Bodemvoorschriften opslaan van drijfmest, digestaat of dunne fractie in een mestbassin (paragraaf 4.86 Bal)

Toelichting termen

Wat de wet verstaat onder drijfmest, digestaat en dunne fractie vindt u op de pagina Toepassingsbereik opslaan van drijfmest, digestaat of dunne fractie in een mestbassin.

Wanneer zijn de regels van toepassing

In hoofdstuk 3 en 4 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:

• uw activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.86 valt
• hoofdstuk 3 van het Bal deze paragraaf aanwijst

Opslag in een mestbassin

Om verontreiniging van de bodem te voorkomen, is het mestbassin lekdicht (artikel 4.858 lid 1 Bal). Dit betekent dat uit het mestbassin geen vloeistoffen mogen lekken. Ook de aansluitpunten van de vul-, aftap- en roerleidingen moeten zoveel mogelijk lekdicht zijn.

Daarnaast is het van belang dat de materialen en afdichtingen bestand zijn tegen de chemische inwerking van drijfmest, digestaat en dunne fractie.

Mestbassin geheel of gedeeltelijk boven maaiveld - constructie

Als een mestbassin geheel of gedeeltelijk boven het maaiveld ligt, is de constructie afgestemd op de maximale belasting. Dit geldt voor mestbassins met een binnenafdichting van folie (artikel 4.858 lid 3 Bal).

Het Besluit bouwwerken leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bbl) stelt eisen aan de constructieve veiligheid van bouwwerken. Een mestbassin is een bouwwerk. De eisen in het Bbl zorgen ervoor dat de draagconstructie bestand is tegen de krachten die ontstaan bij het opslaan.

Certificaat folie mestbassin

De folie die de ondernemer gebruikt voor het mestbassin, heeft een certificaat. Dit certificaat is afgegeven door een certificatie-instantie (artikel 4.858 lid 5 Bal). Deze instantie heeft een accreditatie op basis van NEN-EN-ISO/IEC 17065 voor BRL-K519, BRL-K537, BRL-K538, BRL-K546 of BRL-1149. Dit zijn KIWA-beoordelingsrichtlijnen met eisen voor de binnen-afdichting van een mestbassin. Belangrijk is dat de folies die de ondernemer gebruikt bestand zijn tegen de chemische inwerking van drijfmest, digestaat of dunne fractie. De folies zijn herkenbaar doordat deze zijn voorzien van stempels met de code MB.

Specifieke zorgplicht

Voor het opslaan van drijfmest, digestaat of dunne fractie in een mestbassin, staan specifieke regels in het Bal. Maar er zijn ook good-housekeeping-maatregelen die niet allemaal letterlijk staan uitgeschreven en die vanzelfsprekend zijn. Bijvoorbeeld dat de ondernemer regelmatig de staat van het mestbassin en de afdekking moet controleren. Eventuele gebreken moet hij direct verhelpen. Dit valt onder de specifieke zorgplicht van het Bal.

Aandachtspunten bij de controle van een mestbassin zijn (afhankelijk van het type bassin):

• roestvorming
• scheuren
• krimp of uitzetting van hout
• beschadigingen van het gebruikte folie

De leidingen buiten het mestbassin en de afdichtingen van doorgangen in bodem, wanden of afdekking van het mestbassin moet de ondernemer ook controleren. Daarnaast is controle van de aanrijdbeveiligingen noodzakelijk. Aanrijdbeveiligingen zijn bijvoorbeeld stoepranden, buizen en hekwerken en het dijklichaam.

Het voorbeeld Toezicht en handhaving specifieke zorgplicht: opslag van drijfmest laat zien hoe u toezicht kunt houden op het naleven van de specifieke zorgplicht bij de opslag van drijfmest.

Let op: er gelden ook andere voorschriften

Naast bodemvoorschriften gelden ook andere voorschriften, met name voor lucht. Deze vindt u op de overzichtspagina Inhoudelijke regels Opslaan van drijfmest, digestaat of dunne fractie in een mestbassin.