Toelaten voormalige bedrijfswoning op een locatie
Via het omgevingsplan of een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit kunnen bedrijfswoningen op een locatie omgezet worden naar reguliere woningen. Er gelden bij het toelaten van deze voormalige bedrijfswoningen verschillende instructieregels. In sommige gevallen geldt er een lager beschermingsniveau voor een voormalige bedrijfswoning dan bij een reguliere woning.
Belangrijkste kenmerken voormalige bedrijfswoning
Een voormalige bedrijfswoning is een woning die voorheen een functionele binding had met een bedrijf. Als deze woning niet meer nodig is als bedrijfswoning, kan deze omgezet worden naar een 'voormalige bedrijfswoning'. Deze is dan in gebruik als een reguliere woning. De woning staat meestal dicht bij het bedrijf waar het eerder functioneel mee verbonden was. Daarom kan er wel hinder zijn van dit bedrijf.
Bij voormalige bedrijfswoningen is het belangrijk dat er in en bij de woning een aanvaardbaar leefklimaat is. In relatie tot het bedrijf waar de voormalige bedrijfswoning bij hoort, kan de gemeente een lager beschermingsniveau accepteren. De voormalige bedrijfswoning houdt hetzelfde beschermingsniveau als een reguliere woning in relatie met andere bedrijvigheid.
Beleid voormalige bedrijfswoningen
Hoe om te gaan met voormalige bedrijfswoningen, is een onderwerp dat uitsluitend op lokaal niveau speelt. Het beleid, zoals de omgevingsvisie, geeft aan welke criteria er gelden voor het omzetten van bedrijfswoningen naar voormalige bedrijfswoningen.
Criteria om voormalige bedrijfswoningen toe te staan zijn bijvoorbeeld:
- Is er op deze locaties behoefte aan woningen?
- Is de hinder van het naastgelegen bedrijf en de omgeving aanvaardbaar voor een gewone woning?
Instrumenten toelaten voormalige bedrijfswoningen
Meestal zal het toelaten van voormalige bedrijfswoningen via het omgevingsplan of een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit gaan.
In het omgevingsplan stelt de gemeente regels op voor de voormalige bedrijfswoning. De omgevingsvergunning is een concreet plan op aanvraag van de initiatiefnemer. De motivering en afwegingen zijn in beide gevallen vergelijkbaar. Bij een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit kunnen maatregelen voor een aanvaardbaar leefniveau al in de aanvraag staan of als voorschriften in de vergunning staan.
Instructieregels
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) geeft aan dat voor woningen met een voormalige functionele binding afwijkende regels kunnen gelden in relatie tot reguliere woningen. Dit is een voortzetting van de regeling voor plattelandswoningen waarbij agrarische bedrijfswoningen zijn omgezet naar reguliere woningen. Onder agrarische bedrijven vallen veehouderijen, glastuinbouwbedrijven, akkerbouwbedrijven, bedrijven die gewassen telen in een gebouw, agrarische loonbedrijven, landbouwmechanisatiebedrijven, bedrijven die waterplanten en waterdieren telen of kweken en bedrijven voor mestbehandeling.
De regeling voor plattelandswoningen is uitgebreid met voormalige bedrijfswoningen bij horecagelegenheden en voormalige bedrijfswoningen gelegen op een bedrijventerrein. Het bevoegd gezag kan in het omgevingsplan de waarden voor geluid, geur, trillingen en slagschaduw vanwege een activiteit niet laten gelden voor een woning met een voormalige functionele binding met die activiteit (artikel 5.62, 5.85, 5.89e en 5.96 van het Bkl).
Het is niet toegestaan om af te wijken van de omgevingswaarden voor luchtkwaliteit. Deze gelden voor zowel woningen met een voormalige functionele binding als reguliere woningen. Een overzicht van de instructieregels vindt u op de pagina Instructieregels Rijk over evenwichtige toedeling van functies aan locaties.
Omgevingsplan
De gemeente beoordeelt of het wenselijk is de bedrijfswoning om te zetten naar een 'voormalige bedrijfswoning'. Dit betekent in ieder geval dat er bij de voormalige bedrijfswoning sprake moet zijn van een acceptabel woon- en leefklimaat.
Toepassing instructieregels 'voormalige functionele binding'
Voormalige bedrijfswoningen kunnen dus op basis van de instructieregels in bepaalde gevallen minder bescherming krijgen in relatie tot het bedrijf waartoe ze behoorden, dan reguliere woningen.
De gemeente geeft op basis van haar beleid voor voormalige bedrijfswoningen aan wat zij aanvaardbaar vindt voor geluid, geur, trillingen en slagschaduw. Als het nodig is voor een acceptabel woonklimaat, kan de gemeente regels stellen voor het bedrijf waartoe de bedrijfswoning behoorde. Bijvoorbeeld een andere aanrijroute voor verkeer of het verplaatsen van de mestopslag.
Borgen in het omgevingsplan
Er zijn verschillende mogelijkheden om de voormalige bedrijfswoning en het bijbehorende beschermingsniveau te borgen in het omgevingsplan. Dit kan bijvoorbeeld door de voormalige bedrijfswoning in het omgevingsplan aan te duiden en hier regels aan te koppelen. Bijvoorbeeld dat de immissiewaarden voor geluid van activiteiten voor dergelijke woningen niet gelden voor het bedrijf waartoe zij eerder behoorden.
Er kunnen ook per bedrijf afwijkende regels (maatwerk) gelden, waarbij rekening gehouden is met het feit dat een woning tot het bedrijf behoorde. Bijvoorbeeld dat de waarden voor geluid of de geur van het bedrijf op de voormalige bedrijfswoning (of een specifiek adres) niet geldt.
Zie ook
Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) is een van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet.