OW 2010.08 - Stalbeschrijving guste en dragende zeugen
Systeembeschrijving voor groepshuisvesting zonder strobed met voerligboxen of voerstations. Inclusief schuine putwanden in het mestkanaal, met metalen driekantrooster.
Versienummer: OW 2010.08.V1 van januari 2024.
Inhoud
- Diercategorie
- Emissiefactoren
- Werkingsprincipe
- Uitvoeringseisen systeem: bouwkundig
- Uitvoeringseisen systeem: technisch
- Gebruikseisen systeem
- Meetrapporten
- Afbeeldingen
- Vorige versie
Diercategorie
Guste en dragende zeugen
Emissiefactoren
Voor de emissiefactoren van het huisvestingssysteem zie code HD3.8.1 in bijlage V van de Omgevingsregeling.
Werkingsprincipe
Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op het beperken van hokemissie en putemissie. Vermindering van hokemissie vindt plaats door het toepassen van goed doorlatende roosters. Beperking van de putemissie vindt plaats door het verkleinen van het emitterend mestoppervlak.
Uitvoeringseisen systeem: bouwkundig
- Hokindeling
- Vloeruitvoering
- Mestkanaal
- Emitterend oppervlak mestkanaal
- Waarborg emitterend oppervlak
- Aflaat mestkanaal
1. Hokindeling
De groepshuisvesting is uitgevoerd in één van de volgende vormen:
- Voer(lig)boxen met uitloop.
- Voersysteem in combinatie met ligplaatsen.
2. Vloeruitvoering
De vloeruitvoering is een gedeeltelijke roostervloer.
3. Mestkanaal
- Het mestkanaal is voorzien van metalen driekantroosters.
- Er zijn één of meerdere schuine wanden aangebracht.
- Bij aanwezigheid van één schuine wand, is deze tegen de dichte vloer aangebracht.
- De helling ten opzichte van de putvloer is minimaal 45° bij een schuine wand tegen de dichte vloer.
- De helling van de overige schuine wanden is minimaal 60° ten opzichte van de putvloer.
- De uitvoering van de schuine wand is volgens het technisch informatiedocument ‘Schuine wanden in stallen voor varkens’.
- Er is geen open verbinding met andere kanalen.
- De hoogte van het mestniveau is gerelateerd aan het emitterend oppervlak.
4. Emitterend oppervlak mestkanaal
Het emitterend oppervlak is maximaal 0,8 m2 per dierplaats.
5. Waarborg emitterend oppervlak
- Een overloop is verplicht.
- De uitvoering van de overloop is volgens het hoofdstuk 'overloop' in mestkanalen uit het technisch informatiedocument ‘Afvoersystemen voor de varkenshouderij’.
6. Aflaat mestkanaal
- De diameter van de afvoeropeningen is minimaal 150 mm, bij mestpannen is dit minimaal 110 mm.
- De diameter van de afvoerleiding is minimaal 200 mm.
- Er is een rioolsysteem voor het aflaat mestkanaal. De uitvoering is volgens het hoofdstuk 'rioolsysteem' uit het technisch informatiedocument ‘Afvoersystemen voor de varkenshouderij’.
Uitvoeringseisen systeem: technisch
Voersysteem
Het voersysteem is gekoppeld aan de huisvestingsvorm:
- Bij boxen met uitloop is er een trog aan de voorzijde van de boxen.
- Bij de andere vormen is er een zeugenvoerstation(s) of een ander voersysteem.
Gebruikseisen systeem
- Aflaat mestkanaal
- Overloop mestpan
- Reiniging schuine wanden in het mestkanaal
1. Aflaat mestkanaal
- Het aflaten gebeurt minimaal éénmaal per 2 weken en bij het bereiken van het maximaal toegestane emitterend oppervlak.
- Het afvoeren van de mest gaat frequent en restloos.
2. Overloop mestpan
De overloop is een noodvoorziening. Deze mag niet permanent als mestafvoerleiding functioneren.
3. Reiniging schuine wanden in het mestkanaal
De reiniging van de schuine wanden in het mestkanaal vindt plaats na afloop van elke productieronde.
Meetrapporten
Proefverslag P 4.42 van ASG (www.pv.wur.nl)
Afbeeldingen
Let op: deze afbeeldingen voldoen niet aan de eisen voor digitale toegankelijkheid. Ervaart u hierdoor problemen? Neem dan contact met ons op voor een passende oplossing.
Vorige versie
Beschrijving BWL 2010.08.V2 van september 2013.