Denitrificatie van spuiwater
Een denitrificatie-unit voor de behandeling van het spuiwater kan aanwezig zijn. Het behandelde spuiwater mag niet worden teruggevoerd naar de luchtwasser. Een van de redenen is dat het sterke broeikasgas lachgas (N2O) kan vrijkomen.
Denitrificatie-unit
In een denitrificatiebassin wordt aan het spuiwater een koolstofbron (meestal melasse) toegevoegd. Het nitraat en nitriet in het spuiwater worden in een zuurstofloze omgeving door bacteriën omgezet in stikstofgas (N2). De benodigde stoffen (zoals suikers) voor de groei van de bacteriën komen uit de koolstofbron.
Lachgas
Uit onderzoek bij denitrificatiesystemen bij veehouderijen, blijkt dat een groot deel van de afgevangen ammoniak wordt omgezet in lachgas. Dit is ongewenst omdat lachgas een broeikasgas is. Denitrificatiesystemen kunnen alleen worden toegepast als de productie van lachgas wordt gecontroleerd en voorkomen. Dit kan door betere procesmonitoring en procesregeling.
Het controleren van de gewenste procesomstandigheden is complex. Er is nog geen luchtwassysteem met denitrificatie binnen de veehouderij ontwikkeld wat er in is geslaagd om de productie van lachgas te reguleren en te minimaliseren. Op basis van de beschikbare kennis is het daarom op dit moment niet mogelijk om algemene randvoorwaarden voor de toepassing van denitrificatie te beschrijven zonder het risico van hoge lachgasproductie.
Terugvoer in de luchtwasser
Terugvoer in de luchtwasser na denitrificatie is niet toegestaan. De Technische advies commissie Regeling ammoniak en veehouderij (Tac-Rav) heeft op 21 juni 2016 geadviseerd (pdf, 126 kB) om denitrificatie niet toe te staan vanwege de vorming van lachgas.
Het plaatsen van een denitrificatie-unit én de terugvoer van het gezuiverde water in het luchtwassysteem (recirculatie) is een wezenlijk ander luchtwassysteem dan de biologische luchtwassystemen die in de Omgevingsregeling staan. Zo'n systeem moet eerst worden getoetst voordat dit systeem kan worden opgenomen in bijlage VI bij de Omgevingsregeling en breed kan worden toegepast.
Geen terugvoer in de luchtwasser
Wanneer het water na de behandeling niet wordt teruggeleid naar de luchtwasser is de denitrificatie-unit geen onderdeel van het luchtwassysteem. Denitrificatie is dan een functioneel verbonden activiteit zonder rijksregels. De gemeente kan zelf bepalen welke regels zij hiervoor stelt.
Nitrificatie
De denitrificatie-unit moet niet worden verward met een nitrificatie-unit. In een biologisch luchtwassysteem vindt altijd nitrificatie plaats. Daarnaast is het mogelijk dat een biologisch luchtwassysteem aparte reactoren heeft buiten de luchtwasser waarin een deel van het nitrificatieproces plaatsvindt. Dit kunnen bijvoorbeeld een opvangbak of stalen tanks zijn die parallel of in serie zijn geschakeld. Deze specifieke uitvoering staat dan in de systeembeschrijving.
Rwzi en denitrificatie
In rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) wordt ook gewerkt met denitrificatie. Om dit proces te beheersen en de vorming van lachgas te voorkomen, zijn voor de rwzi’s optimale procesparameters vastgesteld. Deze worden geregeld en gemonitord (zie het rapport ‘Emissie van broeikasgassen van rwzi’s’ van STOWA, rapport 2010-08).
Onderzoeken
- Melse, R.W.; Mosquera Losada, J. (2014). Nitrous oxide (N2O) emissions from biotrickling filters used for ammonia removal at livestock facilities. Water Science and Technology 69 (5). - p. 994 - 1003.
- Melse, R. W.; Van Hattum, T. G.; Huis in ’t Veld, J. W. H.; Gerrits, F. A. (2012) Metingen aan twee luchtwassystemen in een vleeskuikenstal met conditionering van ingaande ventilatielucht. Rapport 503. Wageningen UR Livestock Research, Lelystad.
- Melse, R.W.; J.M.G. Hol, G.M. Nijeboer (2012). Metingen aan een experimentele biologische luchtwasser met denitrificatie bij een vleesvarkensstal. Rapport 554. Wageningen UR Livestock Research, Lelystad.
- Mosquera, J.; J.M.G. Hol; J.P.M. Ploegaert; T. van Hattum; E. Lovink; N.W.M. Ogink (2012). Emissies uit een vleeskuikenstal met geconditioneerd luchtinlaat, biologische wasser en denitrificatie-unit. Meetprogramma Integraal Duurzame Stallen. Rapport 611. Wageningen UR Livestock Research, Lelystad.
Jurisprudentie
In een beroepszaak tegen een verleende vergunning met het toepassen van denitrificatie met recirculatie van het gezuiverde water heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de vergunning in stand gelaten (ABRvS nr. 201304863/1/A1 van 26 februari 2014). In hetgeen appellant heeft aangevoerd ziet de afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat bij het bepalen van de geuremissiefactor niet mocht worden uitgegaan van een luchtwassysteem zonder denitrificatie-unit. Voor zover appellant aanvoert dat het college de omgevingsvergunning niet kon verlenen omdat bij het terugleiden van het gezuiverde spuiwater als waswater in de luchtwasser het risico bestaat dat het verwijderingsrendement wordt verstoord als onvoldoende denitrificatie heeft plaatsgevonden, of dat zouten zouden ophopen op ongewenste plaatsen in het systeem, overweegt de Afdeling dat aan de vergunning voorschriften zijn verbonden voor de goede werking van het luchtwassysteem en de denitrificatie-unit. Deze uitspraak vormt geen bestendige jurisprudentie. Het gaat om één uitspraak waarbij de onjuistheid van de geurberekening in het beroep is aangevoerd. Het is niet uit te sluiten dat op basis van andere beroepsgronden een andere uitspraak zou zijn verkregen.