Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Contact
  • Stel uw vraag
Informatiepunt Leefomgeving (naar homepage)
Zoeken in deze site
  1. Home ›
  2. Thema's ›
  3. Praktijksituaties - Toepassing regels in de praktijk ›
  4. Hoogspanningsverbinding ›
  5. Toelaten
  • Home
  • Actueel
  • Regelgeving
  • Thema's
  • Digitaal stelsel
  • Contact
  • Contact
  • Stel uw vraag

Toelaten bovengrondse hoogspanningsverbinding op een locatie

Met een projectbesluit of een aanpassing van het omgevingsplan worden hoogspanningsverbindingen op een locatie toegelaten. Bij de ruimtelijke inpassing spelen verschillende omgevingsthema's zoals magneetvelden en geluid een rol. Er gelden geen instructieregels voor hoogspanningsverbindingen.

Belangrijkste kenmerken hoogspanningsverbinding

Hoogspanningsverbindingen zijn essentieel voor het energienetwerk, maar hebben ook effect op de (ontwikkelingen in de) omgeving. Een hoogspanningsverbinding is in het algemeen een lang tracé dat verschillende andere functies doorsnijdt. Daarom wordt er vaak voor gekozen deze te bundelen met andere infrastructuur. Vanwege de magneetvelden rondom een hoogspanningsverbinding is afstand nodig tot woningen.

Beleid hoogspanningsverbindingen

Bij de realisatie van een hoogspanningsverbinding is vooral het rijksbeleid van belang. Hierin staat waar de hoogspanningsverbinding moet komen en de nut en noodzaak voor de hoogspanningsverbinding. Energienetwerken staan beschreven in visies van het Rijk, de provincies en gemeenten.

Rijk

Voor de hoogspanningsverbindingen is het Nationaal belang energievoorziening van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) van belang. De NOVI bevat een kaart Energie-infrastructuur en grootschalige opwekking van energie. Deze kaart toont de huidige en toekomstige grootschalige nationale energie-infrastructuur en bevat onder meer het netwerk van hoogspanningsverbindingen. Overigens gaat de Nota Ruimte de huidige NOVI vervangen, waarschijnlijk in 2026.

Het Rijk stelt een Nationaal Programma Energiesysteem op om ruimte te reserveren voor de nationale energiehoofdinfrastructuur. Het Rijk stemt dit nationale programma af met het Nationaal Programma Regionale Energiestrategieën (RES).

De uitkomsten hiervan kunnen vertaald worden in provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies, verordeningen en omgevingsplannen.

Ook kan het Rijk de uitkomsten, waar nodig, vertalen in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl).

Provincie en gemeenten

Het regionaal en lokale netwerk kan (voor zover relevant) opgenomen worden in de provinciale en gemeentelijke omgevingsvisies. Nieuwe verbindingen zijn vaak relevant, omdat deze belemmeringen kunnen vormen voor andere functies of activiteiten. In de visie kunnen deze in samenhang bekeken worden met andere gewenste ontwikkelingen en de inpassing in de omgeving.

Ook ander beleid (van gemeente en provincie) kan van belang zijn. Zoals bijvoorbeeld het groenbeleid dat ingaat op de groene of landschappelijke inpassing.

Bevoegd gezag toelaten hoogspanningsverbindingen

Voor het toelaten op een locatie van hoogspanningsverbindingen van 220 kV of hoger is het Rijk bevoegd gezag. Dit is geregeld in artikel 20a Elektriciteitswet 1998. Het Rijk gebruikt hiervoor een projectbesluit.

Voor verbindingen van 110 kV en 150 kV waarbij sprake is van provinciaal belang kan de provincie via een projectbesluit een hoogspanningsverbinding op een locatie toelaten.

Voor het toelaten van hoogspanningsverbindingen van 110 kV en 150 kV is de gemeente het bevoegd gezag. De gemeente gebruikt hiervoor het omgevingsplan of de buitenplanse omgevingsvergunning.

Instrumenten toelaten hoogspanningsverbindingen

De realisatie of aanpassing van een hoogspanningsverbinding past meestal niet in het omgevingsplan. Het Rijk, de provincie of gemeente kunnen deze verbinding via een projectbesluit of omgevingsplan mogelijk maken. Hierbij hoort een motivering, waaruit blijkt dat er sprake is van een evenwichtige toedeling van functies.

Milieueffectrapportage (mer)

Bij het toelaten van hoogspanningsverbinding in een omgevingsplan geldt minimaal een mer-beoordelingsplicht. De plicht om te beoordelen of een milieueffectrapport (MER) nodig is, geldt voor de aanleg, wijziging of uitbreiding van een hoogspanningsverbinding. Dit blijkt uit bijlage V, onderdeel J8, kolom 3 en 4, Omgevingsbesluit.

Gevallen waarin een MER moet worden gemaakt

In sommige situaties moet een MER gemaakt worden. Dit is het geval bij het toelaten in een omgevingsplan of via een projectbesluit van een hoogspanningsverbinding met:

  1. een spanning van 220 kV of meer én
  2. een lengte van meer dan 15 km

Dit blijkt uit bijlage V, onderdeel J8, kolom 2 en 4, Omgevingsbesluit

Natura 2000-gebieden

Ook moet het bevoegd gezag (dat kan bij een hoogspanningsverbinding het Rijk, de provincie of de gemeente zijn) een plan-mer(beoordeling) doen als er een passende beoordeling in het kader van natuurbescherming nodig is. Dit is het geval als niet uitgesloten is dat de activiteit een significant negatief effect heeft op een Natura 2000-gebied.

Meer informatie vindt u op de pagina Milieueffectrapportage.

Projectbesluit

Via het projectbesluit kunnen Rijk en provincies hoogspanningsverbindingen mogelijk maken. Dit projectbesluit vervangt een deel van de regels van het omgevingsplan, specifiek gericht op het toelaten van de hoogspanningsverbinding. De inpassing van de hoogspanningsverbinding moet daarbij zorgvuldig plaatsvinden, zodat er een evenwichtige toedeling van functies ontstaat.

Op het hogere schaalniveau (landelijk of regionaal) gaat het om de vraag of het tracé op de juiste plek ligt. Bij de inpassing is het volgende van belang:

  • Niet te dicht langs woningbouw (voor zover mogelijk).
  • Het landschap blijft zoveel mogelijk intact; de ruimte naast en onder een verbinding blijft groen.
  • Waar mogelijk bundeling met al bestaande infrastructuur, zoals wegen, spoorlijnen en andere hoogspanningsverbindingen.

Omgevingsplan

Bij het toelaten van een hoogspanningsverbinding gaat het om het vastleggen van het tracé. Hierbij zorgt de gemeente in ieder geval voor een vertaling van de instructieregels uit het Bkl. Daarnaast gaat het vooral om bouwregels over de locatie en hoogte van de masten.

Of er specifieke regels nodig zijn is afhankelijk van het beleid, de locatie en de relevante omgevingsthema's. Het is daarbij van belang of de omgeving last kan hebben van de hoogspanningslijn. Bijvoorbeeld door geluidhinder, de ligging van het magneetveld of aantasting van groen of natuur.

Omgevingsthema's toelaten hoogspanningsverbindingen

Vrijwel altijd spelen de omgevingsthema’s ‘magneetvelden’ en ‘natuur’ een rol bij het toelaten van hoogspanningsverbindingen. Bij bovengrondse hoogspanningsverbindingen kan ook ‘geluid’ een rol spelen.

U vindt meer informatie over het toelaten van een hoogspanningsverbinding en omgevingsthema’s op de pagina's:

  • Toelaten hoogspanningsverbinding en magneetvelden
  • Toelaten hoogspanningsverbinding en geluid
  • Toelaten hoogspanningsverbinding en natuur
  • Toelaten gevoelige gebouwen bij hoogspanningsverbinding en magneetvelden


delen

  • Delen op LinkedIn

Vraag het onze experts!

Heeft u beroepsmatig te maken met regelgeving over de leefomgeving, de Omgevingswet of het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)? Hierover kunt u vragen stellen aan onze helpdesk. Wilt u als inwoner meer weten over deze onderwerpen? Neem dan contact op met uw gemeente.

Stel uw vraag

IPLO geeft informatie en beantwoordt vragen

Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) is het kenniscentrum van de overheid dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving. Onze experts geven via de IPLO-website en de helpdesk antwoord op vragen. IPLO maakt deel uit van het interbestuurlijke programma Aan de slag met de Omgevingswet. Meer informatie vindt u op onze pagina Over IPLO.

Service

  • Over IPLO
  • Abonneren
  • Contact
  • Archief
  • Omgevingswet op LinkedIn

Over deze site

  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Kwetsbaarheid melden
Rijksoverheid
UvW - Unie van Waterschappen
VNG - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg - IPO