoud plan-MER
Is er al een MER opgesteld? Dan kan deze ook onder de Omgevingswet ingediend worden. Let op dat er mogelijk vanuit de Omgevingswet nieuwe aanvullende vereisten voor het MER gelden. Het MER moet hierop aangevuld worden voordat het concept-projectbesluit genomen wordt.
Bij de locatie- of tracékeuze voor een project-MER kunt u de locatie of tracéafwegingen gebruiken die eerder in een plan-MER zijn gemaakt (artikel 16.52 Omgevingswet). Dit kan ook wanneer het plan-MER onder de oude wetgeving is gemaakt. De voorwaarde daarbij is dat het eerdere plan-MER actueel is en er geen aanzienlijke wijzigingen zijn.
Ontheffingen van de plicht tot het maken van een project-mer of een project-mer-beoordeling (artikel 4.96 Invoeringswet Omgevingswet)
Heeft een aanvrager een ontheffing aangevraagd op grond van artikel 7.4 of 7.5 Wet milieubeheer? En is deze nog niet onherroepelijk op het moment van inwerkingtreding van de Omgevingswet? Dan blijft het oude recht van toepassing, totdat de beslissing op het verzoek om ontheffing onherroepelijk is.
Als de ontheffing onherroepelijk wordt, dan staat dit gelijk aan een ontheffing op grond van artikel 16.44 Omgevingswet. Dit geldt ook voor een ontheffing op grond van artikel 7.4 of 7.5 Wet milieubeheer die onherroepelijk is geworden voor inwerkingtreding van de Omgevingswet.
Meer informatie
Meer lezen, bijvoorbeeld over de mer-plicht of de inhoud van een milieueffectrapport? Overzichtspagina Milieueffectrapportage (mer).