OW 2016.02 – Aanvullende technieken varkens
Systeembeschrijving van de schuine wand in het mestkanaal van een varkensstal.
Versienummer: OW 2016.02.V1 van januari 2024.
Inhoud deze pagina
- Diercategorie
- Reductiepercentages
- Werkingsprincipe
- De technische uitvoering van het systeem; bouwkundig
- Gebruikseisen systeem
- Meetrapporten
- Afbeelding
- Vorige versie
Diercategorie
Zie voor diercategorieën waar het systeem kan worden toegepast en reductiepercentages code AV1.2 in bijlage VI van de Omgevingsregeling.
Reductiepercentages
Zie voor de reductiepercentages code AV1.2 in bijlage VI van de Omgevingsregeling.
Werkingsprincipe
Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op het beperken van putemissie door het verkleinen van het emitterend mestoppervlak in het mestkanaal door het toepassen van een schuine wand.
De technische uitvoering van het systeem; bouwkundig
Vloeruitvoering
- Bij kraamzeugen wordt geen eis aan de vloeruitvoering gesteld.
vleesvarkens:
- gedeeltelijk roostervloer met aan de voorzijde van het hok een dichte vloer en aan de achterzijde een roostervloer boven het mestkanaal, of
- dichte bolle vloer met aan twee zijden een roostervloer boven een mestkanaal of aan de ene zijde een roostervloer boven het waterkanaal en aan de andere zijde een roostervloer boven het mestkanaal
- - minimaal 30 % van het vloeroppervlak waar het varken over kan beschikken is uitgevoerd als een dichte vloer
vleesvarkens:
Waterkanaal bij bolle vloer (indien aanwezig)
- roosteroppervlak boven het waterkanaal mag niet groter zijn dan het roosteroppervlak boven het mestkanaal
- 1 of 2 schuine wanden, of een goot, mogen worden aangebracht
- helling schuine wand t.o.v. putvloer minimaal 45°
- uitvoering schuine wand volgens technisch informatiedocument ‘Schuine wanden in stallen voor varkens’
- geen open verbinding met het mestkanaal of met andere kanalen
- waterdicht uitgevoerd
Mestkanaal
- 1 of 2 schuine wanden mogen worden aangebracht
-
kraamzeugen:
bij 1 schuine wand moet deze onder de voorzijde van de zeug worden aangebracht
vleesvarkens:
bij aanwezigheid 1 schuine wand moet deze tegen de dichte vloer zijn aangebracht
-
kraamzeugen, bij 1 schuine wand:
helling t.o.v. putvloer minimaal 12°
kraamzeugen, bij 2 schuine wanden:
helling t.o.v. putvloer minimaal 45° bij schuine wand onder voorzijde zeug en minimaal 60° bij schuine wand tegen de andere wand in het mestkanaal
vleesvarkens:
helling t.o.v. putvloer minimaal 45° bij schuine wand tegen dichte vloer en minimaal 60° bij schuine wand tegen de andere wand in het mestkanaal
- uitvoering schuine wand volgens technisch informatiedocument ‘Schuine wanden in stallen voor varkens’
- geen open verbinding met andere kanalen; in het kanaal onder een dichte vloer mag mest worden opgeslagen maar dan mag dit kanaal niet in open verbinding staan met het mestkanaal, op de grens tussen roostervloer en dichte vloer is een wand aanwezig over de gehele diepte van het mestkanaal (dit mag de schuine wand in het mestkanaal zijn) waarbij in deze wand stankafsluiters (sparingen in de wand tussen beide kanalen op de putvloer) mogen zijn aangebracht
-
hoogte mestniveau is bij toepassing schuine wand(en) gerelateerd aan het emitterend oppervlak
Emitterend oppervlak mestkanaal
kraamzeugen:
maximaal 1,1 m² per dierplaats
vleesvarkens:
maximaal 0,27 m² per dierplaats
Waarborg emitterend oppervlak
- overloop verplicht bij toepassing schuine wand(en) in het mestkanaal
- uitvoering overloop volgens hoofdstuk overloop in mestkanalen uit technisch informatiedocument ‘Afvoersystemen voor de varkenshouderij’
Aflaat waterkanaal (indien aanwezig)
Uitvoering volgens hoofdstuk aflaat waterkanaal uit technisch informatiedocument ‘Afvoersystemen voor de varkenshouderij’.
Aflaat mestkanaal
Een afvoersysteem voor de aflaat van het mestkanaal mag worden aangebracht, uitvoering moet dan plaatsvinden volgens hoofdstuk rioolsysteem of hoofdstuk andere mestafvoersystemen uit technisch informatiedocument ‘Afvoersystemen voor de varkenshouderij’.
Gebruikseisen systeem
Aflaat mestkanaal bij aanwezigheid rioolsysteem of ander mestafvoersysteem
In ieder geval na afloop van elke productieronde en, indien van toepassing, tijdens de productieronde bij het bereiken van het maximaal toegestane emitterend oppervlak.
Overloop bij schuine wand(en) in het mestkanaal
De overloop bij schuine wanden is een noodvoorziening. Deze overloop mag niet permanent als mestafvoerleiding functioneren.
Reiniging schuine wand(en) in het mestkanaal
Na afloop van elke productieronde moeten de schuine wanden in het mestkanaal gereinigd worden.
Aflaatfrequentie waterkanaal (indien aanwezig)
Na afloop van elke productieronde.
Waterniveau waterkanaal (indien aanwezig)
Het waterniveau van het waterkanaal is minimaal 100 mm na reiniging van het kanaal en voor aanvang van een nieuwe productieronde
Mestniveau mestkanaal bij stankafsluiters
Het mestniveau in het mestkanaal moet altijd boven de bovenzijde van de stankafsluiters liggen.
Werkingsresultaat
Zie AV1.2 in bijlage VI van de Omgevingsregeling.
Meetrapporten
A.J.A. Aarnink et al, Reductie van ammoniakemissie op vleesvarkensbedrijven via gecombineerde maatregelen, Wageningen UR Livestock Research, Rapport 366 (livestockresearch.wur.nl).
Groenestein, C.M., Aarnink, A.J.A., Ogink, N.W.M. Actualisering ammoniakemissiefactoren vleesvarkens en biggen, Wageningen UR Livestock Research, rapport 786 (www.livestockresearch.wur.nl).
Technisch informatiedocument
Technisch informatiedocument 'schuine wanden in stallen voor varkens'
Afbeelding
Let op: deze afbeeldingen voldoen niet aan de eisen voor digitale toegankelijkheid. Ervaart u hierdoor problemen? Neem dan contact met ons op voor een passende oplossing.
Vorige versie
BWL 2016.02 van maart 2016.