Ontstaan afvalwater
Bij het opslaan van goederen kan afvalwater ontstaan. Dit gebeurt vooral door afstromend hemelwater, schrob- en spoelwater of uit water van een nevelgordijn om het verstuiven van goederen tegen te gaan.
Als het regent tijdens het opslaan van goederen, kan het regenwater zich vermengen met de opgeslagen goederen en afstromen naar bijvoorbeeld de bodem. Dit is wel afhankelijk van het soort goederen. Bij volledig afgedekte goederen zal hiervan nauwelijks sprake zijn. Maar wel bijvoorbeeld bij openliggende zandzakken. Ook kan er afvalwater ontstaan tijdens schoonmaakwerkzaamheden, zoals schrobben en spoelen. En verder ontstaat er afvalwater bij het bevochtigen van stuivende goederen.
Bij het laden en lossen kunnen goederen namelijk verstuiven. Daarom zijn ze ingedeeld in stuifklassen. In het Bal staan 5 stuifklassen. Een overzicht van de ingedeelde goederen staat in bijlage IV van het Bal.
Indeling in stuifklassen
- S1: sterk stuifgevoelig, niet bevochtigbaar
- S2: sterk stuifgevoelig, wel bevochtigbaar
- S3: licht stuifgevoelig, niet bevochtigbaar
- S4: licht stuifgevoelig, wel bevochtigbaar
- S5: nauwelijks of niet stuifgevoelig
Voorbeelden van nauwelijks stuifgevoelige stoffen (S5) zijn puin, kalksteen, lava en puingranulaat. Voorbeelden van stuifgevoelige stoffen zijn cement (S1) en tarwemeel (S1).
Hergebruik
Er zijn verschillende mogelijkheden om water te hergebruiken bij het opslaan van goederen. Zo is hemelwater bijvoorbeeld prima geschikt om stuifgevoelige goederen nat te houden. Door hemelwater bij deze activiteit op te slaan en te hergebruiken, ontstaat minder afvalwater en wordt hergebruik van geschikt water bevorderd.
Regels en voorschriften
Er gelden regels en voorschriften voor water bij het opslaan van goederen. Deze staan op de overzichtspagina Afvalwater bij het opslaan van goederen.