Op deze pagina
Wat u moet weten over deze lozingsvoorschriften:
Hoe het afvalwater bij deze activiteit ontstaat
Recreatieve visvijvers maken meestal geen deel uit van een oppervlaktewaterlichaam. Gemiddeld eens per twee weken wordt een aantal consumptievissen aangevoerd van een kwekerij. Er worden in recreatieve visvijvers namelijk geen vissen gekweekt.
De aangevoerde vissen worden tijdelijk in voorraadbakken bewaard. Deze vissen worden in principe niet (bij)gevoerd. Er is geen gebruik van antibiotica.
Om vorming van (blauw)algen te voorkomen wordt het vijverwater in beweging gehouden. Dit gebeurt met hulp van het oppompen van een aantal m3 grondwater per dag. Het verse water stroomt via de voorraadbakken naar de visvijvers. Om te voorkomen dat daardoor het water over de rand van de vijvers stroomt, wordt het te veel aan vijverwater geloosd. Dit noemt men spuiwater.
Wanneer de regels van toepassing zijn
In het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal) staan geen regels voor het lozen van spuiwater uit recreatieve visvijvers. Die staan in het omgevingsplan en in de waterschapsverordening. Welke regel geldt, hangt af van de lozingsroute(s).
Totdat de gemeente in het omgevingsplan zelf lozingsregels heeft opgesteld, geldt het tijdelijk deel van het omgevingsplan: de bruidsschat. U vindt de regels in paragraaf 22.3.8.12.
Bij inwerkingtreding van de Omgevingswet gelden ook de regels die van rechtswege zijn toegevoegd aan de waterschapsverordening: bruidsschat van de waterschapsverordening. U vindt de regels in afdeling 2.16. Deze regels komen van rechtswege te staan in het nieuwe gedeelte van de waterschapsverordening. Deze regels blijven gelden tot het waterschap deze regels wijzigt.
Het kweken van vissen is een agrarische activiteit en valt niet onder deze decentrale regels.
Bruidsschat aanpassen
Na inwerkingtreding van de Omgevingswet kunnen gemeenten en waterschappen de bruidsschatregels omzetten naar regels die beter passen bij de lokale situatie. Bij deze omzetting moeten gemeente én waterschap wel rekening houden met de taken en bevoegdheden van het andere bestuursorgaan. Men moet met elkaar rekening houden vanwege de samenhang van de instrumenten.
Beste beschikbare technieken (BBT)
Behalve vis is niets aan het te lozen spuiwater toegevoegd. Het gaat eigenlijk om schoon (grond)water zonder toevoegingen. Lozen van dit afvalwater in of op de bodem of in een schoonwaterriool of oppervlaktewater is daarom toegestaan zonder nadere voorschriften.
Meestal wordt het afvalwater op het oppervlaktewater geloosd. Bij gebruik van grondwater is het de beste beschikbare techniek Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) om dit water te lozen op of in de bodem.
Meldingseisen voor de lozing
Volgens artikel 22.181 van de bruidsschat omgevingsplan en artikel 2.58 van de bruidsschat waterschapsverordening moet de melder van de activiteit altijd de volgende gegevens aanleveren:
- de aanduiding van de activiteit: spuiwater uit recreatieve visvijvers
- naam en adres van degene die de activiteit verricht
- het adres waarop de activiteit plaatsvindt
- de dagtekening
Daarnaast moeten nog de volgende gegevens en bescheiden worden ingediend:
- de aard en omvang van de activiteit en de daarbij behorende processen
- de indeling van de locatie waarop de activiteit wordt uitgevoerd met daarbij aangegeven:
- de grenzen van het terrein
- de plaats van de lozingspunten
- een situatieschets van de activiteit met een schaal van minimaal 1:10.000, voorzien van een noordpijl
- de verwachte datum van het begin van de activiteit
Verboden en voorwaarden bruidsschat
De voorkeursroute is lozen op of in de bodem of het hemelwaterriool of op oppervlaktewater.
Lozen is zonder nadere voorschriften toegestaan (artikel 22.182 van de bruidsschat omgevingsplan en artikel 2.57 van de bruidsschat waterschapsverordening).
Lozen in het vuilwaterriool is niet toegestaan (artikel 22.182 van de bruidsschat omgevingsplan).
Een gemeente of waterschap is niet bevoegd om de voorkeursroute van een lozing op te heffen. Is er een andere lozingsroute in het omgevingsplan of waterschapsverordening is toegestaan? Dan geldt de voorkeursroute niet als verplichting voor de initiatiefnemer.
Gerelateerde wetgeving
Voor het onttrekken van meer dan 150.000 m3 grondwater per jaar is ook een vergunning vereist (artikel 16.4 en 16.5 van het Bal). Voor andere grondwateronttrekkingsactiviteiten gelden decentrale regels. In afdeling 3.1 van de bruidsschat waterschapsverordening staan eisen voor het onttrekken en infiltreren van grondwater.
Het bevoegd gezag (Gedeputeerde Staten, waterschap of Rijkswaterstaat) is verantwoordelijk voor het onttrekken van grondwater en oppervlaktewater. En voor het beoordelen van de toelaatbaarheid van de onttrekking.
Controleaspecten
Let bij het controleren van de regels goed op de volgende zaken:
- Gelden de regels voor het omgevingsplan of voor de bruidsschat omgevingsplan?
- Gelden de regels van de nieuwe waterschapsverordening of de regels van de bruidsschat waterschapsverordening?
- Wordt gewerkt volgens BBT?
Riooltekening
Bij lozing op een riool is er een riooltekening waar duidelijk op staat:
- op welke punten welk afvalwater wordt geloosd
- of de lozingspunten zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool
- op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen