Nationaal Water Model
Klimaatverandering heeft ingrijpende gevolgen voor onze laaggelegen delta. We hebben nu al te maken met zeespiegelstijging, hogere rivierwaterstanden en grotere weersextremen. De overheid wil Nederland beschermen tegen hoogwater en zorgen voor voldoende zoetwater en een goede waterkwaliteit. Scenario's of plannen voor het maken van beleidsmatige keuzes om de waterveiligheid, -beschikbaarheid en -kwaliteit te waarborgen, kunnen worden doorgerekend met het Nationaal Water Model (NWM).
Het Nationaal Water Model
Het Nationaal Water Model is een verzameling van bestaande, aan elkaar gekoppelde modellen. Dit geavanceerde computermodel biedt inzicht in de gevolgen van klimaatverandering en socio-economische ontwikkelingen voor onze waterhuishouding. Naast een beeld van de actuele situatie schetst het ook de verwachtingen voor toekomstige jaren.
Blik op de toekomst
Veelgebruikte zichtjaren zijn 2050, 2085 en 2100. Door iedere paar jaar opnieuw berekeningen uit te voeren met de laatste inzichten, krijgen we een beeld van mogelijke punten waar in de toekomst problemen kunnen ontstaan. Is er in 2050 bijvoorbeeld nog voldoende schoon drinkwater en genoeg zoetwater om gewassen te verbouwen? Houden we in 2100 droge voeten achter onze dijken? Welke maatregelen zijn effectief om de waterkwaliteit te verbeteren? De overheid kan mede op basis van de NWM-rekenresultaten haar beleid aanpassen.
Voordelen van meer gebruikers
Het model is ontwikkeld voor beleidsmakers van de Rijksoverheid, waterschappen en provinciale- en regionale overheden. Het Nationaal Water Model is ontstaan uit een samenwerking tussen verschillende overheden en kennisinstituten, Het Nationaal Water Model wil niet alleen de ontwikkelaars van die modellen verbinden maar ook de gebruikers ervan. Hoe meer organisaties de toekomstverwachtingen van het Nationaal Water Model gebruiken, des te groter de voordelen:
- meer consistentie en uniformiteit
- minder discussies over uitkomsten
- kostenbesparing
- reproduceerbaarheid van berekeningen, ook op de lange termijn
- de mogelijkheid tot het vergelijken van projectuitkomsten
- een nauwere samenwerking tussen de rijksoverheid, provincies en waterschappen
De (directe) opdrachtgever van het Nationaal Water Model is het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). De individuele modellen die eraan ten grondslag liggen worden in opdracht van Rijkswaterstaat WVL gemaakt door de kennisinstituten Deltares en Wageningen Environmental Research (WENR). Deze modellen worden vervolgens – ook dit doen de genoemde kennisinstituten – gekoppeld. Daardoor ontstaan de zogenaamde 'rekentreinen'.
Het Nationaal Water Model presenteert regelmatig nieuwe toekomstverwachtingen, de zogeheten 'basisprognoses', gebaseerd op de laatste stand van zaken. Het Nationaal Water Model maakt als modelinvoer gebruik van de Deltascenario's en de nationale klimaatscenario's, Hierin zijn de laatste inzichten over klimaat en sociaal-economische ontwikkelingen verwerkt.
Rekentrein
De basisprognoses van het Nationaal Water Model worden gegenereerd voor 3 aparte thema's:
- Het thema 'Waterveiligheid' richt zich op hoogwater
- Het thema 'Zoetwater' op de waterbeschikbaarheid
- Het thema 'Waterkwaliteit'
Elk van deze thema's heeft een eigen rekentrein. Een rekentrein is een combinatie van modellen die nodig is om alle gewenste informatie te berekenen. De modellen in de rekentrein zijn deels afhankelijk van elkaar en worden als een trein aan elkaar gekoppeld. Zo'n rekentrein bestaat verder uit verschillende pre- en post-processing stappen. Denk aan het importeren, exporteren en verwerken van data om de modellen op elkaar aan te laten sluiten en om de uitvoer van de modellen om te zetten naar het gewenste format. Zoals een grafiek of een generiek dataformat dat geschikt is om in andere software te gebruiken.
De uitkomsten van het Nationaal Water Model kunnen gebruikt worden in allerlei effectmodules. Zo wordt op die manier de doorvertaling gemaakt naar de effecten op bijvoorbeeld de landbouw en drinkwatervoorziening. De effectmodules behoren niet tot het Nationaal Water Model, zie onderstaande figuur.
Het NWM-Waterveiligheid berekent de waterbeweging op de grote rivieren en de meren. Het berekent hoe vaak hoge waterstanden, hoge golven en hydraulische belastingniveau's (HBN's) voorkomen.
De NWM-Zoetwater berekent grondwaterstromingen, waterbeschikbaarheid en watertekorten.
Met de NWM-Waterkwaliteit rekentrein, het zogeheten Landelijk Waterkwaliteitsmodel (LWKM), worden uit- en afspoeling van nutriënten uit het topsysteem naar het oppervlaktewater en grondwater berekend. En ook de nutriëntenconcentraties in het oppervlaktewater en diepe grondwater die daar het gevolg van zijn.
Tussen de 3 rekentreinen van het NWM bestaat geen directe, operationele koppeling. Wel wordt gezorgd voor (zoveel mogelijk) consistentie tussen deze rekentreinen. Denk hierbij niet alleen aan zoveel mogelijk consistente schematisatie van de bodem, ondergrond en dimensionering van watergangen maar ook aan zoveel mogelijk gebruik van dezelfde rekensoftware en consistentie in klimatologische en sociaal-economische uitgangspunten. Deze grote mate van consistentie vormt deel van de 'raison d'être' van het Nationaal Water Model.
Basisprognoses
De toekomstverwachtingen, ofwel basisprognoses, vormen belangrijke basisinformatie voor beleid, maar worden ook breder gebruikt door stakeholders zoals waterschappen, provincies en de drinkwatersector. De eerste basisprognoses met het Nationaal Water Model zijn gemaakt in 2016. Deze worden periodiek geactualiseerd met de meest recent beschikbare gegevens en inzichten op gebied van klimaat en sociaal-economische ontwikkelingen. We nemen bovendien beleidsmaatregelen over water mee in de berekeningen, waaronder de maatregelen die nog niet in uitvoering zijn, maar waarvan vaststaat dat ze in de komende jaren worden toegepast. Als we al deze gegevens in het model invoeren, krijgen we een kijkje in mogelijke toekomstscenario's.
Organisatie
De organisatie van het Nationaal Water Model is ondergebracht in de stuurgroep Regionale en Landelijke Modelinstrumentaria (RLMI). Hierin zijn zowel het NWM als het Nederlands Hydrologisch Instrumentarium (NHI) en de KRW-verkenner samengebracht. Deze stuurgroep bestaat momenteel uit de organisaties:
- Rijkswaterstaat
- het directoraat-generaal Ruimte en Water (DGWB) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW)
- ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN)
- Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA)
- Vereniging van Waterbedrijven in Nederland (VEWIN)
- Interprovinciaal Overleg (IPO)
- Hoogheemraadschap van Delfland (vertegenwoordiging van de waterschappen)
- Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
- Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Deze stuurgroep komt meerdere keren per jaar bij elkaar. Bij de kennisinstituten Wageningen Environmental Research (WENR) en Deltares is de ontwikkeling en het beheer en onderhoud van het NWM belegd. De hosting van Het Nationaal Water Model ligt bij SSC Campus. Dit is een ICT-leverancier voor kennis- en onderzoeksinstituten binnen de Rijksoverheid.
Meer informatie
Houdt u zich beroepsmatig bezig met waterbeleid en heeft u interesse in de resultaten van berekeningen met het Nationaal Water Model? Lees dan verder onder Toepassingen. Heeft u nog vragen? Stel ze via ons vragenformulier of bel met een van de medewerkers van het Informatiepunt Leefomgeving op 088-7970790.
Meer informatie is te lezen op de pagina's: