Inhoudelijke regels veiligheid onderhouden en repareren verbrandingsmotoren, gemotoriseerde voertuigen, vliegtuigen, vaartuigen of werktuigen (paragraaf 4.22 Bal)
Voor het onderhouden en repareren van verbrandingsmotoren, gemotoriseerde voertuigen, vliegtuigen, vaartuigen of werktuigen gelden regels over veiligheid uit paragraaf 4.22 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Het gaat om het voldoen aan PGS 26.
Wanneer de regels gelden
In hoofdstuk 3 en 4 van het Bal staat of de regels gelden. De regels gelden als:
- de activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.22 valt en
- hoofdstuk 3 van het Bal paragraaf 4.22 voor de activiteit aanwijst
PGS 26
Artikel 4.359 regelt dat bij het verrichten van de activiteit moet worden voldaan aan PGS 26 als voor de verbrandingsmotor, het voertuig, vaartuig, of werktuig CNG of LNG wordt gebruikt als brandstof. Voor een vliegtuig geldt dit niet.
In PGS 26 staan onder meer voorschriften voor:
- ventilatie
- afblazen CNG/LNG-installatie
- gasdetectiesysteem
- vullen CNG/LNG-tank in een werkplaats/stalling
Andere inhoudelijke regels
Naast regels over veiligheid gelden ook andere regels. Deze vindt u op de pagina Inhoudelijke regels onderhouden en repareren van verbrandingsmotoren, gemotoriseerde voertuigen, vliegtuigen, vaartuigen of werktuigen.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.