OW 2001.27 - Stalbeschrijving vleesvarkens
Systeembeschrijving bolle vloerhok met betonnen morsrooster en metalen driekant rooster.
Versienummer: OW 2001.27.V1 van januari 2024.
Inhoud
- Diercategorie
- Emissiefactoren
- Werkingsprincipe
- Uitvoeringseisen systeem: bouwkundig
- Uitvoeringseisen systeem: technisch
- Gebruikseisen systeem
- Meetrapporten
- Afbeeldingen
- Vorige versie
Diercategorie
Vleesvarkens van 25 kg en meer, opfokberen van 25 kg meer en jonger dan 7 maanden, opfokzeugen van 25 kg en meer.
Emissiefactoren
Voor de emissiefactoren van het huisvestingssysteem zie code HD5.12 in bijlage V van de Omgevingsregeling.
Werkingsprincipe
Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op het beperken van hokemissie en putemissie. Vermindering van hokemissie vindt plaats door sturing in het mestgedrag en het toepassen van goed doorlatende roosters op de mestplaats. Beperking van de putemissie vindt plaats door het verkleinen van het emitterend mestoppervlak middels het toepassen van een gedeeltelijk roostervloer met een water- en mestkanaal.
De technische uitvoering van het systeem: bouwkundig
- Hokindeling
- Vloeruitvoering
- Waterkanaal
- Mestkanaal
- Emitterend oppervlak mestkanaal
- Aflaatkanalen
1. Hokindeling
- De hokbreedte is maximaal 2300 mm. Bij de bepaling van de hokbreedte bij hokken met een dwarstrog geldt dat de breedte van de trog niet meetelt in de breedte van de hokken.
- De diepte-breedteverhouding is groter of gelijk aan 1,95.
2. Vloeruitvoering
De vloeruitvoering is een gedeeltelijk roostervloer met dichte bolle vloer. Aan de voorzijde zit een roostervloer boven het waterkanaal. Aan de achterzijde zit een roostervloer boven het mestkanaal.
3. Waterkanaal
- Er mogen een of twee schuine wanden of een goot worden aangebracht.
- De helling van de schuine wand t.o.v. de putvloer is minimaal 45°.
- De uitvoering van de schuine wand is volgens het technisch informatiedocument 'Schuine wanden in stallen voor varkens'.
- Er is geen open verbinding met het mestkanaal of met andere kanalen.
- Het waterkanaal is waterdicht uitgevoerd.
4. Mestkanaal
- Het mestkanaal is voorzien van metalen driekant roosters.
- Het mestkanaal is minimaal 1000 mm breed.
- Er zijn twee uitvoeringen mogelijk. Bij uitvoering 1 is het roosteroppervlak van het mestkanaal maximaal 0,22 m2 per dierplaats. Bij uitvoering 2 is het roosteroppervlak van het mestkanaal maximaal 0,33 m2 per dierplaats.
- Er is geen open verbinding met het waterkanaal of andere kanalen. In het kanaal onder de dichte vloer mag mest worden opgeslagen, maar dit kanaal mag niet in open verbinding staan met het mestkanaal. Alleen wanneer het mestkanaal dieper is dan 700 mm mogen tussen het kanaal onder dichte vloer en het mestkanaal stankafsluiters (sparingen in de wand tussen beide kanalen) aanwezig zijn waarbij dan overigens wel geldt dat het mestniveau boven de bovenzijde van deze afsluiters moet liggen.
5. Emitterend oppervlak mestkanaal
- Uitvoering 1: maximaal 0,22 m² per dierplaats.
- Uitvoering 2: maximaal 0,33 m2 per dierplaats.
6. Aflaat kanalen
- De diameter van de afvoeropeningen is minimaal 150 mm, bij mestpannen is het minimaal 110 mm.
- De diameter van de afvoerleiding is minimaal 200 mm.
- Er is een aflaat waterkanaal aanwezig. De uitvoering is conform hoofdstuk aflaat waterkanaal' uit het technisch informatiedocument 'Afvoersystemen voor de varkenshouderij'.
- Het rioolsysteem voor aflaat mestkanaal is bij een diepte van kleiner dan of gelijk aan 700 mm, uitgevoerd volgens hoofdstuk 'rioolsysteem' uit het technisch informatiedocument 'Afvoersystemen voor de varkenshouderij'.
De technische uitvoering van het systeem: technische voorzieningen
- Voersysteem
1. Voersysteem
Het voersysteem is geplaatst boven de dichte vloer en / of het waterkanaal. Alleen bij toepassing van een dwarstrog mag een deel van het voersysteem boven het mestkanaal zijn gesitueerd.
Gebruikseisen systeem
- Aflaat mestkanaal
- Aflaatfrequentie waterkanaal
- Waterniveau waterkanaal
Aflaat mestkanaal als diepte kleiner dan of gelijk aan 700 mm is
- Het aflaten van het mestkanaal gebeurt na afloop van elke productieronde.
- Het afvoeren van mest gaat frequent en restloos.
Aflaatfrequentie waterkanaal
Het aflaten van het waterkanaal gebeurt na afloop van elke productieronde.
Waterniveau waterkanaal
Na reiniging van het waterkanaal en voor aanvang van een nieuwe productieronde, is het waterniveau van het waterkanaal minimaal 100 mm.
Meetrapporten
Rapport 98-1001 van IMAG en rapport 786 van WUR LR (www.wageningenur.nl).
Afbeeldingen
Let op: deze afbeeldingen voldoen niet aan de eisen voor digitale toegankelijkheid. Ervaart u hierdoor problemen? Neem dan contact met ons op voor een passende oplossing.
Vorige versie
Beschrijving BWL 2001.27.V3 van juni 2015.