Verplichte coördinatie uitvoeringsbesluiten
Bij projectbesluiten voor hoofdinfrastructuur en primaire waterkeringen is het toepassen van de coördinatieregeling uit afdeling 3.5 Awb bij de voorbereiding van de besluiten ter uitvoering van een projectbesluit verplicht. Dit staat in artikel 5.45, lid 2 en artikel 16.7 van de Omgevingswet.
Vrijwillige coördinatie uitvoeringsbesluiten
Bij projectbesluiten voor andere projecten kan het bevoegd gezag voor het projectbesluit zelf beslissen om de coördinatieregeling toe te passen op de voorbereiding van de uitvoeringsbesluiten (artikel 5.45, lid 1 en artikel 16.7, Omgevingswet).
Coördinerend bestuursorgaan
Coördinerend bestuursorgaan is het bestuursorgaan dat bevoegd gezag is voor het projectbesluit (artikel 5.45, lid 3, Omgevingswet). Bij een projectbesluit van het waterschap zijn Gedeputeerde Staten het coördinerend bestuursorgaan (artikel 5.45, lid 4, Omgevingswet).
Coördinatie uitvoeringsbesluiten omvat niet coördinatie met projectbesluit
In de artikelen 5.45 en 16.7 van de Omgevingswet is uitdrukkelijk sprake van coördinatie van besluiten ter uitvoering van een projectbesluit (de uitvoeringsbesluiten). Deze artikelen regelen niet de coördinatie van uitvoeringsbesluiten met het projectbesluit.
Parallel aan projectbesluit of apart (en eventueel gefaseerd)
De gecoördineerde voorbereiding van de uitvoeringsbesluiten kan parallel verlopen aan de totstandkoming van het projectbesluit. Maar het kan ook na het afronden van de procedure van het projectbesluit. Ook kunnen er verschillende opeenvolgende coördinatieprocedures plaatsvinden voor één project. Vooral bij omvangrijke projecten met meerdere fasen leidt dit tot efficiëntievoordelen. Het projectbesluit wordt gepubliceerd en bekendgemaakt met toepassing van de STOP/TPOD-standaard Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) via de Landelijke voorziening bekendmaken en beschikbaar stellen (LVBB) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). De uitvoeringsbesluiten worden gepubliceerd en bekendgemaakt op de voor die besluiten gebruikelijke wijze.
Coördinatie uitvoeringsbesluiten en projectbesluit technisch niet mogelijk
Artikel 3:20, onder b, van de Awb maakt het ook mogelijk om de coördinatieregeling van afdeling 3.5 Awb toe te passen als dat is bepaald bij besluit van de tot het nemen van die besluiten bevoegde bestuursorganen (coördinatiebesluit). De bevoegde bestuursorganen kunnen dus beslissen om de uitvoeringsbesluiten met het projectbesluit te coördineren. Juridisch is dat mogelijk.
Om technische redenen is de coördinatie van uitvoeringsbesluiten met het projectbesluit op de manier waarop de Awb coördinatie voorschrijft, niet mogelijk. Dat komt omdat de Awb bepaalt dat bij toepassing van de coördinatieregeling van afdeling 3.5 Awb het coördinerende bestuursorgaan de besluiten gelijktijdig bekend moet maken (artikel 3:26, lid 2, Awb).
Bij een projectbesluit van een waterschap zijn Gedeputeerde Staten coördinerend bestuursorgaan. Bij coördinatie van een projectbesluit met de uitvoeringsbesluiten zou het waterschap de STOP/TPOD-bestandenset van het ontwerpprojectbesluit en later het vastgestelde projectbesluit aan de provincie moeten sturen. De provincie zou vervolgens die bestandenset moeten importeren in de eigen plansoftware en ter publicatie of bekendmaking aan de LVBB moeten aanleveren. Dat is nu technisch niet mogelijk. Er zal onderzocht worden of hiervoor een oplossing nodig is door aanpassing van de wetgeving.
Slim procedures projectbesluit en uitvoeringsbesluiten op elkaar afstemmen
Is het gewenst om een projectbesluit en de uitvoeringsbesluiten gelijktijdig voor te bereiden? Dan is een praktische oplossing om de uitvoeringsbesluiten met toepassing van de coördinatieregeling voor te bereiden en tegelijkertijd een projectbesluit voor te bereiden. Het waterschap maakt het projectbesluit dan in het publicatieblad van het waterschap bekend. De provincie maakt de gecoördineerde uitvoeringsbesluiten in het provinciaal blad bekend.
Indeplaatstreding bij coördinatie
Artikel 5.45a van de Omgevingswet bevat een indeplaatstredingsregeling voor de gecoördineerde uitvoeringsbesluiten. Dit is een instrument ter bevordering van het besluitvormingsproces en werkt als ‘stok achter de deur’. Het coördinerend bestuursorgaan van het Rijk of de provincie kan een vervangend besluit nemen als de andere bestuursorganen niet of niet tijdig hun besluiten nemen of die besluiten het project belemmeren.
Rechterlijke beslistermijn
Voor het projectbesluit geldt dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen 6 maanden na ontvangst van het verweerschrift op beroepen moet beslissen. Dit geldt ook voor het besluit over de goedkeuring van een projectbesluit van een waterschap door Gedeputeerde Staten(artikel 16.87, lid 1, Omgevingswet). Deze termijn kan de Afdeling in bijzondere omstandigheden verlengen.
Deze versnelde beslistermijn geldt ook voor:
- de uitvoeringsbesluiten waarvoor het toepassen van afdeling 3.5 Awb verplicht is (artikel 5.45, lid 2, Omgevingswet)
- de uitvoeringsbesluiten waarbij het bevoegd gezag voor het projectbesluit heeft beslist om de coördinatieregeling toe te passen (artikel 5.45, lid 1, Omgevingswet).
Dit staat in artikel 16.87, lid 3, Omgevingswet.
Meer informatie
Meer informatie over de coördinatieregeling is te vinden op de pagina's
Meer informatie over het projectbesluit is te vinden via de pagina