Inpassen school en externe veiligheid
Bij het ruimtelijk inpassen van een school op een locatie speelt externe veiligheid een belangrijke rol. Een school is een (zeer) kwetsbaar gebouw. Daarom moet de gemeente zorgvuldig kijken naar risicobronnen in de omgeving. Instructieregels zorgen ervoor dat de risico's voor een school aanvaardbaar zijn.
Invloed van de omgeving
Kinderen zijn niet zelfredzaam. Zij kunnen niet zelfstandig handelen in een noodsituatie. Dit betekent dat er zeer zorgvuldig gekeken moet worden gekeken naar de realisatie van een school in de buurt van risicobronnen.
Externe veiligheid in de buurt van risicobronnen speelt bij:
- bedrijven met gevaarlijke stoffen
- vervoer van gevaarlijke stoffen
- leidingen met gevaarlijke stoffen
- opslag van vuurwerk
- munitieopslag
- windturbines
Voldoende afstand tussen gevoelige functies en risicobronnen is belangrijk. Maar ook hoeveel personen rond dergelijke risicobronnen aanwezig zijn. Hoe minder personen, hoe beter de veiligheidssituatie. In stedelijk gebied is afstand houden niet altijd mogelijk. Om toch een aanvaardbaar leefklimaat te bereiken, zijn dan aanvullende maatregelen nodig.
Maatregelen beperken risico’s
Door maatregelen toe te passen, is het vaak mogelijk om een aanvaardbaar leef- en verblijfsklimaat op een school te creëren en risico’s te beperken. Denk hierbij aan de volgende maatregelen:
- de realisatie van een aarden wal tussen de bron en de school
- de realisatie van een watergang tussen de bron en de school (deze maatregel werkt bij risico’s op brand.)
- de aanleg van voldoende brede vluchtwegen of aanrijdwegen voor de hulpdiensten
- de situering van de ingang van de school van de bron af (in verband met vlucht mogelijkheden)
- maatregelen aan de gevel van de school (bijvoorbeeld brandwerend glas of kleinere openingen
- een vluchtplan voor de school
Beoordelen en borgen
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) beschermt via instructieregels (zeer) kwetsbare gebouwen en locaties. Basisscholen of scholen voor minderjarigen met een lichamelijke of geestelijke beperking zijn in het Bkl aangemerkt als zeer kwetsbaar gebouw. Middelbare scholen zijn aangemerkt als kwetsbaar gebouw. Dit betekent dat het toelaten van een school in de buurt van externe veiligheidsbronnen beoordeeld moet worden.
Er zijn verschillende soorten risicobronnen. Bij scholen in de buurt van deze bronnen kunnen de volgende elementen van belang zijn:
- plaatsgebonden risico
- aandachtsgebieden
- explosieaandachtsgebieden
- belemmeringengebied buisleiding
Scholen en plaatsgebonden risico
Scholen mogen niet worden toegelaten binnen de plaatsgebonden risicocontour (afstand rondom een bron) van een bron. Het gaat om de volgende bronnen:
- opslag van gevaarlijke stoffen bij bedrijven
- het basisnet vervoer gevaarlijke stoffen (weg, water en spoor)
- buisleidingen met gevaarlijke stoffen
- windturbines
De risicocontour varieert per bron. Voor sommige bronnen gelden vaste afstanden, bij andere bronnen moet de afstand worden berekend. Dit is vastgelegd in bijlage VII van het Bkl.
Meer informatie staat op de pagina bij het thema externe veiligheid: Plaatsgebonden risico in het omgevingsplan.
Scholen en aandachtsgebieden
In een aandachtsgebied moet de gemeente rekening houden met het groepsrisico. Bijvoorbeeld door het niet toestaan van gebouwen binnen het aandachtsgebied of door het aanwijzen van een voorschriftengebied. Als de gemeente een voorschriftengebied aanwijst voor nieuwe (zeer) kwetsbare gebouwen, dan gelden er extra regels vanwege externe veiligheid. Aandachtsgebieden worden niet in het omgevingsplan aangewezen, maar gelden van rechtswege.
Dit filmpje (opent externe website) legt uit wat aandachtsgebieden zijn.
Er zijn 3 soorten aandachtsgebieden: brand, explosies en gifwolken. Deze aandachtsgebieden vormen samen 'schillen' met verschillende afstanden tot de risicobron.
- de binnenste schil is het brandaandachtsgebied
- daaromheen ligt het explosieaandachtsgebied
- de buitenste schil is het gifwolkaandachtsgebied
De volgende bronnen hebben een aandachtsgebied:
- opslag van gevaarlijke stoffen bij bedrijven
- het basisnet vervoer gevaarlijke stoffen (weg, water en spoor)
- buisleidingen met gevaarlijke stoffen
Wordt er een school (als zeer kwetsbaar gebouw) in een aandachtsgebied toegelaten, dan moet de gemeente een voorschriftengebied in het omgevingsplan opnemen. Voor een school die aangemerkt is als kwetsbaar gebouw is dit niet verplicht, maar wel mogelijk. In een voorschriftengebied gelden de extra bouweisen van paragraaf 4.2.14 van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Het gaat bijvoorbeeld om extra eisen aan de brandwerendheid en de brandklasse van een gebouw. Hierdoor worden de gevolgen voor personen die binnen een voorschriftengebied verblijven door brand of explosie beperkt.
Meer informatie staat bij de themapagina externe veiligheid: Aandachtsgebieden en voorschriftengebieden.
Scholen en explosieaandachtsgebieden
Er gelden explosieaandachtsgebieden bij:
- vuurwerkopslag (artikel 5.23 en verder van het Bkl)
- ontplofbare stoffen voor civiel en militair gebruik (paragraaf 5.1.2.5 van het Bkl)
De instructieregels gaan over effectafstanden. Deze afstanden staan in de bijlagen VIII (Vuurwerk) IX (civiel) en X (militair) van het Bkl. Binnen deze afstanden zijn scholen in principe niet toegestaan.
Meer informatie staat bij op de pagina van het thema externe veiligheid: Explosieaandachtsgebied vuurwerk en Civiele en militaire explosieaandachtsgebieden
Scholen en belemmeringengebied buisleiding
Binnen een belemmeringengebied van een buisleiding zijn geen gebouwen (en dus ook geen scholen) toegestaan. Dit bouwverbod is nodig voor de bescherming en het onderhoud van de buisleiding. Hierbij gelden de volgende afstanden:
- Rondom buisleidingen met gevaarlijke stoffen geldt een belemmeringengebied van 5 m vanaf het hart van de leiding.
- Voor een buisleiding voor aardgas met een druk tussen 1.600 en 4.000 kPa is een belemmeringengebied van 4 m aan weerszijden van de buisleiding voldoende.
Meer informatie staat op de pagina bij het thema externe veiligheid: Belemmeringengebied buisleiding.