Overgangsrecht metaalproductenindustrie

Situaties

Het algemeen overgangsrecht van de Invoeringswet Omgevingswet en het Invoeringsbesluit Omgevingswet pakt verschillend uit in de volgende 7 situaties:

1. Smelten of gieten van metaal met afwijkende legeringen of bijzondere gietmethoden of thermisch regenereren van vormzand
2. Harden of gloeien van metaal
3. Behandelbaden met giftige stoffen
4. IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal
5. Productieoppervlak groter dan 2.000 m²
6. Metaalbedrijf met omgevingsvergunning beperkte milieutoets voor de milieueffectrapportage (OBM-mer)
7. Overige metaalproductenindustrie

Hieronder verstaan we onder het ‘oude recht’ het recht tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Zoals de Wet milieubeheer, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), het Activiteitenbesluit, de Activiteitenregeling en het Besluit omgevingsrecht (Bor). Per situatie volgt eerst het oude recht, dan het nieuwe recht (Omgevingswet) en dan het overgangsrecht.

1. Smelten of gieten van metaal met afwijkende legeringen of bijzondere gietmethoden of thermisch regenereren van vormzand

Oude recht

Een metaalbedrijf dat non-ferrometaal smelt of giet, heeft onder het oude recht een milieuvergunning voor het hele bedrijf, als het een ander metaal of legering giet dan:

• aluminium en legeringen van aluminium met lood, zink, tin, koper, nikkel, maximaal 19% silicium, maximaal 1% mangaan, maximaal 5,5% magnesium, maximaal 1,5% ijzer, maximaal 1% titanium of maximaal 1% chroom
• koper en legeringen van koper met lood, zink, tin, aluminium, nikkel, maximaal 5% silicium, maximaal 13% mangaan, maximaal 6% ijzer of maximaal 0,1% fosfor
• lood, zink, tin en legeringen van deze metalen met nikkel
• goud, zilver, platina en legeringen met minimaal 30% van deze metalen tot maximaal 500 kg/jaar

Dit is ook het geval als het bedrijf de verlorenwasmethode of de lostfoammethode toepast. Of als het bedrijf vormzand thermisch regenereert.

De vergunning bevat voorschriften voor het hele bedrijf. Zoals geluidvoorschriften, voorschriften voor het smelten of gieten en, als dat nodig is, voorschriften voor andere activiteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf dat non-ferrometaal smelt of giet, en daarbij een ander metaal of legering smelt of giet dan hierboven staat, de verlorenwasmethode of de lostfoammethode toepast, of vormzand thermisch regenereert, heeft onder de Omgevingswet een vergunning nodig voor alleen het smelten of gieten. De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor het smelten of gieten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het overgangsrecht zet de oude milieuvergunning voor het hele metaalbedrijf om in een vergunning voor alleen de activiteit smelten of gieten van non-ferrometaal.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor het smelten of gieten van non-ferrometaal, blijven vergunningvoorschriften in de omgevingsvergunning milieu.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de andere milieubelastende activiteiten, worden maatwerkvoorschriften.
• De vergunningvoorschriften die zowel voor het smelten of gieten van non-ferrometaal als voor de andere activiteiten golden, worden maatwerkvoorschriften. Bijvoorbeeld: een geluidvoorschrift dat voor het hele bedrijf gold, wordt een maatwerkvoorschrift.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

2. Harden of gloeien van metaal

Oude recht

Een metaalbedrijf dat metaal hardt of gloeit, heeft onder het oude recht een milieuvergunning voor het hele bedrijf, als het daarbij zouten of olie gebruikt of andere gassen dan inerte gassen of koolzuurgas.

De vergunning bevat voorschriften voor het hele bedrijf. Zoals geluidvoorschriften, voorschriften voor het harden of gloeien en, als dat nodig is, voorschriften voor andere activiteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf dat metaal hardt of gloeit, en daarbij daarbij zouten of olie gebruikt of andere gassen dan inerte gassen of koolzuurgas, heeft onder de Omgevingswet een vergunning nodig voor alleen het harden of gloeien. De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor het harden of gloeien.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het overgangsrecht zet de oude milieuvergunning voor het hele metaalbedrijf om in een vergunning voor alleen de activiteit harden of gloeien.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor het harden of gloeien, blijven vergunningvoorschriften in de omgevingsvergunning milieu.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de andere milieubelastende activiteiten, worden maatwerkvoorschriften.
• De vergunningvoorschriften die zowel voor het harden of gloeien als voor de andere activiteiten golden, worden maatwerkvoorschriften. Bijvoorbeeld: een geluidvoorschrift dat voor het hele bedrijf gold, wordt een maatwerkvoorschrift.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

3. Behandelbaden met giftige stoffen

Oude recht

Een metaalbedrijf dat metaallagen aanbrengt of metaal behandelt, heeft onder het oude recht een milieuvergunning voor het hele bedrijf als het 1 van deze activiteiten uitvoert:

• het aanbrengen van metaallagen met cyanidehoudende baden met een inhoud van meer dan 100 liter
• het behandelen van metaaloppervlak met (1 of meer) behandelbaden met giftige stoffen die gezamenlijk 1 systeem vormen met een inhoud van meer dan 1.000 liter

Bij het verlenen van de omgevingsvergunning milieu gelden de aanvullende beoordelingsregels van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.

De vergunning bevat voorschriften voor het hele bedrijf. Zoals geluidvoorschriften, voorschriften voor de behandelbaden met giftige stoffen en, als dat nodig is, voorschriften voor andere activiteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf dat metaallagen aanbrengt of metaal behandelt, heeft onder de Omgevingswet een vergunning nodig voor alleen het aanbrengen van metaallagen of het behandelen van metaaloppervlak, als het:

• metaallagen aanbrengt met cyanidehoudende baden met een inhoud van meer dan 100 liter
• metaaloppervlak behandelt met een bad met meer dan 1.000 liter vloeibare gevaarlijke stoffen van ADR-klasse 6.1 of vloeibare gevaarlijke stoffen in de gevarenklasse acute toxiciteit, categorie 1,2 of 3 van bijlage I, deel 3, CLP-verordening

De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor het aanbrengen of behandelen. Bij het verlenen van de vergunning gelden specifieke beoordelingsregels voor externe veiligheid.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het overgangsrecht zet de oude milieuvergunning voor het hele metaalbedrijf om in een vergunning voor alleen de activiteit Aanbrengen van metaallagen of behandelen van metaaloppervlak. Er is daarbij geen herbeoordeling nodig van de specifieke beoordelingsregels van externe veiligheid.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor het aanbrengen van metaallagen of het behandelen van metaaloppervlak, blijven vergunningvoorschriften in de omgevingsvergunning milieu.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de andere milieubelastende activiteiten, worden maatwerkvoorschriften.
• De vergunningvoorschriften die zowel voor het aanbrengen van metaallagen of het behandelen van metaaloppervlak als voor de andere activiteiten golden, worden maatwerkvoorschriften. Bijvoorbeeld: een geluidvoorschrift dat voor het hele bedrijf gold, wordt een maatwerkvoorschrift.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

4. IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal

Oude recht

Een metaalbedrijf met een IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal die valt onder categorie 2.6 van bijlage 1 van de Richtlijn industriële emissies (Rie) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup), heeft onder het oude recht een milieuvergunning nodig voor het hele bedrijf. De vergunning bevat voorschriften voor de hele inrichting. Zoals geluidvoorschriften, voorschriften voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal en, als dat nodig is, voorschriften voor andere activiteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf met een IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal heeft onder de Omgevingswet een omgevingsvergunning milieu nodig voor alleen deze IPPC-installatie. Dus niet voor het hele bedrijf. Delen van het bedrijf die technisch en milieuhygiënisch niets met het behandelen te maken hebben, zoals een kantoor of bedrijfswoning, vallen buiten de vergunning. De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Maatwerkvoorschriften voor de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal, komen als voorschriften in de vergunning. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het overgangsrecht zet de oude milieuvergunning voor het hele bedrijf om in een vergunning voor alleen de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal, blijven vergunningvoorschriften in de omgevingsvergunning milieu.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de andere milieubelastende activiteiten, worden maatwerkvoorschriften.
• De vergunningvoorschriften die zowel voor de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal als voor de andere activiteiten golden, worden maatwerkvoorschriften. Bijvoorbeeld: een geluidvoorschrift dat voor het hele bedrijf gold, wordt een maatwerkvoorschrift.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden. Als het maatwerkvoorschrift over de IPPC-installatie voor het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal gaat, wordt het een vergunningvoorschrift.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

5. Productieoppervlak groter dan 2.000 m²

Oude recht

Een metaalbedrijf met productieoppervlak groter dan 2.000 m² heeft onder het oude recht een milieuvergunning voor het hele bedrijf nodig als het op dat oppervlak 1 van de volgende activiteiten uitvoert:

• warmwalsen of koudwalsen voor zover het smeltpunt van het metaal minimaal 800 K is en de dikte van het aangevoerde materiaal minimaal 1 mm is
• walsen of trekken voor het maken van profiel- of staafmateriaal
• walsen, trekken of lassen voor het maken van metalen buizen
• smeden voor het maken van ankers of kettingen
• maken of schoonmaken van metalen ketels, vaten, tanks of containers
• samenvoegen van plaat-, profiel-, staf- of buismateriaal door smeden, klinken, lassen of monteren

De vergunning bevat voorschriften voor de hele inrichting. Zoals geluidvoorschriften en voorschriften voor specifieke activiteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf met productieoppervlak groter dan 2.000 m² heeft onder de Omgevingswet een omgevingsvergunning milieu nodig voor alleen de installatie voor de hierboven genoemde activiteiten. Dus niet voor het hele bedrijf. Delen van het bedrijf die technisch en milieuhygiënisch niets met die activiteiten te maken hebben, zoals een kantoor of bedrijfswoning, vallen buiten de vergunning. De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor de installatie voor de genoemde metaalactiviteiten.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Maatwerkvoorschriften voor de installatie voor de genoemde activiteiten, komen als voorschriften in de vergunning. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het overgangsrecht zet de oude milieuvergunning voor het hele bedrijf om in een vergunning voor alleen de installatie voor de genoemde activiteiten.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de installatie voor de genoemde activiteiten, blijven vergunningvoorschriften in de omgevingsvergunning milieu.
• De vergunningvoorschriften die alleen golden voor de andere milieubelastende activiteiten, worden maatwerkvoorschriften.
• De vergunningvoorschriften die zowel voor de installatie voor de genoemde activiteiten als voor de andere activiteiten golden, worden maatwerkvoorschriften. Bijvoorbeeld: een geluidvoorschrift dat voor het hele bedrijf gold, wordt een maatwerkvoorschrift.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden. Als het maatwerkvoorschrift over de installatie voor de genoemde activiteiten gaat, wordt het een vergunningvoorschrift.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

6. Metaalbedrijf met OBM-mer

Oude recht

Een metaalbedrijf heeft onder het oude recht een omgevingsvergunning beperkte milieutoets voor de milieueffectrapportage (OBM-mer) nodig voor de oprichting, wijziging of uitbreiding van een installatie voor:

• het verwerken van ferrometaal door warmwalsen, het smeden met hamers, of het aanbrengen van metaallagen
• het smelten van non-ferrometaal, met uitzondering van edelmetaal
• het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal
• het maken van auto's of motoren van auto's
• het maken of repareren van luchtvaartuigen
• het maken van spoorwegmaterieel
• het met testbanken beproeven van motoren, turbines of reactoren
• het uitstampen van metalen met springstoffen

De OBM is alleen nodig als er voor het bedrijf geen omgevingsvergunning milieu geldt. Dus niet in de situaties onder punt 1 tot en met 5. De OBM-mer bevat geen voorschriften.

Voor het metaalbedrijf gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 en 4 van het Activiteiten­besluit, waaronder voorschriften voor het verwerken van metaal. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Een metaalbedrijf heeft onder de Omgevingswet een vergunning nodig voor een installatie voor:

• het verwerken van ferrometaal door warmwalsen, het smeden met hamers, of het aanbrengen van metaallagen
• het smelten van non-ferrometaal, met uitzondering van edelmetaal
• het elektrolytisch of chemisch behandelen van metaal
• het maken van auto's of motoren van auto's
• het maken of repareren van luchtvaartuigen
• het maken van spoorwegmaterieel
• het met testbanken beproeven van motoren, turbines of reactoren
• het uitstampen van metalen met springstoffen

Delen van het metaalbedrijf die technisch en milieuhygiënisch niets met de installatie te maken hebben, zoals een kantine of bedrijfswoning, vallen buiten de vergunning. De vergunning kan alleen voorschriften bevatten voor de installatie voor de specifieke metaalactiviteit.

Naast de vergunning gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Het metaalbedrijf krijgt van rechtswege een omgevingsvergunning milieu voor de installatie voor de specifieke metaalactiviteit. Deze blijft gelden zolang het metaalbedrijf naar aard en omvang hetzelfde blijft.
• Eerder aangeleverde informatie bij een vergunningaanvraag of een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden. Als het maatwerkvoorschrift ging over de installatie, wordt het een voorschrift in de van rechtswege verleende vergunning.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

7. Overige metaalproductenindustrie

Oude recht

Overige metaalproductenindustrie heeft onder het oude recht geen milieuvergunning nodig.

Er gelden voorschriften uit hoofdstuk 3 en 4 van het Activiteiten­besluit. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Nieuwe recht

Overige metaalproductenindustrie heeft onder de Omgevingswet geen omgevingsvergunning milieu nodig.

Er gelden voorschriften uit het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en uit het omgevingsplan. Hierbij heeft het bevoegd gezag ruimte om maatwerkvoorschriften te stellen. Een metaalbedrijf kan toestemming vragen een gelijkwaardige maatregel toe te passen.

Overgangsrecht

• Eerder aangeleverde informatie bij een melding op grond van het Activiteitenbesluit, geldt als invulling van informatie­plichten in het Bal. Bij inwerkingtreding van het nieuwe stelsel zal het meestal niet nodig zijn extra informatie aan te leveren.
• Als de gemeente voor een metaalbedrijf een maatwerkvoorschrift had verleend onder het Activiteitenbesluit, blijft dit gelden.
• Als een metaalbedrijf eerder toestemming had gekregen om een gelijkwaardige maatregel toe te passen, blijft die toestemming gelden.

Zie ook

Van Activiteitenbesluit en Bor naar Bal ('was-wordt-tabellen')