OW 2017.06 – Stalbeschrijving melkrundvee
Systeembeschrijving van een ligboxenstal met een roostervloer die is voorzien van bolle rubber matten, met een mestschuif.
Versienummer: OW 2017.06.V1 van januari 2024.
Op deze pagina
- Diercategorie
- Emissiefactoren
- Werkingsprincipe
- Technische uitvoering van het systeem
- Gebruik van het systeem
- Meetrapporten
- Afbeeldingen
- Vorige versie
Diercategorie
Melk- en kalfkoeien van 2 jaar en ouder (inclusief kalveren jonger dan 14 dagen).
Emissiefactoren
Voor de emissiefactor van het huisvestingssysteem, zie code HA1.29 in bijlage V van de Omgevingsregeling.
Werkingsprincipe
Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op versnelde afvoer van urine naar de mestkelder door de bolle rubber matten op de roostervloer. Hierdoor blijft er slechts weinig tot geen urine achter. De omzetting van ureum naar ammoniak vindt beperkt op de vloer plaats, en grotendeels in de mestkelder. Daarnaast wordt de ammoniakemissie beperkt door de mest en urine frequent van de vloer te verwijderen met een mestschuif.
Technische uitvoering van het systeem
- Vloeruitvoering
- Rubber matten
- Mestkelder en mestafvoer
- Mestschuif
- Emitterend oppervlakte
- Registratieapparatuur
1. Vloeruitbreiding
- Het loopgedeelte en de doorlooppaden zijn uitgevoerd als een betonnen roostervloer.
- Op de roosterbalken zijn rubber matten aangebracht in dubbele banen, met tussen de banen een spleet.
- Elke mat heeft een breedte van circa 300 mm en bedekt 2 roosterbalken.
- De matten zijn vastgezet tussen beide roosterbalken.
- De breedte van elke baan is afgestemd op de breedte van de roosterbalk.
- De breedte van de spleet tussen de 2 banen in de mat is afgestemd op de breedte van de roosterspleet.
- De rubber matten zijn voorzien van een bolling met een afschot van 8,5% aan de bovenzijde van elke baan en 6% aan de zijkanten van de baan (gemiddeld afschot is 7%).
Uitgezonderd van deze eisen zijn de doorsteken, de wachtruimte en de doorlopen. Deze hoeven niet te worden voorzien van het hierboven beschreven systeem. Deze ruimten moeten echter wel emissiearm worden uitgevoerd door gebruik te maken van een in de Omgevingsregeling opgenomen emissiearm systeem of een dichte vloer. In deze ruimtes mag de breedte van de vloerplaten afwijken van de maat die voor het betreffende emissiearme systeem is vereist, als dit de emissiereducerende werking niet nadelig beïnvloedt.
2. Rubber matten
De rubber matten voldoen aan de volgende eisen:
- De matten zijn deugdelijk bevestigd op het rooster, zodat het rubber niet kan gaan schuiven of opkrullen.
- De maatvoering van de rubber matten is afgestemd op de maatvoering van de roosters zodat de mestafvoer blijft gewaarborgd.
- De maattolerantie van de rubber matten is ongeveer 1,5%.
- De rubber matten zijn goed beloopbaar en slijtvast. Dit wordt inzichtelijk gemaakt door het overleggen van een DLG-certificaat voor beloopbaarheid en slijtvastheid.
3. Mestkelder en mestafvoer
- Onder het gehele oppervlak van de roostervloer is een mestkelder aanwezig.
- De afvoer van mest en urine gaat via de openingen in de rubber matten en de roosterspleten.
- Als in de doorsteken, de wachtruimte en de doorlopen een ander emissiearm systeem wordt toegepast en daardoor extra emissie vanuit de kelder daaronder kan optreden (schoorsteeneffect), dient bij elke overgang van vloersysteem in de mestkelder een stankafsluitende voorziening te worden aangebracht.
4. Mestschuif
Voor afvoer van de mest moet een mestschuif zijn aangebracht. Dit kan zijn:
- een vaste opstelling van een mestschuif, voorzien van een aandrijfmechanisme en een tijdschakeling, of
- een mestrobot voorzien van een tijdschakeling. Het schuifblad is zodanig uitgevoerd dat het loopoppervlak goed wordt gereinigd.
Het schuifblad is zodanig uitgevoerd dat het loopoppervlak goed wordt gereinigd.
5. Emitterend oppervlakte
- Het met mest besmeurd vloeroppervlak per dierplaats is maximaal 5,5 m2. Dit oppervlak omvat de loopgangen, doorsteken, wachtruimte en doorlopen. Niet inbegrepen is het vloeroppervlak van de melkstal en de voerstoep (indien aanwezig).
- Voor de wachtruimte geldt dat deze niet meetelt bij het bepalen van het met mest besmeurd oppervlak, wanneer deze met een dichte vloer is uitgevoerd. Wanneer de wachtruimte op een andere wijze is uitgevoerd, telt het oppervlak wel mee bij het bepalen van het met mest besmeurd oppervlak per dierplaats.
6. Registratieapparatuur
- Voor het registreren van het aantal schuifbewegingen is een verzegelde bedrijfsurenteller aanwezig.
- Voor de waarborging van de schuiffrequentie is een tijdklok aanwezig. Deze tijdklok dient daartoe de aansturing van de mestschuif te verzorgen.
Gebruik van het systeem
- Schuiffrequentie
- Wachtruimte
- Onderhoud
- Controle en registratie
1. Schuiffrequentie
- De mest wordt ten minste iedere 2 uur van de vloer verwijderd met de mestschuif. Bij het gebruik van een mestrobot is dit gemiddeld iedere 2 uur.
- Het met mest besmeurde vloeroppervlak waar de mestschuif niet kan komen, wordt minimaal 2 keer per dag handmatig gereinigd.
2. Wachtruimte
- De gebruiksduur van de wachtruimte beperkt zich tot de melktijden. Buiten de melktijden worden in de wachtruimte geen dieren gehouden. Wanneer de wachtruimte buiten de melktijden wel beschikbaar is voor de dieren, maakt deze deel uit van de loopruimte. In dat geval moet de wachtruimte wel worden meegeteld als onderdeel van het mest besmeurd vloeroppervlak.
- Na elk gebruik wordt de wachtruimte direct gereinigd, waarbij alle mest en urineplassen worden afgevoerd naar de mestkelder. Deze eis geldt niet indien de wachtruimte buiten de melktijden toegankelijk is voor de melkkoeien, want dan telt de wachtruimte mee als loopruimte en daarmee als onderdeel van het mest besmeurde vloeroppervlak.
3. Onderhoud
De mestschuif en de rubber matten worden 1 keer per jaar gecontroleerd op beschadigingen en worden indien nodig onderhouden. Een onderhoudscontract met de leverancier van de mestschuif en de rubberen matten of een andere deskundige partij is aan te bevelen.
4. Controle en registratie
Om het gebruik van het systeem te controleren is:
- op de bedieningscomputer een terugleesoptie aanwezig waarmee de werking van het systeem gedurende de laatste 3 maanden inzichtelijk kan worden gemaakt, of
- een verzegelde draaiurenteller geplaatst voor continue registratie van de bedrijfsuren van de aandrijfmotor van de mestschuif. De bedrijfsuren worden maandelijks afgelezen en geregistreerd zodat de schuiffrequentie terug te rekenen is.
- de mestrobot voorzien van een tijdregistratiesysteem waaruit blijkt hoeveel uur deze per dag in werking is. Als een mestrobot wordt toegepast, mag deze 's nachts maximaal 6 uur stil staan om de accu volledig op te laden.
De veehouder houdt een logboek bij, waarin deze aantekent wanneer en door wie de controle en het onderhoud van de mestschuif en rubber matten heeft plaatsgevonden.
Meetrapporten
- Ir. W. Meijer, juni 2019, Onderzoek naar de ammoniakemissie van proefstal De Vries met Easyfix bolle rubbervloer van HCI beton
- Ir. W. Meijer, juni 2019, Onderzoek naar de ammoniakemissie van proefstal Den Hartog met Easyfix bolle rubbervloer van HCI beton
- Ir. W. Meijer, juni 2019, Onderzoek naar de ammoniakemissie van proefstal Legendal met Easyfix bolle rubbervloer van HCI beton
- Ir. W. Meijer, mei 2019, Onderzoek naar de ammoniakemissie van meetstal Regelink met Easyfix bolle rubbervloer van HCI beton
Afbeeldingen
Let op: deze afbeeldingen voldoen niet aan de eisen voor digitale toegankelijkheid. Ervaart u hierdoor problemen? Neem dan contact met ons op voor een passende oplossing.
Vorige versie
BWL 2017.06.V3 van mei 2021.