Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Contact
  • Stel uw vraag
Informatiepunt Leefomgeving (naar homepage)
Zoeken in deze site
  1. Home ›
  2. Regelgeving ›
  3. Regels voor activiteiten ›
  4. Luchtemissie-eisen en monitoring milieubelastende activiteiten ›
  5. Meetsystemen luchtemissies
  • Home
  • Actueel
  • Regelgeving
  • Thema's
  • Digitaal stelsel
  • Contact
  • Contact
  • Stel uw vraag

Meetsystemen luchtemissies

Een bedrijf stelt de emissie vanuit industriële bronnen naar de lucht vast door deze te (laten) meten. Het bedrijf of meetinstantie meet de emissie direct in het emissiekanaal. Als dit niet mogelijk is, neemt de meetinstantie een afgasmonster uit het emissiekanaal en analyseert deze daarbuiten.

Meten in gekanaliseerde emissiebronnen

Het bedrijf of een meetinstantie meet de concentratie chemische stoffen en de referentieparameters (temperatuur, stroomsnelheid, druk en vochtgehalte) in het afgas. Het meten kan op 2 manieren:

  1. In situ-meten: vaststellen van de concentratie of referentieparameter in het emissiekanaal met een sensor of doorstraalsysteem.
  2. Extractief meten: afzuigen van een monster uit het emissiekanaal. Buiten het emissiekanaal stelt een meetinstrument de concentratie of referentieparameter vast.

In situ-meetsystemen

Bij een in situ-meting neemt het bedrijf of de meetinstantie geen monster uit het emissiekanaal. De meetapparatuur meet direct in het emissiekanaal. Voor een in situ-meting bestaan 2 opties:

  1. Er komt een sensor in het emissiekanaal om de meting uit te voeren. Een voorbeeld hiervan is een temperatuurmeter.
    In situ-meting met een meetsonde
    In situ-meting met sensor in het emissiekanaal (voorbeeld temperatuurmeting)
  2. Er komt een lichtbron aan een kant van het emissiekanaal met daartegenover een ontvanger. De ontvanger meet de verzwakking of verstrooiing van het lichtsignaal. De verzwakking of verstrooiing van het signaal is een maat voor de concentratie van een chemische stof. Deze vorm heet ook wel cross-stackmeting.
    Cross-stack in situ-meting
    In situ cross-stackmeting

Stofdeeltjes en vocht in de gasstroom kunnen optische (cross-stack)meetmethoden verstoren. Een in situ-meting is hierdoor niet altijd geschikt voor het meten van de concentratie van chemische stoffen in de afgassen. Een alternatief voor in situ-meten is extractief meten.

Extractieve meetsystemen

Bij een extractieve meting neemt het bedrijf of de meetinstantie een monster uit het emissiekanaal. Hiervoor plaatsen ze een meetsonde met monsternameopening in het emissiekanaal. Een pomp in de meetopstelling zuigt een deelstroom van de emissie af. Het monster wordt buiten het emissiekanaal met een meetinstrument geanalyseerd of opgevangen voor analyse op het laboratorium.

Bij extractieve metingen is het van belang om verlies (door weglekken) van het monster buiten het emissiekanaal te voorkomen. Al het leidingwerk van het monsternamesysteem moet daarom lekdicht zijn. De meetinstantie of het bedrijf past ook monsterbehandeling toe om verliezen door condensatie en chemische reacties te voorkomen.

Er bestaan 2 vormen van extractief meten: continu en discontinu.

Continu extractief meten

Bij een continue extractieve meting analyseert een meetinstrument het afgezogen monster direct. De monstername is continu omdat het meetinstrument de concentratie doorlopend meet.

Continue extractieve meting
Continue extractieve meting De meetsonde zuigt het monster uit het emissiekanaal dat via monsterbehandeling, de pomp en debietregeling uiteindelijk naar het meetinstrument gaat.

Discontinu extractief meten

Bij een discontinue extractieve meting wordt het afgezogen monster opgeslagen in een opslagmedium. Dat kan een absorptiemiddel zijn, waarin de te meten componenten absorberen, een filter voor stof of een gaszak om een gasmonster te nemen. Het monster gaat naar een gecertificeerd laboratorium. Daar analyseert een labmedewerker het monster.

Discontinue extractieve meting
Discontinue extractieve meting. De meetsonde zuigt een monster uit het emissiekanaal, deze gaat via monsterbehandeling naar een opslagmedium. Na het opslagmedium bevinden zich nog de pomp, debietregeling en de volume-, druk- en temperatuurmeting met een opslagmedium

.



delen

  • Delen op LinkedIn

Vraag het onze experts!

Heeft u beroepsmatig te maken met regelgeving over de leefomgeving, de Omgevingswet of het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)? Hierover kunt u vragen stellen aan onze helpdesk. Wilt u als inwoner meer weten over deze onderwerpen? Neem dan contact op met uw gemeente.

Stel uw vraag

IPLO geeft informatie en beantwoordt vragen

Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) is het kenniscentrum van de overheid dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving. Onze experts geven via de IPLO-website en de helpdesk antwoord op vragen. IPLO maakt deel uit van het interbestuurlijke programma Aan de slag met de Omgevingswet. Meer informatie vindt u op onze pagina Over IPLO.

Service

  • Over IPLO
  • Abonneren
  • Contact
  • Archief
  • Omgevingswet op LinkedIn

Over deze site

  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Kwetsbaarheid melden
Rijksoverheid
UvW - Unie van Waterschappen
VNG - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg - IPO