Toepassingsbereik en inhoudelijke regels voor op of in de bodem brengen van meststoffen (paragraaf 4.116 Bal)
Voor de milieubelastende activiteit Op of in de bodem brengen van meststoffen gelden inhoudelijke regels uit hoofdstuk 4 van het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal). Op deze pagina leest u meer over het toepassingsbereik (wat eronder valt) en welke voorschriften gelden.
Let op: deze regels gelden alleen als het gaat om een activiteit die valt onder paragraaf 3.2.20 Op of in de bodem brengen van meststoffen.
Toepassingsbereik: dit valt eronder
De regels in paragraaf 4.116 gelden voor op of in de bodem brengen van meststoffen.
Deze regels gelden niet als het gaat om:
- op of in de bodem brengen van zuiveringsslib. Hiervoor gelden de regels uit paragraaf 4.117.
- vernietigen van de zode van gras. Hiervoor gelden de regels uit paragraaf 4.118.
- op of in de bodem brengen van meststoffen in een tuin bij een particulier huishouden of in een volkstuin. Als het gaat om dierlijke meststoffen, mag dit maximaal 160 liter zijn en mag het geen verpompbare mest zijn. Als de mest geen dierlijke mest is, geldt er geen maximum voor de hoeveelheid. Onder een particulier huishouden valt niet het huishouden in een bedrijfswoning.
Melding
Voor deze milieubelastende activiteit geldt geen meldingsplicht.
Inhoudelijke regels
De regels zijn erop gericht om verontreiniging van bodem en water door af- of uitspoeling van meststoffen te voorkomen. Verder wordt de emissie in de lucht beperkt.
Alleen meststoffen die op grond van hoofdstuk 3 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet verhandeld mogen worden, mogen op of in de bodem gebracht worden. Dit staat in artikel 4.1183.
Degene die de activiteit verricht, brengt dierlijke meststoffen emissiearm op of in de bodem. Hierbij voldoet hij of zij aan de regels over beste beschikbare technieken. Er gelden uitzonderingen. Dit staat in artikel 4.1199.
In onderstaand overzicht staat per onderwerp in welk artikel de regels staan.
| Onderwerp | Kern | Artikel Bal |
|---|---|---|
Bevroren bodem of sneeuw |
Degene die de activiteit verricht, mag geen dierlijke meststoffen, herwonnen fosfaten of stikstofkunstmest op of in de bodem brengen als de bovenste laag van de bodem bevroren is of bedekt is met sneeuw. Er gelden uitzonderingen. | 4.1184 |
| Met water verzadigde bodem | Degene die de activiteit verricht, mag geen meststoffen op of in de bodem brengen als de bovenste bodemlaag met water is verzadigd. Er gelden geen uitzonderingen. | 4.1185 |
| Bevloeien en beregenen | Degene die de activiteit verricht, mag in de periode van 1 september tot 31 januari geen meststoffen op of in de bodem brengen als de bodem tegelijkertijd wordt bevloeid of beregend. Er gelden geen uitzonderingen. | 4.1186 |
| Onderwerp | Kern | Artikel |
|---|---|---|
| Perioden voor vaste mest | Degene die de activiteit verricht, mag in de periode van 1 september tot en met 31 januari geen vaste mest op of in de bodem brengen. Er gelden uitzonderingen. | 4.1187 |
| Perioden voor drijfmest | Degene die de activiteit verricht, mag in de periode van 1 augustus tot en met 15 februari geen drijfmest op of in de bodem brengen. Er gelden uitzonderingen. | 4.1188 |
| Perioden voor stikstofkunstmest | Degene die de activiteit verricht, mag in de periode van 16 september tot 31 januari geen stikstofkunstmest op of in de bodem brengen. Er gelden uitzonderingen. | 4.1189 |
| Onderwerp | Kern | Artikel Bal |
|---|---|---|
| Hellingen met geulenerosie | Degene die de activiteit verricht, mag geen meststoffen op of in de bodem brengen als het hellingspercentage van de gronden 7% of meer is en als deze gronden zijn aangetast door geulenerosie. Er gelden geen uitzonderingen. | 4.1190 |
| Hellingen niet-beteelde gronden | Degene die de activiteit verricht, mag geen meststoffen op of in de bodem brengen op gronden met een hellingspercentage van ten minste 7%. Er gelden uitzonderingen. | 4.1191 |
| Hellingen bouwland | Degene die de activiteit verricht, mag geen meststoffen op of in de bodem brengen op bouwland met een hellingspercentage van 18% of meer. Er gelden geen uitzonderingen. | 4.1192 |
| Onderwerp | Kern | Artikel Bal |
|---|---|---|
| Gebruiksnormen natuurgronden | Degene die de activiteit verricht, mag alleen dierlijke meststoffen en compost op of in de bodem brengen van natuurgronden. Er geldt een maximum aan hoeveelheid fosfaat en voor grasland ook een maximum aan stikstof dat per jaar gebruikt mag worden. Er geldt een uitzondering voor bepaalde natuurgronden. De voorwaarden voor deze uitzondering staan in artikel 4.1196. | 4.1195 en 4.1196 |
| Gebruiksnormen overige gronden | Degene die de activiteit verricht, mag dierlijke meststoffen, herwonnen fosfaten, compost, overige organische meststoffen van plantaardige herkomst of anorganische meststoffen op of in de bodem brengen. Er geldt een maximum aan hoeveelheid fosfaat en vaak een maximum aan stikstof dat per jaar gebruikt mag worden. Er gelden geen uitzonderingen. | 4.1197 |
| Beperking maatwerk | De gebruiksnormen mogen niet versoepeld worden met een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift. | 4.1198 |
| Onderwerp | Kern | Artikel Bal |
|---|---|---|
| Telen van maïs op zand- of lössgronden | Degene die de activiteit verricht, moet aansluitend op de teelt van maïs op zand- of lössgronden een vanggewas telen. Hiervoor geldt een informatieplicht. | 4.1193 en 4.1194 |
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.