Meten van de luchtkwaliteit
De luchtkwaliteit kunt u vaststellen door te meten in de buitenlucht. Voor het toetsen en beoordelen aan de omgevingswaarden maakt u berekeningen met modellen. De resultaten van uw eigen metingen kunt u hiervoor meestal niet gebruiken.
Meten van de luchtkwaliteit in Nederland
De luchtkwaliteit in Nederland wordt door de overheid vastgesteld. Ze gebruikt hiervoor een combinatie van metingen en modelberekeningen. Het RIVM verzorgt de officiële metingen van de luchtkwaliteit in het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit (LML).
Er zijn verschillende overheden en andere initiatieven die zelf luchtkwaliteitsmetingen doen. Deze metingen zijn niet geschikt voor het beoordelen en toetsen van de luchtkwaliteit aan de omgevingswaarden. Maar de resultaten ervan geven wel een goed beeld van de ontwikkeling van de luchtkwaliteit.
Meetresultaten
De resultaten van metingen geven de luchtkwaliteit van het (recente) verleden. En soms de huidige situatie. Het resultaat geldt alleen voor de plek van de meting. De concentratie op een andere plek, ook al is die dicht bij het meetpunt, kan heel anders zijn.
De meetinstrumenten meten de concentratie in een bepaalde periode. Bijvoorbeeld een uur, een dag of een hele maand. Lange tijd meten op dezelfde plek geeft een beeld van de ontwikkeling van de concentratie.
De meetresultaten kunnen geen inzicht geven in de herkomst en samenstelling van de luchtkwaliteit. Het is erg moeilijk om een direct verband te leggen tussen de concentratie en bijvoorbeeld de hoeveelheid verkeer in een straat. Om dit in te schatten, heeft u veel aanvullende gegevens nodig. Zoals de verkeersintensiteit en -samenstelling, windrichting, temperatuur, vochtigheid en dergelijke.
Onzekerheden in de meetresultaten
De metingen geven nooit de exacte concentratie. Dat geldt trouwens ook voor berekeningen. Er zijn altijd afwijkingen. Dit noemen we de 'onzekerheid in de resultaten'. De onzekerheid kan wel enkele microgrammen groot zijn. De onzekerheid in metingen van stikstofdioxide worden geschat op minstens 10-15%. Dit komt overeen met een concentratie van 4-6 μg/m3. Het meten van fijnstof is moeilijker en kent daardoor ook een grotere onzekerheid.
Kwaliteit van de meetresultaten
De kwaliteit van de resultaten van meting zijn sterk afhankelijk van het type en de kwaliteit van het meetinstrument. Ook de plek van de meting en de meetperiode heeft grote invloed op de kwaliteit van het meetresultaat.
Meetresultaten niet voor toetsing aan de omgevingswaarde
De resultaten van uw eigen metingen, maar ook van de officiële metingen, mag u niet gebruiken voor de toetsing of beoordeling aan de omgevingswaarden.