Regels water opslaan van goederen Rijkswateren en Noordzee (paragraaf 6.2.7.3 en 7.2.7.3 Bal)
In hoofdstuk 6 en 7 van het Bal staan ook regels over water bij het opslaan van goederen. Hoofdstuk 6 gaat over rijkswateren en hoofdstuk 7 over de Noordzee. Deze regels zijn aanvullend op de waterregels die voor het opslaan van goederen zijn gesteld in paragraaf 4.104 van het Bal.
Lozen op rijkswater of de Noordzee
In artikel 6.56b en 7.61b van het Bal is opgenomen dat, in afwijking van artikel 4.1058, lid 1 Bal, het te lozen afvalwater afkomstig van het opslaan van uitlogende goederen in sommige gevallen ook in een rijkswater of in de Noordzee geloosd kan worden. Het gaat alleen om goederen die zijn ingedeeld in bijlage IVA, deel B van het Bal. Lozing in een rijkswater of in de Noordzee is alleen mogelijk als de afstand tot een vuilwaterriool of zuiveringtechnisch werk meer is dan 40 meter. Dit is gerekend vanaf de kadastrale grens van het perceel waar het afvalwater vrijkomt.
Melding
Voor deze lozingen in rijkswater of de Noordzee geldt een meldingsplicht.
De melding bevat:
- een aanduiding van het soort goederen
-
de hoeveelheid die ten hoogste wordt opgeslagen
Voor rijkswateren staat deze meldingsplicht in artikel 6.56a Bal en voor de Noordzee in artikel 7.61a Bal.
Emissiegrenswaarden
Als het afvalwater afkomstig van het opslaan van uitlogende goederen wordt geloosd in een rijkswater of in de Noordzee gelden er emissiegrenswaarden. Deze worden gemeten in een steekmonster. De emissiegrenswaarden zijn gelijk voor rijkswateren en de Noordzee en zijn opgenomen in tabel 6.56c en tabel 7.61c van het Bal.
|
Stof |
Emissiegrenswaarde in μg/l of mg/l |
|---|---|
|
Som van de metalen arseen, chroom, koper, lood, nikkel en zink |
1 mg/l |
|
Minerale olie |
10 mg/l |
|
Polycyclische aromatische koolwaterstoffen |
50 μg/l |
|
Onopgeloste stoffen |
100 mg/l |
|
Som van stikstofverbindingen |
10 mg/l |
|
Som van fosforverbindingen |
2 mg/l |
|
Chemisch zuurstofverbruik |
200 mg/l |
Meetmethoden
De meetmethoden voor rijkswateren staat in artikel 6.56d en voor de Noordzee in artikel 7.61d:
-
Op het bemonsteren van afvalwater is NEN 6600-1 van toepassing, en een monster is niet gefiltreerd.
-
Op het conserveren van een monster is NEN-EN-ISO 5667-3 van toepassing.
-
Bij het analyseren van een monster worden onopgeloste stoffen meegenomen, en op het analyseren is van toepassing:
-
voor onopgeloste stoffen: NEN-EN 872
-
voor chemisch zuurstofverbruik: NEN-ISO 15705
-
voor olie: NEN-EN-ISO 9377-2
-
voor arseen, chroom, koper, lood, nikkel en zink: NEN 6966 of NEN-EN-ISO 17294-2 of NEN-EN-ISO 11885, waarbij de elementen worden ontsloten volgens NEN-EN-ISO 15587-1 of NEN-EN-ISO 15587-2
-
voor polycyclische aromatische koolwaterstoffen: NEN-EN-ISO 17993
-
voor nitrietstikstof en nitraatstikstof: NEN-EN-ISO 13395 of NEN-ISO 15923-1
-
voor organisch stikstof: NEN-ISO 5663 of NEN 6646
-
voor ammoniumstikstof: NEN 6646, NEN-EN-ISO 11732 of NEN-ISO 15923-1
-
voor de som van fosforverbindingen: NEN-EN-ISO 15681-1, NEN-EN-ISO 15681-2, NEN-EN-ISO 6878, NEN-EN-ISO 11885 of NEN-EN-ISO 17294-2
-