Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Contact
  • Stel uw vraag
Informatiepunt Leefomgeving
Zoeken in deze site
  1. Home ›
  2. Regelgeving ›
  3. Regels voor activiteiten ›
  4. Technische bouwactiviteit ›
  5. Emissiereductieplicht bouwen en slopen ›
  6. Maatregelen emissiereductieplicht
  • Home
  • Actueel
  • Regelgeving
  • Thema's
  • Digitaal stelsel
  • Contact
  • Contact
  • Stel uw vraag

Maatregelen emissiereductieplicht

Het Besluit bouwwerken leefomgeving introduceert een emissiereductieplicht bij bouw- en sloopwerkzaamheden. Initiatiefnemers van bouw- en sloopprojecten zijn verplicht om adequate maatregelen te nemen die de uitstoot van stikstofverbindingen naar de lucht beperken. Het gaat hierbij om de uitstoot van bij bouw of sloop in te zetten materieel op de bouwplaats.

Adequate maatregelen

Voor het begrip 'adequate maatregelen' wijst de toelichting op artikel 7.19a naar de Routekaart Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB). Het minimumniveau uit de Routekaart kan het bevoegd gezag gebruiken als kader om te beoordelen of aan de emissiereductieplicht is voldaan.

Het minimumniveau bevat eisen aan de maximale emissies van mobiele werktuigen die worden ingezet bij bouw- en sloopprojecten. Dit voorkomt de inzet van mobiele werktuigen die veel emissies uitstoten. De emissie-eisen uit het minimumniveau kunnen initiatiefnemers hanteren bij het uitzetten van een bouw- of sloopopdracht in de markt, of bij de inhuur of inzet van bouwmaterieel voor bouw- en sloopprojecten. Het minimumniveau staat hieronder. Een uitgebreidere beschrijving van dit minimumniveau staat in hoofdstuk 3.5 en 3.6 van de Routekaart SEB.

Minimumniveau

Bij de invulling van de emissiereductieplicht geldt een minimumniveau: dat zijn eisen aan de maximale emissies van mobiele werktuigen die worden ingezet bij bouw- en sloopprojecten.

Materieel bij bouw- en sloopwerkzaamheden en eisen aan emissies

Materieel

Periode 1 (1 jan 2023 - 31 dec 2024) Periode 2 (1 jan 2025 - 31 dec 2027) Periode 3 (1 jan 2028 - 31 dec 2029) Periode 4 (1 jan 2030 en verder)
Licht ('minimaterieel' < 10 kW) Geen eis Geen eis 100% ZE (zie toelichting op de tabel, punt 2) 100% ZE (zie toelichting op de tabel, punt 2)
Licht (19 - 37 kW) Stage IIIa Stage IIIa Stage IIIa 100% ZE (zie toelichting, punt 2)
Licht (37 - 56 kW) Stage IIIa Stage IIIb Stage IIIb 100% ZE (zie toelichting, punt 2)
Middelzwaar (56 - 130 kW) Stage IIIa Stage IV met roetfilter (zie toelichting op de tabel, punt 1) Stage IV met roetfilter (zie toelichting, punt 1)
  • Stage IV met roetfilter (2030), (zie toelichting, punt 1)
  • 100% ZE (2035)
Zwaar (130 - 560 kW) Stage IIIa Stage IV met roetfilter (zie toelichting, punt 1) Stage IV met roetfilter (zie toelichting, punt 1)
  • Stage IV met roetfilter (2030) (zie toelichting, punt 1)
  • 100% ZE (2035)
Specialistisch (levensduur > 15 jaar; Zeer zwaar (>560 kW) Geen eis Geen eis Katalysator en roetfilter (zie toelichting, punt 1)
  • Katalysator en roetfilter (zie toelichting, punt 1)
  • 100% ZE (2035 - 2040)
Stationair (generatoren, pompen, torenkranen) Gelijk aan eisen niet-stationair Gelijk aan eisen niet-stationair
  • 100% ZE <560 kW) (zie toelichting, punt 2)
  • >560 kW; gelijk aan eisen niet-stationair
  • 100% ZE <560 kW) (zie toelichting, punt 2)
  • >560 kW; gelijk aan eisen niet-stationair

Toelichting op de tabel

  1. Met 'katalysator' wordt bedoeld: een effectieve SCR-katalysator. Met 'roetfilter' wordt bedoeld: een werkend, gesloten roetfilter.
  2. Voor Stage V-materieel is een overgangsregeling van kracht. Stage V-materieel van voor 1 januari 2028 is nog tot 1 januari 2033 toegestaan.
  3. 'ZE' staat voor 'Zero emissie'. Uitleg over 'Stage' is te vinden in bijlage 2 van de Routekaart SEB.

Aanvullende maatregelen emissiereductieplicht

Voorbeelden van aanvullende maatregelen zijn:

  • Bouwlogistieke (proces)maatregelen die resulteren in minder en zuinigere vervoersbewegingen op de bouwlocatie, zoals:
    • het gebruik van andere bouwmethodes en ander materiaal, waaronder conceptueel bouwen, prefabricage en circulariteit
    • het reduceren van ritten door:
      • de beladingsgraad van het bouwtransport te optimaliseren
      • aan- en afvoerstromen op elkaar af te stemmen
      • het bundelen van ladingen door o.a. het gebruik van bouwhubs
    • het optimaliseren van het aantal transportbewegingen met behulp van digitalisering
    • het stimuleren of eisen van de inrichting en/of gebruik van bouwhubs
  • Minder (stationaire) draaiuren op de bouwlocatie, door:
    • het gebruik van bouwmaterialen te verminderen, waaronder:
    • andere bouwconcepten: Het gebruik van lichtere materialen vraagt veelal om werktuigen met kleinere vermogens en minder draaiuren op de bouwlocatie
    • ontwerpoptimalisaties
    • levensduurverlengend onderhoud
    • het meenemen van modulariteit en circulariteit, via bijvoorbeeld hergebruik van materialen in de buurt van de locatie
    • slim gebruik van materieel, met zoveel mogelijk gebruik van het duurzamere of lichtere materieel. Dit resulteert in minder draaiuren van het zwaardere materieel.


delen

  • Delen op LinkedIn

pdf maken

  • pdf maken

Vraag het onze experts!

Heeft u beroepsmatig te maken met regelgeving over de leefomgeving, de Omgevingswet of het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)? Hierover kunt u vragen stellen aan onze helpdesk. Wilt u als inwoner meer weten over deze onderwerpen? Neem dan contact op met uw gemeente.

Stel uw vraag

IPLO geeft informatie en beantwoordt vragen

Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) is het kenniscentrum van de overheid dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving. Onze experts geven via de IPLO-website en de helpdesk antwoord op vragen. IPLO maakt deel uit van het interbestuurlijke programma Aan de slag met de Omgevingswet. Meer informatie vindt u op onze pagina Over IPLO.

Service

  • Over IPLO
  • Abonneren
  • Contact
  • Archief
  • Omgevingswet op LinkedIn

Over deze site

  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Kwetsbaarheid melden
Rijksoverheid
UvW - Unie van Waterschappen
VNG - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg - IPO