Horeca en exploitatievergunning
Horecabedrijven hebben in een aantal gemeenten een ‘exploitatievergunning horecabedrijf’ nodig. Deze vergunningplicht is opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Dit verandert niet door de Omgevingswet.
De exploitatievergunning en de fysieke leefomgeving
In artikel 2.1 van de Omgevingswet staat de begrenzing van regels over de fysieke leefomgeving. De toetsingsgronden voor een exploitatievergunning zijn in de APV opgenomen. Die maken over het algemeen geen deel uit van de fysieke leefomgeving. Ze gaan namelijk over openbare orde, veiligheid en zedelijkheid in de omgeving.
Uitzondering is dat bij het verlenen van exploitatievergunning ook wordt getoetst of aan het bestemmingsplan wordt voldaan. En na inwerkingtreding van de Omgevingswet dus aan het omgevingsplan. Maar de exploitatievergunning blijft bestaan. Op dit gebied brengt de Omgevingswet dan ook geen wijzigingen met zich mee.
Lees meer informatie over de verschillende vergunningen bij horecabedrijven bij Koninklijke Horeca Nederland.
Indirect effect van regels
Indirect kunnen regels in een exploitatievergunning wel een effect hebben op de fysieke leefomgeving. Maar ze zijn niet met dat doel opgesteld. Bijvoorbeeld de openingstijden. Doel is de openbare orde te reguleren. Dit heeft indirect ook een effect op de fysieke leefomgeving.