Bijlage Aa Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
Bij het covergisten van mest ontstaat digestaat. Covergisten van mest is alleen doelmatig als het digestaat als meststof kan worden gebruikt. Digestaat mag alleen als meststof worden toegepast als bij het covergisten organische producten zijn gebruikt die staan in bijlage Aa bij de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.
Digestaat als meststof
Digestaat mag alleen als dierlijke meststof worden verhandeld als het voldoet aan de voorwaarden van de Meststoffenwet. Dan mag het digestaat ook worden gebruikt op landbouwgrond. Deze voorwaarden staan in bijlage Aa, onder IV van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.
Het digestaat moet voldoen aan de volgende voorwaarden:
- Het digestaat is ontstaan door het vergisten van minimaal 50% dierlijke mest (gebaseerd op gewicht). Dunne fractie als verdunningsmiddel telt niet mee.
- Voor het covergisten zijn alleen covergistingsmaterialen gebruikt van de lijst in bijlage Aa, categorie IV.
Als aan deze voorwaarden is voldaan dan gelden de regels voor gebruik, vervoer, handel en opslag voor dierlijke mest. Meer informatie vindt u op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), op de pagina Digestaat als mest gebruiken.
Bijlage Aa
In bijlage Aa, onder IV van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet staat een overzicht van stoffen die u bij covergisting met minimaal 50% dierlijke uitwerpselen mag vergisten, waarna het digestaat nog steeds als dierlijke mest wordt gezien.
Categorieën A tot en met G
De stoffen van A tot en met G in categorie IV zijn:
- A. Stoffen van plantaardige herkomst afkomstig van een landbouwbedrijf
- B. Stoffen van plantaardige herkomst afkomstig van natuurterrein als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van het Besluit gebruik meststoffen
- C. Stoffen afkomstig uit de voedings- en genotmiddelenindustrie
- D. Stoffen afkomstig uit de diervoederindustrie
- E. Stoffen afkomstig uit andere industrieën (o.a. glycerine)
- F. Hulpstoffen of toevoegmiddelen
- G1. Plantaardige stoffen en stoffen afkomstig van de verwerking van plantaardige producten
- G2. Stoffen van dierlijke herkomst al dan niet gecombineerd met stoffen van plantaardige herkomst en stoffen afkomstig van de verwerking van dierlijke producten
- G3. Stoffen afkomstig uit overige bronnen
De stoffen van categorie A tot en met F mogen worden gebruikt als covergistingsmateriaal, als de stof voldoet aan de omschrijving in bijlage Aa. Bijlage Aa wordt regelmatig uitgebreid met nieuwe producten.
Aanvullende eis categorie G
Voor de stoffen van categorie G geldt een aanvullende eis. Bij deze stoffen mag de maximale waarden voor zware metalen en voor organische microverontreinigingen niet worden overschreden. Het bedrijf moet een bewijs hebben dat stoffen in categorie G voldoen aan de maximale waarden. Deze maximale waarden staan in bijlage II, tabel 1 en tabel 4 van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet. Dit is nodig omdat de stoffen onder categorie G niet altijd constant zijn van kwaliteit.
Aanvraag bijlage Aa
Voor covergistingsmaterialen die nog niet in bijlage Aa staan, kan de initiatiefnemer een aanvraag doen om de stof op bijlage Aa te laten zetten. Deze aanvraag kan worden ingediend bij de RVO.
Dunne fractie als verdunningsmiddel
De covergistingsmaterialen kunnen vrij droog zijn. Het bedrijf kan het digestaat scheiden in een dunne en een dikke fractie. En de dunne fractie gebruiken om het te vergisten mengsel verpompbaar te maken. Dus als verdunningsmiddel. Deze dunne fractie telt dan niet mee bij het bepalen of aan de eis van minimaal 50 gewichtsprocent dierlijke meststoffen wordt voldaan.
Als de dunne fractie van het bedrijf wordt afgevoerd, dan is het covergiste mest. Dit staat in bijlage Aa, categorie IV, onder 1.