Doelmatige werking van het zuiveringtechnisch werk en het vuilwaterriool
Een milieubelastende activiteit kan afvalwater via het vuilwaterriool afvoeren (lozing) of direct lozen op een zuiveringtechnisch werk (rwzi). Het af te voeren afvalwater mag het zuiveringsproces op het rwzi en het functioneren van het vuilwaterriool niet verstoren. Het bevoegde gezag beoordeelt daarom de effecten van de lozing op de doelmatige werking van het vuilwaterriool en de rwzi.
Op deze pagina
Wat u moet weten over de doelmatige werking van het zuiveringtechnisch werk (rwzi) en het vuilwaterriool:
- Toepassingsgebied
- Bevoegdheid beoordeling doelmatige werking
- Effecten doelmatigheid van het brengen van afvalwater op vuilwaterriool
- Specifieke zorgplicht voor het brengen van afvalwater op het vuilwaterriool
- Directe lozing op een rwzi
- Lozing toe te staan
Toepassingsgebied
Een openbaar vuilwaterriool is een voorziening voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater. Bij een zuiveringtechnisch werk gaat het om de zuivering van stedelijk afvalwater. Dergelijke installaties staan ook bekend als rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi).
Bedrijfsafvalwaterzuiveringsinstallaties (awzi) vallen buiten deze toelichting. Dergelijke installaties worden genoemd in het Bal zuiveringsvoorziening voor ingezameld of afgegeven afvalwater.
Bevoegdheid beoordeling doelmatige werking
Bij het afvoeren van afvalwater op een rwzi onderscheidt men lozingen (direct op de rwzi aangesloten) en milieubelastende activiteiten (via een vuilwaterriool op de hierop aangesloten rwzi):
- Het bevoegd gezag voor het rwzi beoordeelt de lozingen.
- Het bevoegd gezag voor het vuilwaterriool beoordeelt het brengen van het afvalwater op het vuilwaterriool. Het bevoegd gezag voor de rwzi adviseert hierbij.
Effecten doelmatigheid van het brengen van afvalwater op vuilwaterriool
In het vuilwaterriool wordt afvalwater meestal verdund doordat het mengt met ander afvalwater. Sommige verontreinigingen breken zelfs al voor een deel af in het vuilwaterriool. Andere stoffen zijn vluchtig en verdampen uit het afvalwater. Dit gaat niet altijd goed en daarom kijkt het bevoegde gezag naar zaken als:
- Wijkt de samenstelling van de afvalwaterstroom af van die van de gemiddelde samenstelling van stedelijk afvalwater?
- Wat is het aandeel van de afvalwaterstroom (vervuiling of debiet) in het totale aanbod van afvalwater op de zuivering (in de regel meer dan 10% van de capaciteit van de zuivering)?
- Is de afvalwaterstroom absoluut groot in vervuiling of debiet (meer dan 5.000 inwonersequivalenten (i.e.) of meer dan 500 m3/dag)?
- Gaat het om het brengen van een 'rioolvreemde' stof (bijvoorbeeld: doekjes, luiers, frituurvet, olie, afval en plastic) op het vuilwaterriool?
- Is er sprake van het brengen van 'dun water' (water met geringe hoeveelheid i.e. per m3 afvalwater) op het vuilwaterriool?
- Gaat het om stoffen die niet of nauwelijks biologisch afbreken of te verwijderen zijn?
- Gaat het om het brengen van mogelijk nitrificatieremmende stoffen op het vuilwaterriool? Dit kan zo zijn bij afvalwater vanuit bepaalde bedrijfstakken. Voorbeelden daarvan zijn:
- (petro)chemische industrie
- bedrijven die afvalstoffen be- en verwerken
- verf-, lak- en drukinktfabrieken
- vatenwasserijen en
- tank(auto)cleaningbedrijven)
- Wordt zout water op het vuilwaterriool gebracht? En leidt dit tot een lozing (uit de rwzi) op het oppervlaktewater van chloride met een gehalte hoger dan 150 mg/l)?
Specifieke zorgplicht voor het brengen van afvalwater op het vuilwaterriool
Voor het brengen van afvalwater op het vuilwaterriool geldt altijd de specifieke zorgplicht. Uit die bepaling komen de volgende vuistregels voor lozingen op het vuilwaterriool. Bij het brengen van afvalwater op het vuilwaterriool is:
- de temperatuur niet hoger dan 30°C
- de zuurgraad (pH-waarde) tussen 6,5 en 10
- de sulfaatconcentratie lager dan 300 mg/l
- geen kans op brand- of explosiegevaar
- het water niet door een beerput, rottingsput of septictank geleid
Uit de beoordeling kan blijken dat het nodig is om bedrijfsafvalwater voor de lozing op het vuilwaterriool te behandelen. Die behandeling moet erin voorzien dat de rwzi het bedrijfsafvalwater daarna zonder problemen kan verwerken.
Directe lozing op een rwzi
Als lozing op een zuiveringtechnisch werk plaatsvindt, is een omgevingsvergunning alleen mogelijk als de lozing de werking van de zuivering niet in gevaar brengt (artikel 8.88, lid 1, Bkl).
Lozing toe te toestaan
Heeft de aangevraagde lozing of milieubelastende activiteit geen schadelijke effecten op het vuilwaterriool en/of de hierop aangesloten rwzi? Dan staat het bevoegd gezag voor de riolering de lozing toe.
In de omgevingsvergunning komen de eisen voor het brengen van het afvalwater op het vuilwaterriool te staan. De eisen moeten altijd in overeenstemming zijn met de grootte van de effecten van de activiteit.
Ook voor particuliere stelsels
De genoemde voorwaarden voor het vuilwaterriool gelden niet alleen voor het gemeentelijk riool, maar ook voor een particulier stelsel. Daarbij maakt het niet uit of het particuliere stelsel aansluit op het gemeentelijk vuilwaterriool of direct aansluit op een rwzi.
De voorwaarden zijn namelijk bedoeld voor en de bescherming van het milieu, de rwzi én het rioolstelsel.