Inhoudelijke regels water kleinschalig tanken voertuigen, vliegtuigen of werktuigen met vloeibare brandstoffen (paragraaf 4.39 Bal)
Voor het kleinschalig tanken of afleveren van brandstof gelden regels over water uit paragraaf 4.39 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Kleinschalige aflevering betekent minder dan 25 m3 brandstof per jaar.
Wanneer de regels gelden
In hoofdstuk 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:
- de activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.39 valt
- hoofdstuk 3 van het Bal paragraaf 4.39 voor de activiteit aanwijst
Op deze pagina
- Hoe het afvalwater bij deze activiteit ontstaat
- Wanneer de regels van toepassing zijn
- Beste beschikbare technieken (BBT)
- Verboden en voorwaarden
- Overgangsrecht
- Gerelateerde afvalwetgeving
- Controleaspecten
Hoe het afvalwater bij deze activiteit ontstaat
Bij deze activiteit gaat het om het lozen van afvalwater dat ontstaat bij het afleveren van vloeibare brandstoffen aan voertuigen, vliegtuigen of werktuigen. Werktuigen zijn bijvoorbeeld bulldozers, machines op rupsbanden en noodstroomaggregaten.
Beste beschikbare technieken
De beste beschikbare techniek (BBT) is voorkomen dat er vloeibare brandstoffen in het milieu terechtkomen. Daarom tankt men boven een bodembeschermende voorziening. Voorkomen dat er hemelwater op deze voorziening terechtkomt, is de 1e stap om oliehoudend afvalwater te vermijden.
Een 2e stap is het voorkomen van morsingen bij het tanken. Daarom moet het vulpistool automatisch afslaan als het valt of de brandstoftank vol is. Door gebruik te maken van automatische afslagsystemen wordt overvullen van het tankende voertuig te voorkomen. Dit staat in artikel 4.497 van het Bal.
Verboden en voorwaarden
Bij kleinschalige aflevering is een bodembeschermende voorziening voldoende. Afvalwater dat hierop ontstaat, mag alleen geloosd worden op een vuilwaterriool.
Er mag alleen geloosd worden, als het te lozen water voldoet aan een grenswaarde van 20 mg/l olie, gemeten in een steekmonster.
Of het te lozen afvalwater moet voor vermenging met ander afvalwater worden geleid door een olieafscheider en slibvangput die voldoet aan NEN-EN 858-1 en NEN-EN 858-2. Als een olieafscheider wordt toegepast die voldoet aan de NEN-EN-norm, geldt de emissiegrenswaarde niet. Dit staat in artikel 4.499 van het Bal.
Deze regels gelden alleen als er afvalwater ontstaat. Ontstaat er door preventieve maatregelen geen afvalwater? Dan is een aansluiting op het vuilwaterriool ook niet verplicht.
Riooltekening
De initiatiefnemer moet een riooltekening hebben waar duidelijk op staat:
- op welke punten welk afvalwater wordt geloosd
- of de lozingspunten zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool
- op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen
De handhaver kan hiervan gebruikmaken bij een controle.
Overgangsrecht
Het overgangsrecht bepaalt dat olieafscheiders die al in gebruik waren voor 2 november 2010 en voldeden aan de toenmalige norm, beschouwd mogen worden als olieafscheiders die voldoen aan NEN-EN 858. Dit geldt ook voor olieafscheiders van voor 1 maart 1997 die voldoende capaciteit hebben.
Van olieafscheiders die geplaatst zijn voor 2 november 2010 wordt aangenomen dat deze via toezicht en handhaving adequaat zijn. Van belang is wel dat de olieafscheider voldoende gedimensioneerd is, daarom is de voorwaarde opgenomen dat ze zijn afgestemd op de hoeveelheid water.
Gerelateerde afvalwetgeving
De inhoud van de olieafscheider is gevaarlijk afval. Hierop is titel 10.6 Wet milieubeheer (Wm) van toepassing en betekent dat u het afval aan een erkende inzamelaar moet afgeven (artikel 10.37 Wm). Gegevens over de afgifte moet u minimaal 5 jaar bewaren (artikel 10.38 Wm).
Controleaspecten
Let bij het controleren van de regels goed op de volgende zaken:
- Is er een olieafscheider en slibvangput aanwezig?
- Zo nee: zit er minder dan 20 mg/liter olie in enig steekmonster? Dan is een olieafscheider met slibvangput volgens NEN-EN 858-1 en -2 niet verplicht.
- Zo ja: check de regels voor handhaving olieafscheiders en slibvangput.
Andere inhoudelijke regels
Naast regels over water gelden ook andere regels. Die vindt u op de pagina Inhoudelijke regels kleinschalig tanken van voertuigen, vliegtuigen of werktuigen met vloeibare brandstoffen.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.