Grondwateroverlast
Een hoge grondwaterstand kan leiden tot overlast en soms tot schade. Bijvoorbeeld in de vorm van natte kelders en kruipruimten. Grondwateroverlastproblemen kunnen verschillende oorzaken hebben. De oorzaak is van belang om antwoord te geven op de vraag wie verantwoordelijk is voor de grondwateroverlast: de gemeente of de particuliere eigenaar.
Voor inwoners met een eigen woning of perceel
Let op: Ervaart u als inwoner overlast door een hoge grondwaterstand? Houd er dan rekening mee dat u op uw eigen perceel zelf verantwoordelijk bent voor het voorkomen en oplossen van grondwateroverlast. Uw gemeente heeft ook een grondwatertaak, maar kan grondwateroverlast niet altijd voorkomen. Om uw situatie te bespreken kunt u het beste contact opnemen met uw gemeente.
Problemen met grondwater
Een hoge grondwaterstand kan zowel op een particulier perceel als in de openbare ruimte voor overlast zorgen. In de openbare ruimte heeft de gemeente een grondwatertaak. Zie artikel 2.16, lid 1 van de Omgevingswet.
Voor een perceeleigenaar kan een gemiddelde hoge grondwaterstand leiden tot water in de kelder of kruipruimte en vocht in huis. Met als gevolg hinder, schade aan het gebouw of problemen voor de gezondheid (schimmelvorming).
Andere vormen van overlast door een te hoge grondwaterstand (zowel op een particulier perceel als in de openbare ruimte) zijn:
- verwelking van flora door drassige tuinen en langdurig nat openbaar groen
- kortsluiting
- het opdrijven van rioolbuizen
- schade aan kabels en leidingen
- schade aan wegen (opvriezen in de winter)
- meer schade aan bomen (een ondiep wortelsysteem maakt bomen instabiel)
Een grondwaterstand die van nature te hoog is kan door een beperkte bergingscapaciteit in natte periodes snel tot overlast leiden.
Oorzaken van grondwateroverlast
In het geval van grondwateroverlast is het van belang per situatie goed in beeld te hebben hoe de grondwateroverlast ontstaat (welke oorzaken). Wanneer de situatie goed in beeld is, kan worden gekeken naar het wettelijk kader.
Grondwateroverlast kan door de natuur of door de mens worden veroorzaakt. In de praktijk gaat het veelal om een combinatie van oorzaken (juridisch ook wel 'multi-causaliteit' genoemd).
Natuurlijke oorzaak
- veel neerslag/extreme buien
- samenstelling van de bodem, zoals de aanwezigheid van kleilagen of andere natuurlijke barrières
Menselijke oorzaak
Waterhuishoudkundige oorzaken
- aanwezigheid van infiltratievoorzieningen, zowel van particulieren als van de gemeente
- lekkende en onbedoeld infiltrerende riolering (die boven de grondwaterspiegel ligt). Deze kan bijdragen aan een grotere en snellere reactie van neerslag op de grondwaterstand
- stoppen van een bestaande grondwateronttrekking
- peilverhoging van het oppervlaktewater
Bouwkundige / civieltechnische oorzaken
- niet waterdichte kelders: op zichzelf hoeft een bepaalde grondwaterstand niet tot problemen of schade te leiden, want een waterdicht gemaakte kelder zal niet vollopen met grondwater
- aanleg/bouw van (deels) ondergrondse constructies die een grondwaterstandverhogend effect hebben
- slecht onderhouden vloeren kunnen tot vergaande problemen leiden met opkruipend vocht
Verantwoordelijkheid
Er ontstaat geregeld discussie over wie verantwoordelijk is voor het droog maken en houden van een gebied en de bijbehorende kosten: eigenaren of gemeente.
Gemeenten verantwoordelijk
Gemeenten hebben op grond van de Omgevingswet (artikel 2.16, eerste lid, onder a, onder 2°) een grondwatertaak. Wordt voldaan aan alle zeven elementen van de grondwatertaak samen? Dan moet de gemeente maatregelen treffen om de nadelige grondwaterstandgevolgen te voorkomen of te beperken. Zie de pagina grondwatertaak.
Naast de grondwatertaak heeft de gemeente ook een rioleringstaak (taak om stedelijk afvalwater in te zamelen en naar de zuivering te brengen). Ook deze taak heeft een relatie met de grondwaterstand. Denk bijvoorbeeld aan lekke rioleringen of het vervangen hiervan.
Perceel-/gebouweigenaar verantwoordelijk
Een perceel-/gebouweigenaar heeft ook een eigen verantwoordelijkheid om te zorgen voor de goede staat van zijn perceel en de werken en gebouwen op dat perceel.
In de artikelen 3.64 en 4.118 van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) zijn eisen gesteld aan de waterdichtheid van een kelder. Afhankelijk van de situatie zijn ze wel of niet van toepassing:
- Als een kelder als verblijfsgebied (bijlage I van het Besluit bouwwerken leefomgeving) wordt gebruikt gelden de eisen wel. Een verblijfsruimte is een ruimte waar mensen regelmatig verblijven (bijv. een keuken, slaapkamer, of een beneden maaiveld gelegen badkamer, souterrain of winkelruimte). Hier ligt een duidelijke verantwoordelijkheid voor de particuliere eigenaar. Wie zijn kelder waterdicht wil hebben, zal zelf bouwkundige en/of waterhuishoudkundige maatregelen moeten treffen.
- Als een kelder als opslagruimte of loze ruimte wordt gebruikt gelden deze eisen uit het Besluit bouwwerken leefomgeving niet. Water in de kelder kan dan dus voorkomen zonder dat dit wordt gezien als een bouwkundig gebrek. Als de eigenaar zo’n kelder waterdicht wil hebben, zal hij hiervoor zelf maatregelen moeten nemen.
Grondwateroverlast door werkzaamheden
Wanneer werkzaamheden plaatsvinden waardoor de grondwaterstand stijgt (door de mens veroorzaakt dus), dan moet de initiatiefnemer mogelijk maatregelen nemen om die nadelige gevolgen op de grondwaterstand te verminderen. Let daarbij op artikel 5:39 van het Burgerlijk Wetboek. Hieruit volgt dat de 'natuurlijke' loop van het grondwater niet zomaar gewijzigd mag worden. Dat zou onrechtmatig kunnen zijn. Voor een eventuele schadeclaim moet dan ook getoetst worden aan de eisen van een onrechtmatige daad. Zie artikel 6:612 Burgerlijk Wetboek.
Jurisprudentie over de gemeentelijke grondwatertaak
In 2019 oordeelde het Gerechtshof 's-Hertogenbosch dat 'van bewoners mag worden verwacht dat zij – indien nodig – de vereiste waterhuishoudkundige of bouwkundige maatregelen nemen om problemen als gevolg van een bepaalde grondwaterstand te voorkomen of te bestrijden.' Dat ligt anders, zo vervolgde het Hof, als vaststaat dat de gemeente haar (grondwater)zorgplicht heeft geschonden (Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 27-08-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:3180).
De Rechtbank Rotterdam oordeelde in 2018, in een zaak waar het grondwaterpeil door vervanging van een oude riolering op sommige plekken (in de wijk) was gestegen, dat het enkele feit dat de gemeente de riolering heeft vervangen – ondanks de aanwezigheid van vier laaggelegen woningen in de straat – niet als onrechtmatige daad kan worden aangemerkt (Rechtbank Rotterdam, 23 november 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:9742).
De wijze waarop de gemeente de vervanging van de riolering had aangepakt, was zorgvuldig. De rechter wijst daarbij onder andere op twee georganiseerde bewonersbijeenkomsten. Daar had een medewerker van de gemeente aangegeven dat het kan zijn dat na de uitvoering van de werkzaamheden, inclusief het aanleggen van een drainageleiding, voor sommige percelen de grondwaterstand niet optimaal is. Daardoor kunnen extra maatregelen nodig zijn, die bewoners zelf moeten nemen.
De rechter rekende het de particuliere eisers aan dat zij, ondanks concrete adviezen van de gemeente, zelf geen maatregelen hadden genomen. Terwijl dat gelet op alle omstandigheden wel op hun weg had gelegen.
Wie treft welke maatregelen tegen grondwateroverlast?
Om grondwateroverlast tegen te gaan, kunnen er maatregelen getroffen worden. De verantwoordelijkheid voor die maatregelen liggen zowel bij de inwoner als bij de gemeente.
Voorbeelden maatregelen door de eigenaar:
- Waterdicht maken van kelders en andere ondergrondse bouwlagen.
Voorbeelden maatregelen door de gemeente:
- zorgvuldig inpassen van waterbelangen bij het inrichten van de fysieke leefomgeving
- bouwveiligheidsplan eisen bij bouwvergunning
- algemene regels opnemen in het omgevingsplan, zoals een verplichting om drainage aan te leggen
- zorgen voor extra pompcapaciteit
Voorbeelden maatregelen die door zowel gemeente als eigenaar kunnen worden getroffen:
- drainage aanleggen
- extra grindpalen aanleggen