Overgangsbepalingen geluid in algemene rijksregels
Met de Omgevingswet verandert er veel voor geluid. Er gelden daarom bij diverse situaties overgangsbepalingen, of bepalingen over eerbiedigende werking. In de algemene regels van de Rijksoverheid staat een aantal overgangsbepalingen gericht op geluid.
Besluit bouwwerken leefomgeving
Hogere waarden en bepaling geluidwering gevel
Hogere-waardebesluiten worden onderdeel van het tijdelijke deel omgevingsplan (artikel IX Aanvullingsbesluit geluid). Voor de vaststelling van de geluidwering van de gevel van een geluidgevoelig gebouw, moet het bevoegd gezag uitgaan van de toegestane hoeveelheid geluid op die gevel in deze besluiten. Dit staat in artikel 4.103c, lid 2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Deze regeling was al ingevoegd via het Aanvullingsbesluit geluid en wordt verduidelijkt via het Verzamelbesluit Omgevingswet 2022.
Dove gevel Wet geluidhinder
In een 'dove gevel' die is vastgelegd in het tijdelijk deel omgevingsplan, mag een gemeenschappelijke doorgang aanwezig zijn, bijvoorbeeld een toegangsdeur van een appartementengebouw of een vluchtdeur. Dit staat in artikel 4.103c, lid 1 Bbl en artikel 4.103b, lid 2, onder a Bbl. Op basis van artikel 1 van de Wet geluidhinder (Wgh) kon een gevel aangemerkt worden als een 'dove gevel', waardoor geen toetsing of afweging hoefde plaats te vinden.
Besluit activiteiten leefomgeving
Verplaatsbaar mijnbouwwerk
In paragraaf 4.109 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) staan de regels voor de milieubelastende activiteit 'Werkzaamheden met verplaatsbaar mijnbouwwerk'. Voor geluid door een verplaatsbaar mijnbouwwerk gelden de waarden in tabel 4.1121a 'Geluidniveaus' Bal. De waarden voor geluidgevoelige ruimten binnen geluidgevoelige gebouwen gelden niet als het geluidgevoelige gebouw geheel of gedeeltelijk ligt op een industrieterrein met geluidproductieplafonds (gpp's). Dit staat in artikel 4.1121a, lid 4, Bal. Met een overgangsbepaling is geregeld dat dit ook van toepassing is op een gezoneerd industrieterrein (artikel 4.1126a, Bal).
Spoorwegemplacement
Een spoorwegemplacement is een in het Bal aangewezen vergunningplichtige milieubelastende activiteit. De vergunningplicht geldt voor het exploiteren van een spoorwegemplacement. Deze vergunningplicht geldt niet voor het geluid door spoorvoertuigen op spoorwegemplacementen die onderdeel zijn van een (hoofd)spoorweg met gpp's (artikel 3.295b, lid 2 Bal).
Voor bestaande emplacementen geldt deze inperking van de vergunningplicht voor het aspect geluid pas vanaf het moment waarop de gpp’s met toepassing van artikel 12.5 Bkl worden gewijzigd en dit vaststellingsbesluit in werking is getreden (artikel 3.295d Bal).
Windparken
In paragraaf 4.30a Bal staan tijdelijke regels geluid voor vergunningplichtige windturbines. Dit zijn windparken met 3 of meer windturbines. Deze paragraaf is van toepassing op bestaande windparken:
- die in werking mochten zijn op 30 juni 2021 én
- waarbij daarna geen wijzigingen hebben plaatsgevonden in de omgevingsvergunning voor milieubelastende activiteiten, het omgevingsplan of de omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit.
Paragraaf 4.30a Bal blijft in werking tot en met 30 juni 2025.
De waarden uit maatwerkvoorschriften op basis van artikel 3.14a Activiteitenbesluit blijven gelden als deze op 30 juni 2022 van kracht waren. Dit is geregeld in artikel 3.14b, lid 4 Bal.
Traumahelikopter
In paragraaf 4.56 Bal staan de regels voor de milieubelastende activiteit 'Traumahelikopter'.
In artikel 4.664 Bal is een geluidsvermogensniveau voorgeschreven van maximaal 140 dB(A). Op basis van artikel 4.666a Bal geldt een hoger maximaal geluidsvermogensniveau van 145 dB(A) voor een academisch ziekenhuis dat op 1 februari 2003 een helidek in werking had. Deze overgangsbepaling eindigt als de helikopter wordt vervangen.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.