Omgevingsplan van rechtswege: tijdelijk en nieuw deel
Als de Omgevingswet in werking treedt, heeft iedere gemeente direct een omgevingsplan van rechtswege.
Omgevingsplan bestaat uit tijdelijk en nieuw deel
Vanaf 1 januari 2024 heeft iedere gemeente een omgevingsplan. Dit omgevingsplan bestaat uit een tijdelijk deel en een nieuw deel.
Tijdelijk deel omgevingsplan
Het tijdelijk deel omgevingsplan bestaat uit de volgende onderdelen (artikel 22.1, Omgevingswet):
- Besluiten die zijn aangewezen in artikel 4.6, Invoeringswet.
- De kaarten bedoeld in artikel 3.5, lid 2, van de Aanvullingswet bodem Omgevingswet, en de besluiten, bedoeld in artikel 3.5, lid 3, van die wet
- Omgevingsplanregels van rechtswege op grond van artikel 22.2, lid 1, Omgevingswet
Bestaande (ruimtelijke) besluiten
In artikel 4.6 van de Invoeringswet Omgevingswet zijn de volgende besluiten en verordeningen aangewezen:
- bestemmingsplan Wet ruimtelijke ordening (artikel 3.1, Wro). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- bestemmingsplan Crisis- en herstelwet (artikel 2.3 én artikel 2.4, Chw). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- wijzigingsplan (artikel 3.6, Wro). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- uitwerkingsplan (artikel 3.6, Wro). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- beheersverordening (artikel 3.38, Wro). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- inpassingsplan (artikelen 3.26, en 3.28, Wro én artikelen 2.3a en 2.4, lid 1, onder k, Chw). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- exploitatieplan (artikel 6.12, Wro). Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- een besluit waarbij een gebied of categorieën bouwwerken zijn aangewezen waar geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn (artikel 12, lid 2, Woningwet).
- voorbereidingsbesluit (artikelen 4.103, lid 1, 4.104, lid 1, en 4.104a, lid 1, Invoeringswet Omgevingswet). In deze gevallen is een ontwerpbestemmingsplan of een ontwerp-inpassingsplan voor de inwerkingtreding Omgevingswet ter inzage gelegd. Meer informatie vindt u op de pagina Voorbereidingsbesluit: overgangsrecht. Dit besluit is vindbaar in het DSO.
- archeologieverordening (artikel 38, Monumentenwet 1988). Meer informatie vindt u op de pagina Bestaande gemeentelijke verordeningen en het omgevingsplan.
- geurverordening (artikel 6, Wet geurhinder en veehouderij)
- verordening afvoer regen- en grondwater (artikel 10.32a, Wet milieubeheer)
- hogere waarde besluiten (artikel 110a, Wet geluidhinder).
In artikel IX aanvullingsbesluit geluid is geregeld dat dergelijke besluiten gelden als deel van het omgevingsplan als bedoeld in artikel 4.6, lid 1, Invoeringswet Omgevingswet. - vastgestelde veiligheidscontouren (artikel 14, Besluit externe veiligheid inrichtingen).
Artikel 8.2.7, lid 1, Invoeringsbesluit Omgevingswet regelt dat de onherroepelijke veiligheidscontour deel wordt van het tijdelijk deel van het omgevingsplan als bedoeld in artikel 4.6, lid 1, Invoeringswet.
Consolidatieplan niet in omgevingsplan
Alleen plannen met een juridisch bindende status worden onderdeel van het omgevingsplan. Soms publiceert een gemeente een consolidatieplan, waarin verschillende opeenvolgende bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en herzieningen in 1 IMRO-bestand zijn opgenomen. Doel is bijvoorbeeld betere raadpleegbaarheid dan bij aparte bestanden. Zo'n consolidatieplan wordt niet vastgesteld door het bevoegd gezag. Dit consolidatieplan wordt dan ook geen onderdeel van het tijdelijke deel van het omgevingsplan. Let op: Omdat alle plannen uit ruimtelijkeplannen.nl worden overgenomen in het DSO, is het consolidatieplan daarin wel zichtbaar.
Aangewezen besluiten en kaarten aanvullingswet bodem
In artikel 22.1, onder b, Omgevingswet is geregeld dat een bodemkwaliteitskaart (artikel 44, Besluit bodemkwaliteit) en een bodemfunctieklassenkaart (artikel 55, Besluit bodemkwaliteit) deel uitmaken van het tijdelijk deel omgevingsplan. Meer informatie hierover vindt op de 'Overgangsrecht Besluit bodemkwaliteit'.
Omgevingsplanregels van rechtswege
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vervalt een aantal regels op rijksniveau. Het Rijk decentraliseert de bevoegdheid tot het stellen van deze regels naar de gemeente. Om te voorkomen dat er regels vervallen voordat de gemeente zelf regels heeft opgesteld, bepaalt artikel 7.1, Invoeringsbesluit Omgevingswet dat deze regels onderdeel worden van het omgevingsplan. Artikel 22.2, lid 2, Omgevingswet noemt dit omgevingsplanregels van rechtswege. In de praktijk wordt dit aangeduid als 'bruidsschat omgevingsplan'.
Meer informatie staat op Bruidsschat omgevingsplan.
Nieuw deel Omgevingsplan
Het nieuwe deel van het omgevingsplan is in principe leeg. Er kunnen echter voorbeschermingsregels (artikelen 4.14 en 4.16, Omgevingswet) gelden op basis van het overgangsrecht. Het gaat om de volgende situaties:
- Een tracébesluit is nog niet verwerkt in een bestemmingsplan. Dan geldt het tracébesluit als een voorbereidingsbesluit artikel 4.14, Omgevingswet. Dit is geregeld in artikel 4.49, Invoeringswet Omgevingswet.
- Voorbereidingsbesluiten waarvoor voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet geen ontwerp-bestemmingsplan of ontwerp-inpassingsplan ter inzage zijn gelegd. Dit is geregeld in de artikelen 4.103 en 4.104 en 4.104a, Invoeringswet Omgevingswet.