Aanpak van de gevolgen van klimaatverandering: klimaatadaptatie
Het is niet alleen nodig dat Nederland de oorzaken van klimaatverandering aanpakt. Nederland moet zich ook voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering. En zich aanpassen aan deze gevolgen. Dit aanpassen aan klimaatverandering heet klimaatadaptatie.
Lees over de hoofdlijnen van de Nederlandse aanpak van klimaatadaptatie. En lees de informatie die kan helpen om klimaatadaptatie op te nemen in beleid en uitvoering.
Aanpassing is nodig
Om Nederland te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering, is het nodig om verschillende soorten maatregelen te nemen, vanuit verschillende beleidsvelden. Met aanpassingen in de ruimtelijke ordening en inrichting kan een gemeente of provincie bijvoorbeeld wateroverlast beperken. Of een bedrijf kan een gebouw zo aanpassen dat het er in de zomer niet te heet wordt voor de werknemers. Maar ruimtelijke maatregelen zijn niet genoeg. Er zijn ook andersoortige maatregelen nodig, zoals maatregelen om de schade voor de economie en de volksgezondheid te beperken. En om de schade voor natuur en milieu te beperken, zoals het verlies van soorten en habitats en de verslechtering van de luchtkwaliteit.
Klimaatadaptatie in Nederlands beleid en programma's
Op nationaal niveau zijn er 2 programma’s die de gevolgen van klimaatverandering aanpakken: de Nationale klimaatadaptatiestrategie (NAS) en het Deltaprogramma.
Nationale klimaatadaptatiestrategie (NAS)
Met de NAS van 2016 heeft Nederland de oproep van de Europese Commissie beantwoord om uiterlijk in 2017 een klimaatadaptatiestrategie opgesteld te hebben. Het doel van de NAS is om alle risico’s en gevolgen van klimaatverandering voor Nederland te beheersen en te verkleinen. De werkzaamheden vanuit de NAS zijn gericht op de meest urgente risico's. Deze risico’s zijn bepaald in de eerste nationale klimaatrisicobeoordeling, waarvan de resultaten in 2015 gepubliceerd zijn in het rapport 'Aanpassen aan klimaatverandering' van het Planbureau voor de Leefomgeving. De risico’s voor de watersector worden in het rapport gerekend onder de minder urgente risico’s, omdat die worden aangepakt vanuit het Deltaprogramma.
De risico's waarop de NAS zich richt
De urgente risico's waarop de NAS zich richt, zijn:
- meer hittestress bij mensen door extreem weer: meer zieken, ziekenhuisopnamen en sterfgevallen, en minder productiviteit en meer zieken op het werk
- vaker uitval van delen van vitale en kwetsbare functies door extreem weer: risico’s voor de energie-, telecom- en IT-voorzieningen en voor de hoofdinfrastructuur
- vaker oogstschade en andere schade in de land- en tuinbouw door extreem weer: minder gewasopbrengsten, meer beschadiging van productiemiddelen
- verschuiving van klimaatzones in combinatie met gebrek aan internationale ruimtelijke samenhang in de natuur: een deel van de planten en dieren kan onvoldoende meebewegen met het verschuivende klimaat
- mogelijk meer infecties en allergieën, zoals hooikoorts of andere luchtwegklachten: gezondheidsverlies, arbeidsverlies en kosten
- cumulatieve effecten: uitval in 1 sector of op 1 locatie heeft gevolgen voor andere sectoren of locaties
Het Kennisportaal Klimaatadaptatie bevat een pagina met meer informatie over de NAS en de uitvoering ervan.
Nationaal Uitvoeringprogramma Klimaatadaptatie (NUP KA)
In 2017 is het 1e uitvoeringsprogramma van de NAS van start gegaan. In november 2023 werd het 2e uitvoeringsprogramma gepubliceerd: het Nationaal Uitvoeringprogramma Klimaatadaptatie (NUP KA). Volgens de NUP KA moet de aanpassing aan klimaatverandering sneller, intensiever en inclusiever. De (voormalige) ministeries van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (nu Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur), van Economische Zaken en Klimaat (nu Economische Zaken), van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en van Justitie en Veiligheid (JenV) hebben gezamenlijk 5 prioriteiten bepaald:
- formuleren van concretere adaptatiedoelen
- toegankelijker en toepasbaar maken van kennis over klimaatadaptatie
- vergroten van aandacht voor rechtvaardigheid in adaptatiebeleid
- standaard meenemen van klimaatbestendigheid in al het beleid en de uitvoering
- verkennen van mogelijkheden om financiering van klimaatadaptatie te verbreden
Zie rapport Nationaal Uitvoeringsprogramma Klimaatadaptatie Slimmer, intensiever, voor en door iedereen (rijksoverheid.nl).
Deltaprogramma
De focus van het Deltaprogramma ligt op de watergerelateerde risico’s. Het Deltaprogramma wordt in 3 nationale plannen uitgevoerd:
- In het Deltaplan Waterveiligheid staan maatregelen die Nederland moeten beschermen tegen overstromingen.
- In het Deltaplan Zoetwater staan maatregelen om de droogte aan te pakken en zoetwatertekorten te voorkomen.
- De maatregelen in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie zijn erop gericht om de ruimtelijke ordening en de inrichting van Nederland aan te passen aan het veranderende klimaat. Bij de lokale en regionale uitvoering wordt zoveel mogelijk integraal gewerkt. Op het Kennisportaal Klimaatadaptatie staat een uitgebreide toelichting over dit plan en de uitvoering ervan.
Zie voor meer informatie de pagina Deltaprogramma.
Herziening NAS en 2e herijking Deltaprogramma
Het voornemen is om het planproces voor de herziening van de NAS en de 2e herijking van het Deltaprogramma gelijk te trekken. In het najaar van 2026 moeten de resultaten van beide gereed zijn. Voor herziening en herijking zullen de meest actuele klimaatdata en klimaatrapportages gebruikt worden, zoals de rapportages van het IPCC uit 2021 en 2022 en de nieuwe KNMI-klimaatscenario's uit 2023. En voor het Deltaprogramma onder andere ook de resultaten van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging.
Instrumenten voor klimaatadaptatie in de Omgevingswet
Klimaatadaptatie is een van de grote opgaven die overheden moeten aanpakken. De instrumenten van de Omgevingswet zijn hulpmiddelen om de opgave van klimaatadaptatie integraal met andere omgevingsopgaven aan te pakken. (zie: Klimaatadaptatie en de Omgevingswet op het Kennisportaal Klimaatadaptatie.)
Hoe kan de overheid met die instrumenten klimaatadaptatie een plek geven in het nieuwe omgevingsbeleid? Op het Kennisportaal Klimaatadaptatie staan verschillende publicaties die daarbij kunnen helpen. In de video van deelnemers aan de pilot omgevingsvisie Parkstad Limburg is te zien hoe klimaatadaptatie daar richting geeft aan de omgevingsvisie. Het ministerie van IenW is het coördinerend ministerie voor klimaatadaptatie. IenW heeft het Kennisportaal Klimaatadaptatie opgezet en zorgt voor het beheer ervan.
Aandachtspunt bij plannen en maatregelen
Belangrijk aandachtspunt bij het maken van plannen en nemen van maatregelen is dat maatregelen gescreend worden op ongewenste neveneffecten. Zo heeft vergroening vaak een positief effect, omdat dat tijdens hitte kan zorgen voor verkoeling. Maar worden hierbij soorten gebruikt die plaagdieren aantrekken? Of worden boomsoorten gebruikt, waarvoor veel mensen allergisch zijn? Dan kan het effect ervan beperkt zijn.
Impact en aanpassingsvermogen verschillen per sector
De urgentie om adaptatiemaatregelen te nemen, hangt af van de impact van klimaatverandering op een sector en het aanpassingsvermogen van een sector.
De impact van toenemende wateroverlast, droogte en hitte verschilt van sector tot sector. Dat geldt ook voor de toenemende extremen, voor zeespiegelstijging en andere klimaateffecten. Zo is de impact van klimaatverandering op de landbouw of natuur van een andere orde dan bijvoorbeeld de impact op de verkeersinfrastructuur.
Ook het aanpassingsvermogen verschilt van sector tot sector. Zo is het voor investeringen met een lange levensduur belangrijk om rekening te houden met het toekomstige klimaat. De aanpassingen die voor het toekomstige klimaat nodig zijn, moeten nu al meegenomen worden in het ontwerp. Voor investeringen met een korte levensduur geldt dat klimaat vooral meegewogen moet worden bij vervangingsinvesteringen.
Anticiperen
Op sommige gevolgen kan op lokale schaal goed geanticipeerd worden. Zoals het realiseren van voldoende waterberging voor het opvangen van extreme neerslag. Voor andere gevolgen is rijksbeleid nodig. Een voorbeeld hiervan is de hoogwaterveiligheid. Zeespiegelstijging wordt al heel lang waargenomen. Omdat dijkversterking duur is en lang moet meegaan, wordt rekening gehouden met de versnellende zeespiegelstijging.
Niet alle gevolgen van klimaatverandering hebben een duidelijke 'beleidseigenaar'. Dat heeft invloed op het aanpassingsvermogen. Dit speelt bijvoorbeeld bij hittestress. De ziekenhuizen kunnen tijdens hittegolven volstromen met mensen met diverse klachten. In de gezondheidszorg kan men veel van de oorzaken echter niet wegnemen. Het gaat dan bijvoorbeeld om een omgeving die (te) veel warmte vasthoudt (een woning die zijn warmte niet kwijt kan, of een gebrek aan schaduw in een wijk). Of het gaat om werktijden, die tijdens hittegolven voor sommige beroepen misschien zouden moeten worden aangepast.
Voor verschillende beleidsvelden is dus een verschillende aanpak nodig. Sommige sectoren zijn al ver met het ontwikkelen van een aanpak, andere staan nog aan het begin. Voor sommige gevolgen van klimaatverandering is het bovendien nodig een samenhangende bovensectorale aanpak te ontwikkelen. Voor meer informatie over de beleidsvelden, zie de pagina Sectoren klimaatadaptatie.