Landschappelijke kwaliteit
Overheden moeten landschappelijke kwaliteit meenemen bij het uitoefenen van taken en bevoegdheden. Er gelden beperkt instructieregels van het Rijk. Deze regelen alleen een aantal specifieke nationale belangen. Het is daarom van belang dat provincies en gemeenten het beleid en de borging van landschappelijke kwaliteit zelf invullen.
Uitleg over landschappelijke kwaliteit
Elk landschap is het resultaat van natuurlijke factoren en menselijke ingrepen. Daarbij is het landschap dynamisch van karakter. Zo veranderde bijvoorbeeld het grondgebruik van het Nederlandse landschap in de afgelopen eeuwen steeds. Maar ook veranderingen in het klimaat hebben invloed op het landschap.
De waarde die aan een landschap wordt gegeven, is een zachte waarde. Deze waarde is moeilijk in geld uit te drukken, maar heeft wel een (economische) betekenis Deze kwaliteit wordt beïnvloed door (nieuwe) maatschappelijk ontwikkelingen, zoals de energietransitie, schaalvergroting in de landbouw en verstedelijking.
De beoordeling van de kwaliteit van een landschap is altijd gebiedsspecifiek. Het gaat daarbij om de waardering van aanwezige kenmerken, zoals verkavelingen, oude waterlopen, bodemschatten of soortenrijkdom van planten en dieren. Vaak wordt bij die beoordeling de cultuurhistorische, belevings- en ecologische waarde van cultuurlandschappen gehanteerd:
- cultuurhistorische waarde: archeologische, bouwkundige en historisch-landschappelijke elementen
- belevingswaarde: de kwaliteit van onze leefomgeving, waarbij onder andere de bruikbaarheid en toegankelijkheid van belang zijn voor de beleving ervan
- ecologische waarde: natuurgebieden en landschapselementen, zoals houtwallen of waterlopen
Landschappelijke kwaliteit kan dus niet los gezien worden van andere omgevingsthema's zoals cultureel erfgoed en natuur.
Landschappelijke kwaliteit in de Omgevingswet
Naast veiligheid en gezondheid is 'een goede omgevingskwaliteit' opgenomen in de centrale doelstelling (artikel 1,3 Omgevingswet). Dit duidt op het belang van aspecten als cultureel erfgoed, architectonische kwaliteit van bouwwerken, stedenbouwkundige kwaliteit en kwaliteit van natuur en landschap. Het gaat daarbij om de menselijke beleving van de fysieke leefomgeving. Maar ook om de waarden die de maatschappij toekent aan de identiteit van gebieden en aan dier- en plantensoorten.
Overheden moeten landschappelijke kwaliteit meenemen bij het evenwichtig toedelen van functies aan locaties Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (artikel 2.4 en 4.2 Omgevingswet) in het omgevingsplan.
De Rijksoverheid heeft voor landschappelijke kwaliteit van de fysieke leefomgeving een beperkt aantal instructieregels opgesteld. Hierdoor heeft de gemeente, maar ook de provincie de vrijheid om het aspect landschappelijke kwaliteit zelf in te vullen. Daarbij kunnen ze wettelijke instrumenten gebruiken, zoals de omgevingsvisie en het omgevingsplan.
Landschappelijke kwaliteit in omgevingsvisie
Het belangrijkste instrument om de ambitie voor landschappelijke kwaliteit vast te leggen is de omgevingsvisie. Dit speelt op verschillende schaalniveaus.
Omgevingsvisie Rijk
De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) bevat onder andere de volgende nationale belangen:
- het realiseren van een goede omgevingskwaliteit
- het behouden en versterken van cultureel erfgoed en landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten
Bij de belangrijke keuzes voor nu staat: 'Het landschap van Nederland is deel van onze identiteit. Om te kunnen blijven genieten van ons mooie landschap moet behoud van de kwaliteit van ons landschap sterker meewegen in de keuzes die we maken. Verrommeling en versnippering willen we voorkomen. De wildgroei aan distributiecentra (de 'verdozing') moet stoppen. Sommige landschappen zijn zo waardevol dat ze extra beschermd worden. Zo moeten bijvoorbeeld bepaalde delen van het Groene Hart beschermd worden, maar is er in andere delen juist ruimte voor ontwikkeling.'
De provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies moeten rekening houden met het beleid uit de NOVI.
Omgevingsvisie provincie
Een provinciale omgevingsvisie kan een beschrijving bevatten van de landschappelijke kwaliteit van de provincie. En de ambities en maatregelen om de landschappelijke kwaliteit te behouden en verbeteren. Op provinciaal niveau gaat het bijvoorbeeld om landschappelijke waarden (waardevolle landschappen) en cultuurhistorische waarden. En de samenhang met infrastructuur en duurzame verstedelijking.
Omgevingsvisie gemeente
De gemeentelijke omgevingsvisie kan eveneens een beschrijving van de landschappelijke kwaliteit bevatten en het beleid gericht op deze landschappelijke kwaliteit. Op gemeentelijk niveau gaat het dan bijvoorbeeld om de overgang tussen stedelijk en landelijk gebied en het behoud en de versterking van landschappelijke elementen. Bijvoorbeeld bij recreatiegebieden, parken, lanen, enzovoorts.
Instructieregels landschappelijke kwaliteit
Gemeenten en provincies moeten voldoen aan de instructieregels. Deze staan in:
- paragraaf 5.1.5: beschermen van landschappelijke of stedenbouwkundige waarden en cultureel erfgoed, van het Besluit kwaliteit leefomgeving en
- paragraaf 5.1.7: behoeden van de staat en werking van infrastructuur of voorzieningen voor nadelige gevolgen van activiteiten
Er gelden instructieregels over:
- kust (behoud vrije horizon)
- Waddenzee en Waddengebied
- cultureel erfgoed en werelderfgoed
- landelijke fiets- en wandelroutes
Landschappelijke kwaliteit in provinciale omgevingsverordening
Een provincie kan haar beleid op het gebied van landschappelijke kwaliteit borgen in de provinciale omgevingsverordening. Bijvoorbeeld door het vastleggen van landschappelijk waardevolle gebieden. En het stellen van regels om deze gebieden te beschermen.
Landschappelijke kwaliteit in gemeentelijke omgevingsplan
Een gemeente kan grotendeels zelf bepalen of ze regels wil stellen in het omgevingsplan gericht op het behoud of versterking van de landschappelijke kwaliteit. Bijvoorbeeld door het vastleggen van de landschappelijke elementen of door het voorkomen van activiteiten of bebouwing die de landschappelijke kwaliteit kunnen schaden.
Meer informatie over landschappelijke kwaliteit
- Omgevingsthema Natuur
- Omgevingsthema Cultureel erfgoed
Evenwichtige toedeling van functies aan locaties
Evenwichtige toedeling van functies aan locaties (ETFAL) betekent dat er een balans bestaat tussen verschillende functies die locaties binnen een gebied kunnen vervullen. Deze regels houden meer in dan alleen het bestemmen in een bestemmingsplan. Denk bij een functie bijvoorbeeld aan een netwerkfunctie (kabels en leidingen) of waterbergende functie (milieu).
Lees meer over evenwichtige toedeling van functies aan locaties.