Vreugdevuren en paasvuren: vergunning in plaats van ontheffing
Sinds 1 januari 2024 is voor vreugdevuren en paasvuren de procedure gewijzigd, om toestemming te krijgen voor het verbranden van afvalstoffen. Voor zo'n vuur met afgegeven of ingezamelde afvalstoffen (zoals snoeiafval, pallets, kerstbomen) geldt nu een vergunningplicht in plaats van een ontheffing.
Afgegeven of ingezamelde afvalstoffen
De procedurewijziging is het gevolg van een verandering in artikel 10.2 van de Wet milieubeheer. Daarin staat dat het is verboden om afvalstoffen te stoken. Voor een vreugdevuur of paasvuur geven particulieren hun kerstboom of snoeiafval af aan de organisatoren. Dan is artikel 10.2 Wm niet meer van toepassing. Voor het verbranden daarvan geldt nu artikel 3.40e van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal), en daarom is een omgevingsvergunning nodig (korte, reguliere procedure).
Terughoudend
Voor deze vergunning gelden de beoordelingscriteria van artikel 8.9 Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Hieronder valt ook een 'doelmatig beheer' van afvalstoffen, waarvoor het Landelijk afvalbeheerplan 3 (verwijst naar een andere website) het beleidskader vormt. Het verbranden van afval in de open lucht is geen doelmatige verwerking en zorgt voor een slechtere luchtkwaliteit.
Gemeenten kiezen er soms voor om een uitzondering te maken voor bijvoorbeeld paasvuren en vreugdevuren. Daarvoor is wel een goede motivering en lokaal beleid nodig. Het LAP3 adviseert om terughoudend te zijn bij het verlenen van een ontheffing of vergunning voor het verbranden van afvalstoffen. Meer informatie vindt u in het beleidskader B11 (verwijst naar een andere website) van het LAP3. In 2025 zal het Circulair Materialenplan (CMP) het LAP3 opvolgen.
Eigen snoeiafval
Als een particulier alleen zijn eigen snoeiafval wil verbranden in de open lucht, geldt nog wel de procedure van een ontheffing (op basis van artikel 10.63 van de Wet milieubeheer). Dat is dus niet veranderd per 2024. Maar ook daarbij gelden de beoordelingscriteria van bovengenoemd artikel 8.9 van het Bkl, en dus een terughoudendheid om zo'n ontheffing te verlenen. Zo biedt gemeente Meijerijstad tegenwoordig een gratis ophaalservice (verwijst naar een andere website) aan als alternatief voor snoeihoutverbranding.
APV regelt openbare orde en veiligheid
Naast de hierboven genoemde milieuregels gelden voor vuren in de open lucht ook regels voor veiligheid en openbare orde. Artikel 5:34 van de (model)APV bevat een stookverbod, met enkele uitzonderingen voor kleinschalige vuren. APV staat voor Algemene Plaatselijke Verordening. Voor het houden van een paasvuur of vreugdevuur zal, naast een omgevingsvergunning milieu, vaak ook een APV-ontheffing nodig zijn. Dit is niet veranderd sinds 2024. Gemeenten kunnen in beleidsregels vastleggen hoe ze omgaan met openbare orde en veiligheid rondom grote vuren.