Lozingsvoorschriften aanmaken vaste leidingen transporteren gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen (paragraaf 4.62 Bal)
Voor het aanmaken en via vaste leidingen transporteren van gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen gelden lozingsvoorschriften uit paragraaf 4.62 van het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal). Voor het afvalwater van deze activiteit geldt een lozingsverbod. Het moet worden hergebruikt in deze activiteit.
Op deze pagina
Wat u moet weten over deze lozingsvoorschriften:
- Hoe het afvalwater bij deze activiteit ontstaat
- Wanneer de regels van toepassing zijn
- Beste beschikbare technieken (BBT)
- Meldingseisen
- Verboden en voorwaarden Bal
- Gerelateerde wetgeving
- Controleaspecten
- Let op: er gelden ook andere voorschriften
Hoe het afvalwater bij deze activiteit ontstaat
Vaste leidingen voor deze activiteit bevinden zich vooral bij (glas)tuinbouwbedrijven. Deze leidingen zijn bovengronds aangelegd en verbonden met een hogedrukpomp en 1 of meer doseervaten. Hierin worden gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen aangemaakt. Meestal staan die in een afgesloten ruimte, waar ook de voorraad van deze middelen staat. Doordat de leidingen bovengronds zijn (artikel 4.714 van het Bal), kan een lekkage snel worden opgemerkt.
Bij het spoelen van gebruikte verpakkingen, ontstaat het meeste afvalwater. Het kan ook vrijkomen bij het vullen van het doseervat, als iemand morst.
Wanneer de regels van toepassing zijn
In hoofdstuk 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:
- paragraaf 4.62 in hoofdstuk 3 van het Bal voor uw bedrijfstak is aangewezen
- uw activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.62 van het Bal valt
Het gaat hier dus niet om leidingen met gietwater waaraan gewasbeschermingsmiddelen zijn toegevoegd. Deze paragraaf gaat ook niet over het aanmaken van gewasbeschermingsmiddelen of meststoffen op de percelen waar gewassen in de openlucht worden geteeld. Die regels staan in paragraaf 4.63 van het Bal.
Beste beschikbare technieken (BBT)
Afvalwater van deze activiteit wordt opnieuw gebruikt en niet geloosd (artikel 4.716 van het Bal). Dat is de beste beschikbare techniek (BBT).
Opruimen
Voorkom dat stoffen die bij het aanmaken worden gemorst (verder) in het milieu terechtkomen. Het aanmaken moet daarom gebeuren boven een aaneengesloten bodemvoorziening. Gemorste, droge gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen moeten droog worden opgeruimd. Gemorste, vloeibare gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen moeten geïmmobiliseerd worden. (Immobilisatie is een bewerking die uitloging van gevaarlijke afvalstoffen tegengaat.) En daarna opgeruimd en bewaard in een speciaal daarvoor bestemd vat. Op grond van de zorgplicht moeten er voldoende materialen en absorberende middelen zijn om dit te kunnen doen.
Schoonmaken
Verpakkingen moeten na verbruik van de inhoud meteen worden schoongemaakt. Vaak is ter plekke specifieke reinigingsapparatuur aanwezig. Als die ontbreekt, wordt de lege verpakking omgespoeld met schoon water. De schoongemaakte verpakking mag maar een minimale hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen of biociden bevatten. Niet meer dan 0,01% van de oorspronkelijk in de dichte verpakking aanwezige hoeveelheid (artikel 4.713 van het Bal). Deze bepaling volgt uit de richtlijn duurzaam gebruik.
Aanmaken
Het aanmaken van gewasbeschermingsmiddelen, biociden of bladmeststoffen gebeurt met oppervlaktewater, drinkwater of hemelwater uit een opslagvoorziening. Zorgvuldig werken en een paar eenvoudige voorzieningen helpen de meeste calamiteiten te voorkomen. Denk aan:
- het overlopen van een spuittank
- het terugstromen van spuitvloeistof in de vulleiding
- morsen
Dit is te voorkomen met een tussenopslag of terugslagklep in de vulleiding bijvoorbeeld. Die zorgt dat de spuitvloeistof niet of nauwelijks rechtstreeks uit de spuittank terugvloeit.
Gebeurt het aanmaken in de buurt van een oppervlaktewaterlichaam? Dan moet dat op een afstand van minimaal 2 meter (artikel 4.717 van het Bal). De afstand hangt af van de risico’s bij morsing. Een dijkje vermindert het risico, dan mag het dichterbij. Een aflopende helling verhoogt het risico juist. Dan is meer afstand nodig.
Bij gebruik van drinkwater mag er geen vaste verbinding met een drinkwaterleiding zijn. Het drinkwater moet worden onttrokken via een onderbreektank. Die voorkomt dat het aangemaakte mengsel in het leidingnet terug kan stromen (specifieke zorgplicht van artikel 2.11).
Meldingseisen
Voor deze activiteit gelden de algemene indieningsvereisten.
Verboden en voorwaarden Bal
Voor het afvalwater van deze activiteit geldt een lozingsverbod. Het moet worden hergebruikt. Zie artikel 4.715 en 4.716 van het Bal.
Gerelateerde wetgeving
Handelingen met gewasbeschermingsmiddelen en biociden vallen ook onder de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb). Daarin is geregeld dat het toezicht mede door de waterschappen kan worden uitgevoerd. Dit gebeurt om de extra regels die in het Bal staan ook met de bestuursrechtelijke handhavingsmogelijkheden van de gewasbeschermingsmiddelen en biociden wetgeving te kunnen handhaven.
De Drinkwaterwet geeft ook aan dat voorkomen moet worden dat het waterleidingnet verontreinigd raakt.
Van belang is de Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (PbEU 2009, L 309). Hieruit volgt dat er in principe geen gewasbeschermingsmiddelen of biociden in de verpakking mogen achterblijven. Op een verwaarloosbare hoeveelheid na.
Afvalwetgeving
De schoongemaakte verpakking is afval. Daarvoor geldt titel 10.6 van de Wet milieubeheer (Wm):
- Het afval moet worden afgegeven aan een erkende inzamelaar (artikel 10.37 Wm).
- De gegevens hierover moeten worden bewaard (artikel 10.38 Wm).
Controleaspecten
Let bij het controleren van de regels goed op de volgende zaken:
- Wordt gewerkt volgens BBT?
- Wordt het gevaarlijke (geïmmobiliseerde, vloeibare) bedrijfsafval correct afgevoerd?
Let op: er gelden ook andere voorschriften
Naast lozingsvoorschriften gelden ook bodemvoorschriften.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.