Inhoud
Ruimtelijke bouwregels omgevingsplan
De ruimtelijke bouwregels én de gebruiksregels samen regelen de ruimtelijke inpassing van een kinderdagverblijf op een locatie. De ruimtelijke bouwregels regelen onder andere bouwhoogte, oppervlakte en eventueel de indeling van het kinderdagverblijf. Deze staan in het tijdelijk én nieuwe deel van het omgevingsplan.
Tijdelijk deel omgevingsplan
Het tijdelijk deel omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) bestaat uit de ruimtelijke regels (onder andere bestemmingsplannen en beheersverordeningen) en de bruidsschat Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). In beide delen staan ruimtelijke bouwregels.
Ruimtelijke regels
Is een kinderdagverblijf voor inwerkingtreding van de Omgevingswet op een locatie toegelaten, dan staan de ruimtelijke bouwregels eerst in de ruimtelijke regels van het tijdelijk deel van het omgevingsplan.
Bruidsschat: van rechtswege toegelaten bouwactiviteiten
In de bruidsschat omgevingsplan staat een aantal (bouw)activiteiten die van rechtswege in overeenstemming zijn met het omgevingsplan (paragraaf 22.2.7.3). Bouwplannen die vallen binnen deze bouwactiviteiten, mogen dus worden uitgevoerd, ook al zijn ze in strijd met de ruimtelijke regels in het tijdelijk deel van het omgevingsplan. Het gaat om het onder voorwaarden plaatsen van een schutting, een schuurtje of een uitbreiding van het gebouw.
Voldoet een bouwplan aan de voorwaarden van paragraaf 22.2.7.3 dan is er ook geen vergunningplicht voor de omgevingsplanactiviteit bouwwerken.
Meer informatie vindt u op de pagina Activiteiten van rechtswege in overeenstemming met het omgevingsplan.
Bruidsschat: omgevingsplanactiviteit bouwwerken
In artikel 22.26 bruidsschat van het tijdelijk deel omgevingsplan staat een vergunningplicht om vooraf het concrete bouwplan te toetsen aan de regels in het omgevingsplan. Hieronder valt het (ver)bouwen van een kinderdagverblijf.
Er zijn 2 uitzonderingen op deze vergunningplicht:
- de (ver)bouwactiviteiten die in het Bbl zijn aangewezen als vergunningvrij voor de omgevingsplanactiviteit (zie hieronder)
- de (ver)bouwactiviteiten die zijn opgenomen in artikel 22.27 bruidsschat omgevingsplan
Deze bouwactiviteiten moeten wel passen binnen de ruimtelijke bouwregels in het tijdelijk deel van het Omgevingsplan.
Een kinderdagverblijf is een bodemgevoelig gebouw. Onderdeel van de beoordeling is daarom een bodemtoets. In sommige gevallen is ook een welstandstoets onderdeel van de beoordeling.
Nieuwe deel omgevingsplan
Vanaf de inwerkingtreding van de Omgevingswet kunnen er ook ruimtelijke bouwregels staan in het nieuwe deel omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Het omzetten van regels van het tijdelijk deel naar het nieuwe deel van het omgevingsplan moet eind 2031 klaar zijn. Met deze regels voldoet het bevoegd gezag aan een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Aspecten daarbij zijn onder andere stedenbouwkundige en landschappelijke waarden, archeologie en monumentenzorg en het milieu.
Meer informatie hierover vindt u op de pagina Toelaten van kinderdagverblijf op een locatie.
Ruimtelijke bouwregels vanwege milieu
In sommige gevallen staan in een omgevingsplan extra bouwregels vanwege de aspecten geluid, externe veiligheid of bodem.
Een kinderdagverblijf, als bodemgevoelig gebouw, mag niet zomaar op verontreinigde grond worden gebouwd.
In een omgevingsplan kan een brand- of explosievoorschriftengebied zijn aangewezen vanwege de aanwezigheid van een risicobron. Een kinderdagverblijf in een dergelijk gebied moet voldoen aan de extra bouweisen van paragraaf 4.2.14 van het Bbl.
Ruimtelijke bouwregels omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit
De ruimtelijke bouwregels kunnen ook in een omgevingsvergunning buitenplanse omgevingsplanactiviteit staan. Dit is het geval als een initiatief niet binnen de regels van het omgevingsplan past. De ruimtelijke bouwregels bestaan dan uit de aanvraag plus eventuele vergunningvoorschriften. Later worden deze regels onderdeel van het omgevingsplan.
Een dergelijke omgevingsvergunning moet, net als het nieuwe deel omgevingsplan, voldoen aan het evenwichtig toedelen van functies aan locaties.
Meer informatie hierover vindt u op de pagina Toelaten kinderdagverblijf op een locatie.
Ruimtelijke bouwregels, vergunningvrij, geen omgevingsplanactiviteit
In artikel 2.29 Bbl staat een aantal door het Rijk aangewezen (ver)bouwactiviteiten aan een kinderdagverblijf, die altijd zonder omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit uitgevoerd mogen worden. De bouwregels in het omgevingsplan zijn niet van toepassing op deze vergunningvrije (ver)bouwactiviteiten. Naast normaal onderhoud gaat het onder andere over het onder voorwaarden plaatsen van een dakkapel of lichtkoepel en het plaatsen van zonnepanelen op het dak.
Bouwregels technische bouwactiviteit Bbl
In het Bbl staan de bouwregels voor de technische bouwactiviteit Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Deze bouwregels zijn gericht op veiligheid, gezondheid, duurzaamheid en bruikbaarheid.
Bouwregels en gebruiksfunctie
De regels voor bouwwerken in het Bbl zijn afgestemd op het gebruik van deze bouwwerken. Binnen een bouwwerk kan sprake zijn van verschillende soorten gebruik.
Voor een kinderdagverblijf zijn de bouwregels van de gebruiksfunctie 'bijeenkomstfunctie Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) voor kinderopvang' van belang. Daarbij zijn er bij sommige artikelen extra of strengere eisen voor:
- een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met een bedgebied
- een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang voor kinderen jonger dan 4 jaar
Omgevingsvergunning technische bouwactiviteit
Een gebouw voor een kinderdagverblijf is, als hoofdgebouw, vergunningplichtig voor de technische bouwactiviteit. Dit staat in artikel 2.25 Bbl.
Het bevoegd gezag beoordeelt aan de hand van de aanvraag of het gebouw voor een kinderdagverblijf voldoet aan de technische regels van het Bbl.
Meer informatie vindt u op de pagina Vergunningplichtige technische bouwactiviteiten.
Technische bouwactiviteit zonder vergunning of melding
Verbouwingen aan een gebouw voor een kinderdagverblijf kunnen soms zonder vergunning voor de technische bouwactiviteit uitgevoerd worden. Dat is het geval als deze bouwactiviteiten zijn uitgezonderd van de aanwijzing als vergunningplichtig (artikel 2.27). Dat is onder andere het geval bij een bestaand gebouw voor kinderdagverblijf als:
- deze gedeeltelijk vernieuwd of veranderd wordt waarbij:
- de draagconstructie niet wijzigt
- de indeling in brandcompartimenten, subbrandcompartimenten of beschermde subbrandcompartimenten niet wijzigt
- een bouwactiviteit specifiek uitgezonderd wordt van de aanwijzing van de vergunningplicht (artikel 2.27, lid 2 Bbl). Voorbeelden hiervan zijn het plaatsen van dakkapel of een lichtstraat in een dak.
Bouwregels Besluit kwaliteit kinderopvang
Het Besluit kwaliteit kinderopvang bevat ook bouwregels voor een kinderdagverblijf. Zo moet er bijvoorbeeld per kind ten minste 3,5 m2 binnenspeelruimte zijn en een afzonderlijke slaapruimte voor kinderen tot anderhalf jaar.
Bouwregels vanwege bijzondere omstandigheden of locaties
Kinderdagverblijven vestigen zich soms op bijzondere locaties, bijvoorbeeld in een monument. Daarvoor kan dan een specifieke vergunning nodig zijn, zoals een omgevingsvergunning rijksmonumentenactiviteit. Daarin kunnen specifieke bouwregels staan.