Aanbiedingsplicht
Als een eigenaar, rechthebbende of vereffenaar (de vervreemder Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)) het goed waarop het voorkeursrecht rust wil verkopen (vervreemden Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)), biedt hij de onroerende zaak of het beperkte recht eerst aan de overheid aan. Dit staat in artikel 9.7 van de Omgevingswet. Voor meer uitleg over dat artikel en de reikwijdte van het voorkeursrecht, zie Rechtsgevolgen van vestiging voorkeursrecht. Er zijn echter uitzonderingen op de aanbiedingsplicht (zie hierna). Ook zijn er regels over de manier van aanbieden in paragraaf 9.2.3 van de Omgevingswet.
Vertegenwoordiging overheid
Het college van burgemeester en wethouders doet de onderhandelingen namens de gemeente. Het college van Gedeputeerde Staten namens de provincie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties namens de Staat der Nederlanden. Zij beslissen ook over het verkrijgen van het goed. In afdeling 9.2 van de Omgevingswet worden zij aangeduid als 'het bevoegd gezag'.
Uitzonderingen aanbiedingsplicht
De Omgevingswet bevat een aantal uitzonderingen op de aanbiedingsplicht. Deze staan in de artikelen 9.8 en 9.9 van de Omgevingswet.
De aanbiedingsplicht geldt niet als het gaat om bepaalde gevallen van:
- vervreemding binnen de familie
- het toedelen van het goed aan één van de reeds bestaande gemeenschappelijke eigenaren (verdeling van een gemeenschap als bedoeld in artikel 3:166 BW)
- vervreemding vanwege een uiterste wilsbeschikking
- vervreemding aan een gemeente, waterschap of provincie of de Staat of een door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangewezen rechtspersoon
- verkoop op grond van de wet, een rechterlijk bevel of executoriale verkoop
- vervreemding op grond van een overeenkomst die voorafgaand aan het voorkeursrecht met een pachter is gesloten, mits die aan bepaalde voorwaarden voldoet
- vervreemding op grond van een in de openbare registers ingeschreven overeenkomst die voorafgaand aan het voorkeursrecht is gesloten, mits de levering binnen 6 maanden na die inschrijving plaatsvindt
Daarnaast kan het bevoegd gezag op verzoek van de vervreemder bepalen dat deze het goed niet hoeft aan te bieden. Dan moet er sprake zijn van gewichtige redenen van de vervreemder. Deze ontheffing van de aanbiedingsplicht staat in artikel 9.10 van de Omgevingswet.
Te koop aanbieden (uitnodiging tot onderhandeling)
Als de eigenaar, beperkt gerechtigde of vereffenaar (de vervreemder) wil verkopen of op grond van een andere titel (bijvoorbeeld een ruilovereenkomst) wil overdragen aan de overheid, nodigt hij het bevoegd gezag uit om daarover in onderhandeling te treden. Dat staat in artikel 9.12, lid 1 van de Omgevingswet. Dit moet bij aangetekende brief. Dat staat in artikel 7.3 van het Omgevingsbesluit.
Als het voorkeursrecht slechts op een deel van de onroerende zaak is gevestigd, kan de vervreemder in de uitnodiging eisen dat de hele onroerende zaak onderdeel uitmaakt van de onderhandelingen. Dit staat in artikel 9.12, lid 2 van de Omgevingswet.
Als de onroerende zaak onderdeel is van een onderneming, dan kan de vervreemder in zijn uitnodiging als voorwaarde stellen dat het bevoegd gezag niet alleen de onroerende zaak, maar de ook de onderneming in haar beslissing tot aankoop betrekt. Dit staat in artikel 9.12, lid 3 van de Omgevingswet.
Geen koopplicht overheid
De overheid die het voorkeursrecht vestigde, is niet verplicht om het aangeboden goed te kopen of op grond van een andere titel te verkrijgen. Binnen 6 weken na ontvangst van de uitnodiging tot onderhandeling moet het bevoegd gezag beslissen of die het goed onder nader overeen te komen voorwaarden wil verkrijgen. Dit staat in artikel 9.13 van de Omgevingswet. Die schriftelijke beslissing stuurt het bevoegd gezag dan aangetekend aan de vervreemder. Die verplichting volgt uit artikel 7.3 van het Omgevingsbesluit.
Onderhandelingen en start prijsvaststellingsprocedure
Tijdens de onderhandelingen kijken de eigenaar, beperkt gerechtigde of vereffenaar en het bevoegd gezag of zij het eens kunnen worden over de prijs en andere voorwaarden.
Soms kunnen zij niet tot overeenstemming komen. In dat geval kan de verkoper aan het bevoegd gezag verzoeken binnen 4 weken een prijsvaststellingsprocedure bij de rechtbank te starten. Meer informatie over de prijsvaststellingsprocedure is te vinden op de pagina: Procedure rechter tot vaststelling verkoopprijs of verkoop wegens bijzondere persoonlijke omstandigheden.
Het bevoegd gezag wil niet kopen of overschrijdt de beslistermijn
Als het bevoegd gezag het goed niet wil verkrijgen of niet tijdig aangeeft of zij wil verkrijgen, is de eigenaar, beperkt gerechtigde of vereffenaar gedurende 3 jaar vrij om het goed aan derden te verkopen (vervreemden). Dit volgt uit artikel 9.14, lid 1 van de Omgevingswet. Het voorkeursrecht blijft daarbij voor een eventuele nieuwe eigenaar gelden.
Een uitzondering hierop geldt als het voorkeursrecht voor en periode van 5 jaren gebaseerd was op een omgevingsplan. In dat geval vervalt het voorkeursrecht als de overheid aangeeft niet te willen verkrijgen of niet tijdig beslist of zij wenst te verkrijgen.
Meer informatie
Voorkeursrecht en de Omgevingswet (overzichtspagina)