Procedurele versnellingen bij wijzigen van het omgevingsplan
Gemeenten kunnen de procedure voor het wijzigen van het omgevingsplan versnellen voor een gemeentelijk project van publiek belang. De gemeenteraad kan de bevoegdheid tot het vaststellen van delen van het omgevingsplan delegeren aan het college van burgemeester en wethouders. Bevat het gedelegeerde deel een gemeentelijk project van publiek belang? Dan kan het college van burgemeester en wethouders de versnellingen in de procedure gebruiken.
Project van publiek belang
Versnellingen in de procedure van het vaststellen van het omgevingsplan zijn alleen mogelijk bij projecten van publiek belang. Denk aan grootschalige of complexe projecten zoals de aanleg of reconstructie van een rondweg of de transitie van een bedrijventerrein in de stad.
Het kan daarbij zowel gaan om projecten met een publiek belang die op initiatief van het gemeentebestuur worden uitgevoerd, als om private initiatieven met een publiek belang. Het kan bijvoorbeeld niet enkel gaan om de bouw van een woning of de vestiging of uitbreiding van een individueel bedrijf. Er moet sprake zijn van de aanleg of herinrichting van publieke voorzieningen in het publiek domein waarvoor een snellere en betere voorbereiding meerwaarde oplevert. Het publieke belang blijken uit de omgevingsvisie of een programma, maar het kan ook op een andere wijzen zichtbaar worden.
Snellere en betere voorbereiding
Kiest het bevoegd gezag ervoor om voor deze (grootschalige) projecten de snellere en betere voorbereiding op de wijziging van het omgevingsplan toe te passen? Dan moet het voldoen aan de volgende bepalingen van de projectprocedure (artikel 5.55, Omgevingswet):
- het bevoegd gezag geeft kennis van het voornemen een verkenning uit te voeren naar een opgave in de fysieke leefomgeving (artikel 5.47, lid 1, Omgevingswet)
- het bevoegd gezag stelt eenieder in de gelegenheid mogelijke oplossingen voor de opgave voor te dragen (artikel 5.47, lid 3, Omgevingswet)
- het bevoegd gezag geeft aan hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen worden betrokken (artikel 5.47, lid 4, Omgevingswet)
- het bevoegd gezag vergaart bij de verkenning de nodige kennis en inzichten (artikel 5.48, Omgevingswet)
- het bevoegd gezag neemt, als dat nodig is, een voorkeursbeslissing (artikel 5.49, Omgevingswet)
- in het besluit tot wijziging van het omgevingsplan geeft het bevoegd gezag aan hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen zijn betrokken. Ook gaat het bevoegd gezag in op de mogelijke oplossingen die door derden zijn voorgedragen (artikel 5.51, Omgevingswet)
Als het bevoegd gezag voor een project van publiek belang aan deze procedurele bepalingen invulling geeft, is ook artikel 16.87, Omgevingswet van toepassing. Dat houdt in dat de rechterlijke beslistermijn bij beroep tegen het opnemen van regels in het omgevingsplan 6 maanden bedraagt, te rekenen vanaf de ontvangst van het verweerschrift. In bijzondere omstandigheden kan deze termijn met ten hoogste 3 maanden worden verlengd (artikel 16.87, lid 2, Omgevingswet).
Coördinatie van besluiten ter uitvoering van het project
Het bevoegd gezag kan de voorbereiding van het besluit tot wijziging van het omgevingsplan coördineren met andere besluiten die voor de uitvoering van het project nodig zijn (artikel 5.45, lid 1, Omgevingswet). Zo kan bijvoorbeeld de omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten worden meegenomen bij de voorbereiding.
Als het bevoegd gezag voor die gecoördineerde voorbereiding kiest, zullen alle gecoördineerde besluiten de rechtsgang volgen van het omgevingsplan. Dit betekent rechtstreeks beroep op de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarbij bovendien versnelde afhandeling van het beroep (artikel 16.87, Omgevingswet) plaatsvindt.