Overgangsrecht lopende handhavingsprocedures
Er geldt overgangsrecht voor lopende handhavingsprocedures. Dit geldt voor de bestuurlijke sanctiebesluiten: last onder dwangsom, last onder bestuursdwang, bestuurlijke boete en besluit intrekken vergunning.
Last onder dwangsom
Als het bevoegd gezag een last onder dwangsom heeft opgelegd vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet, dan blijft het oude recht van toepassing tot:
- de last volledig is uitgevoerd,
- de dwangsom volledig is verbeurd en betaald, of
- de last is opgeheven
Dit staat in artikel 4.23, lid 1, onder c, van de Invoeringswet Omgevingswet.
Last onder bestuursdwang
Als het bevoegd gezag een last onder bestuursdwang heeft opgelegd vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet, dan blijft het oude recht van toepassing tot:
- de last onherroepelijk is geworden en volledig is uitgevoerd, of
- de last is ingetrokken, of is komen te vervallen
Dit volgt uit artikel 4.23, lid 1, onder a en b, van de Invoeringswet Omgevingswet.
Bestuurlijke boete
Als het bevoegd gezag een bestuurlijke boete heeft opgelegd vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet, dan blijft het oude recht van toepassing tot:
- de boete onherroepelijk is geworden en volledig is betaald, of
- de boete is ingetrokken, of is komen te vervallen
Dit volgt uit artikel 4.23, lid 1, onder a en b, van de Invoeringswet Omgevingswet.
Besluit intrekken vergunning
Als het bevoegd gezag een vergunning geheel of gedeeltelijk heeft ingetrokken vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet, dan blijft het oude recht van toepassing tot het besluit tot intrekking:
- onherroepelijk is geworden, of
- is ingetrokken, of is komen te vervallen
Dit volgt uit artikel 4.23, lid 1, onder a en b, van de Invoeringswet Omgevingswet.
Situaties waarvoor het overgangsrecht geldt
Artikel 4.22 van de Invoeringswet Omgevingswet bepaalt wanneer het overgangsrecht geldt.
Het overgangsrecht geldt voor de bestuurlijke sanctiebesluiten die zijn ingezet voor de handhaving van:
- de regels uit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)
- de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden
- artikel 92a en artikel 120 van de Woningwet als het gaat om regels over de energieprestatie van gebouwen
Het overgangsrecht geldt ook voor de handhaving van regels uit de volgende wetten, als in die wet is bepaald dat hoofdstuk 5 van de Wabo van toepassing is:
- Kernenergiewet
- Monumentenwet 1988, voor zever deze van kracht is volgens artikel 9.1 van de Erfgoedwet
- Ontgrondingenwet
- Waterwet
- Wet bescherming Antarctica
- Wet bodembescherming
- Wet geluidhinder
- Wet inzake de luchtverontreiniging
- Wet milieubeheer
- Wet natuurbescherming
- Wet ruimtelijke ordening
- Woningwet
Verder geldt het overgangsrecht voor de handhaving van regels uit delen van de volgende wetten die bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet vervallen:
- Mijnbouwwet
- Spoorwegwet
- Wet beheer rijkswaterstaatswerken
- Wet lokaal spoor
- Wet luchtvaart
Tenslotte geldt het overgangsrecht voor de handhaving van een gedoogplicht uit:
- artikel 7, lid 1, onder b, Drinkwaterwet
- artikel 20, lid 1, Elektriciteitswet
- artikel 39a, Gaswet
- artikel 23, lid 1, Uitvoeringswet Nederlands-Duits Grensverdrag
- artikel 38, Warmtewet
- artikelen 9 en 10, Waterstaatswet
Begrip: Verbeuren
Als een overtreding niet binnen een in een last onder dwangsom gestelde termijn is beëindigd, verbeurt de overtreder een opgelegde dwangsom. Dit betekent dat de overtreder het bedrag van de dwangsom aan het bevoegd gezag (het bestuursorgaan dat de dwangsom heeft opgelegd) moet betalen.