Verschillende soorten mantelzorgwoningen
In het dagelijks taalgebruik is een mantelzorgwoning: een zelfstandige woonruimte bij of in een woning. Er zijn daarbij verschillende manieren om een mantelzorgwoning te realiseren. Er zijn nieuwbouwconcepten, zoals kangoeroewoningen, die worden aangeduid als mantelzorgwoning. Daarnaast kan bijvoorbeeld een garage bij een bestaande woning tijdelijk als mantelzorgwoning gebruikt worden of er kan een volwaardige nieuwe (mantelzorg)woning gebouwd worden in de tuin van een bestaande woning. Hierbij geldt dat het soort mantelzorgwoning wat wordt gerealiseerd bepalend is voor welke regels er gelden. Meer informatie hierover staat op de pagina 'Mantelzorgwoning en Omgevingswet'.
Een te realiseren mantelzorgwoning (in welke vorm dan ook) moet voldoen aan de ruimtelijke bouw- en gebruiksregels in het omgevingsplan én aan de technische bouwregels uit het Bbl.
Ruimtelijke bouwregels omgevingsplan
De ruimtelijke bouwregels en gebruiksregels regelen de ruimtelijke inpassing van (mantelzorg) woningen en bijbehorende bouwwerken Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) als garages en schuren op een locatie. De ruimtelijke bouwregels regelen onder andere de grens van de locatie, bouwhoogte, oppervlakte en gebruik van de gebouwen. De realisatie van een mantelzorgwoning moet passen binnen deze ruimtelijke bouwregels. Deze ruimtelijke bouwregels staan in het tijdelijk én in het nieuwe deel van het omgevingsplan.
Tijdelijk deel omgevingsplan
Het tijdelijk deel omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) bestaat uit de ruimtelijke regels (o.a. bestemmingsplannen en beheersverordeningen) en de bruidsschat omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). In beide onderdelen staan ruimtelijke bouwregels.
Let op: de gemeente kan de ruimtelijke regels en de regels van de bruidsschat omgevingsplan wijzigen. De actuele regels van het omgevingsplan raadpleegt u in het onderdeel Regels op de kaart van het Omgevingsloket.
Bruidsschat: van rechtswege toegelaten (bouw- )activiteiten
In de bruidsschat omgevingsplan staat een aantal (bouw)activiteiten die van rechtswege in overeenstemming zijn met het omgevingsplan (paragraaf 22.2.7.3). Een (bouw)plan voor een mantelzorgwoning die valt binnen deze bouwactiviteiten, mag worden uitgevoerd, ook al is het in strijd met de ruimtelijke regels in het tijdelijk deel van het omgevingsplan.
Op basis van artikel 22.36, onderdeel a van de bruidsschat is het mogelijk onder voorwaarden een bestaande woning uit te breiden of een bijbehorend bouwwerk Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) te bouwen. Meer informatie over de voorwaarden vindt u op de webpagina Stappenplan bepaling vergunningvrij bouwen bijbehorende bouwwerken.
In artikel 22.36, onderdeel c van de bruidsschat staat dat een bestaand bouwwerk gebruikt mag worden voor de huisvesting van mantelzorg Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
In artikel 22.37 van de bruidsschat staat een verbijzondering van artikel 22.36 om buiten de bebouwde kom een bijbehorend bouwwerk voor mantelzorg te gebruiken. Het bijbehorende bouwwerk moet dan in zijn geheel of in delen verplaatsbaar zijn. Ook mag het oppervlak niet groter zijn dan 100 m2.
Meer informatie vindt u op de webpagina Activiteiten van rechtswege in overeenstemming met het omgevingsplan.
Bruidsschat: vergunningplicht omgevingsplanactiviteit bouwwerken
Ook al voldoet een concreet bouwplan aan de ruimtelijke regels in het tijdelijk deel omgevingsplan, dan is voor de bouw meestal een omgevingsvergunning voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit nodig. Met deze omgevingsplanactiviteit bouwwerken (artikel 22.26 bruidsschat) wordt onder andere vooraf getoetst of het concrete bouwplan voldoet aan de ruimtelijke bouwregels van het omgevingsplan.
De vergunningplicht (met de toetsing aan de bouwregels vooraf) geldt niet voor (ver)bouwactiviteiten als het gaat om:
- (ver)bouwactiviteiten die zijn opgenomen in artikel 22.27 van de bruidsschat omgevingsplan én er wordt voldaan aan de ruimtelijke bouwregels in het omgevingsplan.
- (ver)bouwactiviteiten die zijn opgenomen in artikel 22.27 van de bruidsschat omgevingsplan in samenhang met de van rechtswege toegelaten bouwactiviteiten van artikel 22.36, onderdeel a bruidsschat omgevingsplan.
Het bouwen van een mantelzorgwoning zal in de meeste gevallen zonder vergunning mogelijk zijn omdat wordt voldaan aan artikel 22.36 bruidsschat omgevingsplan.
Nieuwe deel omgevingsplan
Vanaf de inwerkingtreding van de Omgevingswet kunnen er ook ruimtelijke bouwregels staan in het nieuwe deel van het omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Het omzetten van regels van het tijdelijk deel naar het nieuwe deel van het omgevingsplan moet eind 2031 klaar zijn. Voor het nieuwe deel bepaalt de gemeente zelf of en welke regels er voor mantelzorgwoningen in het omgevingsplan komen. Daarbij moet het omgevingsplan voldoen aan het evenwichtig toedelen van functies aan locaties en aan de instructieregels uit het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) en de omgevingsverordening.
Technische bouwregels Bbl
In het Bbl staan de technische bouwregels voor het (ver)bouwen van een woning. Deze gelden ook voor een mantelzorgwoning. Deze technische bouwregels zijn gericht op veiligheid, gezondheid, duurzaamheid en bruikbaarheid.
Vergunningplicht voor de technische bouwactiviteit
Artikel 2.25 Bbl wijst vergunningplichtige bouwactiviteiten aan voor bouwwerken met een dak. Meer informatie hierover vindt u op de webpagina Vergunning of melding bij technische bouwactiviteit. Een mantelzorgwoning valt onder deze regels. Maar in de meeste gevallen is het bouwen van een mantelzorgwoning uitgezonderd van de vergunningplicht. Deze uitzondering geldt bij:
- Het realiseren van een aanbouw tot 5 meter hoogte waarbij er niet op een verdieping wordt gewoond (artikel 2.25 Bbl).
- Het verbouwen van een bestaand bouwwerk zonder uitbreiding, waarbij door een eventuele interne verbouwing de draagconstructie niet wijzigt (artikel 2.26 Bbl).
- Het nieuw plaatsen van een vrijstaande mantelzorgwoning tot 5 meter hoogte waarbij niet op de verdieping wordt gewoond en er geen nieuw hoofdgebouw ontstaat (artikel 2.25 Bbl).
Artikel 2.24, lid 1 Bbl voorkomt dat een hoofdgebouw kan ontstaan. Een mantelzorgwoning is per definitie functioneel verbonden met het hoofdgebouw. Het toekennen van een afzonderlijk huisnummer speelt daarbij geen rol.
Bouwregels Burgerlijk Wetboek
In het Burgerlijk Wetboek staan regels die gelden voor buren onderling. De regels van burenrecht hebben vaak te maken met het voorkomen van hinder (artikelen 5:37 tot en met 5:69, Burgerlijk Wetboek).
Het burenrecht omvat ook bouwregels. Binnen 2 m van de gezamenlijke zijerfgrens zijn vensters of andere muuropeningen, balkons of soortgelijke werken niet toegestaan. Dit geldt alleen als deze uitzicht bieden op het erf van de buren. Een woningeigenaar mag een lichtopening maken, mits voorzien van vaststaande en niet doorkijkbare vensters (bijvoorbeeld matglas). Het is toegestaan dat buren onderling iets anders overeenkomen.