Vaarwegen en zeehavens
Klimaatverandering heeft een sterke invloed op de waterstanden van rivieren. Dat heeft gevolgen voor de binnenvaart. De binnenvaart is afhankelijk van de waterdiepte en van de goede werking van sluizen en beweegbare bruggen. Daarnaast staat de bereikbaarheid van havens onder druk. Na een piekbui stroomt het regenwater naar lager gelegen delen van een haventerrein en kan daar een stremming veroorzaken op de weg.
Klimaatadaptatie per mobiliteitssysteem: Vaarwegen en zeehavens
Vaarwegen
De aanpak van de gevolgen van klimaatverandering voor het vaarwegennet is in diverse programma's en afspraken vastgelegd. Het Nationaal Water Programma beschrijft de hoofdlijnen van het nationale waterbeleid en de uitvoering ervan in de rijkswateren. Hierin is ook aandacht voor klimaatadaptatie.
Conform de aanpak die afgesproken is in het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie heeft Rijkswaterstaat voor de vaarwegen:
- stresstesten uitgevoerd
- risicodialogen georganiseerd
- een uitvoeringsagenda opgesteld
In de Uitvoeringsagenda Klimaatbestendige netwerken 2022 staan maatregelen voor het Hoofdvaarwegennet. De maatregelen zijn gegroepeerd per klimaatdreiging: droogte, hoogwater en hitte. Voorbeelden van maatregelen zijn het koelen en het verhogen van bruggen.
Daarnaast is het belangrijk om de bevaarbaarheid van de vaarwegen op orde te houden in geval van droogte. Dit wordt opgepakt in het Programma Integraal RivierManagement (IRM). In de 'IRM'-pilots worden maatregelen getest. De uitkomsten zullen belangrijke informatie geven voor het structureel aanpakken van problemen met bodemerosie van de rivieren.
Zeehavens
Havenbedrijven zijn verantwoordelijk voor het goed functioneren van de zeehavens. Zij zijn dus ook verantwoordelijk voor klimaatadaptatie, de aanpassing van zeehavens aan klimaatverandering. Zo heeft het Havenbedrijf Rotterdam in 2022 een adaptatiestrategie opgesteld voor de Rotterdamse haven. Voorbeelden van maatregelen uit deze adaptatiestrategie zijn 'dry proofing' en 'wet proofing'.
Dry proofing
'Dry proofing' houdt in dat een gebouw of installatie aan de buitenzijde volledig waterdicht wordt gemaakt en wordt versterkt, zodat er geen (overstromings)water binnen kan komen. Dat kan ook betekenen dat de muren versterkt moeten worden om bestand te zijn tegen de waterdruk.
Wet proofing
Met 'wet proofing' worden gebouwen en installaties geschikt gemaakt om (overstromings)water binnen te ontvangen. Hiervoor moeten nutsvoorzieningen zoals elektriciteits- en gasleidingen verhoogd aangelegd worden, tot boven het zogeheten maatgevende hoogwaterpeil. Bij een overstroming staat het water dan binnen het gebouw even hoog als buiten het gebouw.
Ook voorziet de adaptatiestrategie van het Rotterdamse havenbedrijf in het opstellen van noodplannen op bedrijfsniveau en op het niveau van het havengebied.
Havenbedrijven zoeken actief aansluiting bij het Deltaprogramma.