Overgangsfase
Het bevoegd gezag kan de regels in de bruidsschat omgevingsplan gebruiken gedurende de overgangsfase, die eind 2031 afloopt. Voor welke situaties de regels over trillingen door activiteiten gelden, staat in artikel 22.3 'Milieubelastende activiteiten' en artikel 22.3.5 'Trillingen' van de bruidsschat omgevingsplan.
Regels voor milieubelastende activiteiten
De regels voor trillingen in de bruidsschat omgevingsplan gelden voor de milieubelastende activiteiten. De regels staan in afdeling 22.3 'Milieubelastende Activiteiten' van de bruidsschat omgevingsplan Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Ze zijn van toepassing op een milieubelastende activiteit, zoals bedoeld in de bijlage bij de Omgevingswet. Uitzonderingen hierop (artikel 22.41 van de bruidsschat omgevingsplan) zijn:
- wonen
- verrichten van bouw- en sloopwerkzaamheden aan bouwwerken
- verrichten van onderhoudswerkzaamheden aan een bouwwerk of van een terrein
- een milieubelastende activiteit die in hoofdzaak wordt verricht in de openbare buitenruimte
- doorgaand verkeer op wegen, vaarwegen en spoorwegen
- houden van een evenement:
- een milieubelastende activiteit met een mobiele installatie op een weiland, akker of bos, die geen verplaatsbaar mijnbouwwerk is zoals bedoeld in artikel 4.1116 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)
- bruggen, viaducten, verkeerstunnels en andere ondergronds gelegen bouwwerken voor het vervoer van personen of goederen
- beweegbare waterkeringen
Regels voor trillingen
De regels voor trillingen in paragraaf 22.3.5 'Trillingen' van de bruidsschat omgevingsplan richten zich op de bescherming van trillinggevoelige ruimten in trillinggevoelige gebouwen. Dit betreft trillingen in een frequentie van 1 tot 80 Hz, die zijn gekoppeld aan activiteiten.
Uitzonderingen hierop (artikel 22.83 van de bruidsschat omgevingsplan) zijn:
- trillinggevoelige ruimten van trillinggevoelige gebouwen die geheel of gedeeltelijk liggen op een gezoneerd industrieterrein waarvoor geluidproductieplafonds zijn ingesteld
- trillinggevoelige ruimten van een trillinggevoelig gebouw dat niet langer is toegelaten dan 10 jaar, op basis van het nieuwe deel van het omgevingsplan of op basis van een omgevingsvergunning (aangevraagd na inwerkingtreding van de Omgevingswet)
Uitzondering voor bestaand tijdelijk gebouw
In artikel 22.83, lid 2, onder b, van de bruidsschat omgevingsplan staat een uitzondering op de regels voor trillingen uit paragraaf 22.3.5 van de bruidsschat omgevingsplan. Deze regels gelden niet voor trillingen in een trillinggevoelig gebouw dat is toegelaten voor een duur van maximaal 10 jaar. Op grond van artikel 22.84 van de bruidsschat omgevingsplan geldt die uitzondering alleen voor een trillinggevoelig gebouw dat na de inwerkingtreding van de Omgevingswet is toegelaten voor een duur van maximaal 10 jaar. Hierbij toetst het bevoegd gezag aan de kwalitatieve norm 'aanvaardbaar' uit artikel 5.83, lid 2, van het Bkl.
Meerdere activiteiten beoordelen als één activiteit
De regels over trillingen bieden bescherming tegen trillingen veroorzaakt door één activiteit.
Meerdere activiteiten op een locatie gelden als één activiteit als die activiteiten:
- rechtstreeks met elkaar samenhangen en met elkaar in technisch verband staan, of
- elkaar functioneel ondersteunen
Daarbij gaat het bijvoorbeeld om een tankstation met een wasstraat. Dit staat in artikel 22.85 van de bruidsschat omgevingsplan.
Immissiewaarden voor trillingen
In de bruidsschat omgevingsplan zijn waarden opgenomen waaraan trillingniveaus in trillinggevoelige ruimten van trillinggevoelige gebouwen moeten voldoen. Deze staan in artikel 22.88 van de bruidsschat omgevingsplan. Deze waarden gelden voor continue trillingen, maar niet voor herhaald voorkomende trillingen.
Trillinggevoelige gebouwen in tijdelijk deel omgevingsplan
In artikel 1.1 'Begripsbepalingen' van de bruidsschat omgevingsplan is geregeld dat de begripsbepalingen uit de Omgevingswet van toepassing zijn op hoofdstuk 22 van het omgevingsplan. Hierdoor gelden de begripsbepalingen voor trillinggevoelige gebouwen uit bijlage A van het Bkl ook voor de regels over trillingen in de bruidsschat.
Voorrangsbepaling bestaande omgevingsvergunning
Op basis van het overgangsrecht blijven de bestaande vergunningvoorschriften gelden en hebben deze voorrang op de regels in de bruidsschat. Dit staat in artikel 22.1, lid 2, van de bruidsschat.