Inhoudelijke regels lozen reinigen van voertuigen of werktuigen voor agrarische activiteiten (paragraaf 4.90 Bal)
Voor het reinigen van voertuigen of werktuigen voor agrarische activiteiten gelden regels over lozen uit paragraaf 4.90 van het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal). Het gaat om regels om verontreiniging van bodem en oppervlaktewater te voorkomen en voor doelmatig beheer van afvalwater. Het maakt uit of de voertuigen of werktuigen wel of niet zijn gebruikt voor gewasbeschermingsmiddelen.
Let op:deze regels gelden alleen als hoofdstuk 3 van het Bal ze aanwijst.
Geen afvoer naar open water
Het afvalwater van de wasplaats moet worden opgevangen en gezuiverd zonder restlozing. De wasplaats dient na gebruik ook te worden schoongemaakt. Het schoonmaakwater moet ook worden opgevangen en gezuiverd. Maar dat voorkomt niet helemaal dat regenwater van de wasplaats afvloeit nog gewasbeschermingsmiddelen bevat.
Vanwege de waterkwaliteit mogen gewasbeschermingsmiddelen niet in open water terechtkomen. Zoals een rivier of sloot. Een wasplaats mag daarom geen directe afvoer hebben naar open water. Zonder zo’n afvoer zal het regenwater van de wasplaats uitvloeien over de bodem. Hierdoor wordt de belasting van het open water tot een minimum beperkt.
Uitwendig reinigen gewasbeschermingsmiddelen
Er zijn 3 routes om afvalwater van het aan de buitenkant schoonmaken van voertuigen en werktuigen na het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te lozen:
- lozen op landbouwgronden, als het reinigen gebeurt op de landbouwgronden waar de gewasbeschermingsmiddelen zijn gebruikt
- lozen op de bodem bij het bedrijf als het reinigen heel af en toe gebeurt, ongeveer 2 keer per jaar
- opvangen en zuiveren, zodat lozing van afvalwater niet nodig is
Let op: bij lozen op de bodem mag het reinigen niet elke keer op dezelfde plek gebeuren. Ook moet de afstand tot open water, zoals een sloot, groot genoeg zijn. Dit valt onder de zorgplicht.
Inwendig reinigen gewasbeschermingsmiddelen
Er zijn 2 routes om afvalwater van het aan de binnenkant schoonmaken van voertuigen en werktuigen na het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te lozen:
- als het reinigen gebeurt op de landbouwgronden waar de gewasbeschermingsmiddelen zijn gebruikt: gelijkmatig verspreiden op landbouwgronden
- opvangen en zuiveren, zodat lozing van afvalwater niet nodig is
Geschikte zuiveringstechnieken
Er zijn technieken om het afvalwater te zuiveren zonder dat er een restlozing is. Zoals een fytobak of biofilter. Dit zijn gesloten systemen, zodat er geen water overblijft. Het biofilter heeft plantenbakken om het water te verdampen. Bij de fytobak wordt het percolaat teruggevoerd in het systeem.
Voor grotere hoeveelheden zijn er technieken die werken op basis van chemische processen (flocculatie) en nazuivering met actief kool. Restwater wordt weer teruggevoerd in het systeem. Vaak zal dan een buffervoorziening noodzakelijk zijn om het afvalwater geleidelijk naar de zuivering te voeren.
Reinigen zonder gewasbeschermingsmiddelen
Als de voertuigen of werktuigen niet zijn gebruikt voor gewasbeschermingsmiddelen, zijn er 2 routes om afvalwater te lozen:
- lozen op onverharde bodem
- lozen in het vuilwaterriool
Als geen enkele lozingsroute mogelijk is, kan het bevoegd gezag met maatwerk toestemming geven om het anders te lozen. Het bedrijf vraagt dit dan aan en onderbouwt waarom dit nodig is.
Riooltekening
Er moet een tekening zijn waarop staat waar afvalwater wordt geloosd. Dit kan een schets zijn. Het gaat erom dat erop staat waar afvalwater ontstaat. En of dit wordt opgevangen en gezuiverd of wordt geloosd op de bodem, landbouwgronden of in het vuilwaterriool.
Andere inhoudelijke regels
Naast regels over lozen gelden ook andere regels. Deze vindt u op de overzichtspagina Inhoudelijke regels reinigen van voertuigen of werktuigen voor agrarische activiteiten.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.