3.2.2 Interpretatie van de resultaten
Vaak zijn omgevingswaarden uitgedrukt als een lange-termijnimmissiedoelstelling (beoordeeld over minimaal een jaar). In veel situaties is het erg kostbaar of technisch niet mogelijk om door metingen te toetsen of aan de immissiedoelstelling is voldaan. In dergelijke situaties kunnen lange-termijnverspreidingsmodellen wel het gewenste inzicht geven.
Zoals besproken in paragraaf 2.1.1, hebben de met een verspreidingsmodel berekende immissies een zekere onnauwkeurigheid. De berekende immissie kan daardoor afwijken van de werkelijke immissie.
De onnauwkeurigheid kan sterk verschillen per situatie, sommige situaties zijn met het Nieuw Nationaal Model (NNM) eenvoudigweg niet goed te modelleren. In dergelijke situaties is het model 1 van de hulpmiddelen waarmee de invloed van een activiteit op de luchtkwaliteit te kwantificeren is.
Ook in situaties waar het NNM in principe goed toepasbaar is, hebben de rekenresultaten een bepaalde onnauwkeurigheid (zie paragraaf 4.6). Bij vergunningverlening interpreteert men rekenresultaten voor geur vaak als exacte waarden. De onnauwkeurigheid van de resultaten zijn niet in het voordeel van het bedrijf uit te leggen, en niet in het voordeel van de omgeving.
Voor verschillende toepassingen gaat men hier op verschillende manieren mee om. Bij handhaving op geur is de totale onnauwkeurigheid van metingen en berekeningen geschat op een factor 2. Het bedrijf krijgt deze onnauwkeurigheid vaak in het voordeel uitgelegd.