Kaderrichtlijn Water
De Kaderrichtlijn Water (KRW) is een Europese richtlijn die op 22 december 2000 van kracht werd. De doelstellingen van de KRW ondersteunen het realiseren en behouden van schoon en gezond oppervlaktewater en grondwater. De Europese lidstaten hebben gezamenlijk afgesproken dat uiterlijk in 2027 een goede toestand bereikt moet zijn.
Rijksoverheid, regionale overheden en verschillende sectoren zijn verantwoordelijk voor het bereiken en onderhouden van een goede waterkwaliteit. Een doorlopende verantwoordelijkheid, ook na 2027.
KRW-maatregelen zijn per stroomgebied beschreven in stroomgebiedbeheerplannen. Het KRW-impulsprogramma faciliteert aanvullende inspanningen om de waterkwaliteitsdoelen te realiseren.
Door inzicht te krijgen in de effecten en te werken aan oplossingen, kunnen er belangrijke stappen worden gezet om de waterkwaliteitsdoelen te behalen.
Met de tussenevaluatie KRW 2024 evalueren alle waterbeheerders of zij met het huidige beleid op koers liggen om eind 2027 aan de KRW te voldoen.
Om de voortgang van de waterkwaliteit te meten, worden de waterlichamen en de effecten van de KRW-maatregelen op verschillende manieren gemonitord.
In de KRW staan eisen voor de goede kwantitatieve toestand en de goede chemische toestand van grondwater. De Grondwaterrichtlijn vult de chemische aspecten voor grondwater verder in.
Verschillende Nederlandse en Europese richtlijnen en beleid dragen bij aan de uitvoering van de KRW of zijn eraan gerelateerd.