Op deze pagina
Wat u moet weten over deze lozingsvoorschriften:
Bron van afvalwater van deze activiteit
Op een scheepswerf worden scheepshuiden van uitwendige aangroei, corrosie en/of oude verflagen ontdaan. Dit gebeurt mechanisch of handmatig. Direct daarna worden nieuwe verflagen en coatings op scheepshuiden aangebracht. De verontreiniging van het oppervlaktewater door coatings wordt vooral veroorzaakt door de bezwaarlijke componenten in verven en coatings. Voorbeelden zijn tributyltin, koolteer en teerepoxy.
Door betere coatings is het gebruik van teerproducten inmiddels nagenoeg uitgefaseerd. Tijdens het onderhoud van schepen kan wel nog steeds koolteer en teerepoxy vrijkomen, ondanks een verbod op het gebruik van koolteer in Nederland sinds 1997.
Dit verbod geldt overigens niet voor het gebruik van tweecomponententeer op zeegaande vaartuigen (exclusief pleziervaartuigen), objecten voor de offshore-industrie en op schepen of andere objecten bestemd voor export.
Tributyltin (TBT) werd 40 jaar lang gebruikt als biocide in antifouling Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) voor zeeschepen. Tijdens het onderhoud van zeeschepen kan deze stof vrijkomen, ondanks de (internationale) uitfasering van tributyltin.
Als nieuwe verflagen en coatings op metalen echt nauwkeurig moeten worden aangebracht, is straling nodig als voorbereiding op het coaten. Oude verflagen en roest worden dan door stralen verwijderd en metaal krijgt een gespecificeerde ruwheid.
Dit stralen en conserveren kan leiden tot verontreiniging van het oppervlaktewater wanneer de werkzaamheden onzorgvuldig worden uitgevoerd. Naast deze afvalwaterstroom kan er ook ander afvalwater vrijkomen, zoals ballastwater, koelwater of bilgewater.
Wanneer de regels van toepassing zijn
In de hoofdstukken 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:
- uw activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.13 en 4.21 van het Bal valt, en
- paragraaf 4.13 en 4.21 in hoofdstuk 3 van het Bal voor uw bedrijfstak zijn aangewezen
Gebeurt dit bij een huishouden of bij het uitoefenen van een beroep of bedrijf aan huis? Dan gelden deze regels niet.
Bij de lozingsvoorschriften van deze activiteit gaat het niet om:
- het lassen van metalen (paragraaf 4.16 Bal)
- het mechanisch en thermisch bewerken van metalen (paragraaf 4.18 Bal)
- het mechanisch bewerken van diverse materialen (paragraaf 4.20 Bal)
- het uitwendig schoonmaken van pleziervaartuigen (paragraaf 4.24 Bal)
Beste beschikbare technieken (BBT)
Het is het best om niet te lozen.
Door stralen en conserveringswerkzaamheden kunnen stoffen in het oppervlaktewater terechtkomen. Dit moet zoveel mogelijk worden voorkomen. In het kader van good housekeeping bij scheepswerven zijn de volgende maatregelen en voorzieningen hierbij van belang:
- afzuiging en filtering van straalstof
- gebruik van een omkapping bij stralen in de open lucht
- keuze straaltechniek en straalmiddel
- gebruik van fijnmazige netten om verwaaiing van gritstof en verfdeeltjes te beperken
- good housekeeping bij verfapplicatie
Behandeling van afvalwater
Tijdens het hogedrukwaterwassen ontstaat afvalwater dat niet onbehandeld in het oppervlaktewater of de riolering mag worden geloosd. Dat geldt ook voor afvalwater dat vrijkomt bij natte straaltechnieken. En voor hemelwater dat verontreinigd is door bijvoorbeeld grit- of verfresten op de dok- of hellingvloer.
Al dit afvalwater kan worden opgevangen door goten en leidingen in de dok- of hellingvloer te maken.
Het verzamelde afvalwater kan op relatief eenvoudige wijze worden voorgezuiverd met een goed gedimensioneerde bezinktank. Vooral als calamiteitenvoorziening is het sterk aan te raden om deze tank daarna te voorzien van een olieafscheider. Maar die kan bijvoorbeeld ook gemaakt worden met een keerschot.
Lozingsroute ballastwater
Schepen die in internationale wateren varen vallen onder het Ballastwaterverdrag. Het lozen van ballastwater van die schepen moet voldoen aan de eisen van het Ballastverdrag. Het ballastwater moet dan eerst gezuiverd worden.
Schepen die geen internationale reizen maken en schepen die ballastwater innemen en lozen op dezelfde locatie vallen niet onder het verdrag. Het ballastwater is dan altijd oppervlaktewater en kan dus zonder problemen in oppervlaktewater worden geloosd. Alleen mag er geen zout ballastwater in zoet oppervlaktewater worden geloosd.
Lozingsroute koelwater
Het is beter om koelwater niet via de bestaande voorzieningen (de olie/bezinksel-afscheider, bezinkput) te lozen. In de praktijk is dit vaak niet mogelijk. Koelwater kan onverwacht op de dokvloer terecht komen. Dan wordt het via de olie/bezinkselafscheider geloosd. Dit mag, zolang het niet leidt tot overbelasting van de zuiveringtechnische voorziening.
Verboden en voorwaarden Bal
De voorkeursroute bij het (nat)stralen van grote objecten in de openlucht, is lozen op het vuilwaterriool (artikel 4.224 van het Bal).
Gerelateerde wetgeving
De inhoud van de olieafscheider is gevaarlijk afval (EURAL 13.05). Daarvoor geldt titel 10.6 van de Wet milieubeheer (Wm). Dit betekent dat het afval moet worden afgegeven aan een erkende inzamelaar (artikel 10.37 Wm) en dat de gegevens hierover moeten worden bewaard (artikel 10.38 Wm).
Controleaspecten
Let bij het controleren van de regels goed op de volgende zaken:
Bij lozing op een riool moet uit de riooltekening blijken:
- op welke punten welk afvalwater wordt geloosd
- of de lozingspunten zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool
- op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen
Let op: er gelden ook andere voorschriften
Naast lozingsvoorschriften gelden ook andere voorschriften. Die vindt u op de pagina Inhoudelijke regels stralen van metalen en op de pagina Inhoudelijke regels reinigen, lijmen en coaten van diverse materialen.