KRW in Omgevingswet en Besluit kwaliteit leefomgeving
De Rijksoverheid heeft de Kaderrichtlijn Water (KRW) omgezet in Nederlandse wet- en regelgeving. Dit staat in de Omgevingswet en in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Deze wet- en regelgeving is vertaald in landelijke beleidsuitgangspunten, kaders en instrumenten.
De doelstellingen binnen de KRW ondersteunen bij het realiseren en behouden van chemisch schoon en ecologisch gezond oppervlaktewater en grondwater.
Waterkwaliteitsbeheer in Nederland
De minister van Infrastructuur en Waterstaat is systeemverantwoordelijk voor de uitvoering van de KRW. De minister is dit mede namens de andere rijkspartijen. Er is nauw overleg met provincies, waterschappen en gemeenten. In onder andere het Bestuursakkoord Water Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) is de samenwerking in het waterbeheer en beleid tussen deze partijen vastgelegd. De KRW is een instrumentarium dat bijdraagt om de doelstellingen voor een goede watertoestand te behalen. Alle waterbeheerders in Nederland zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering van de KRW. Om het proces te versnellen is het KRW-impulsprogramma in 2023 opgericht.
In Nederland zijn Rijkswaterstaat en de waterschappen Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) de belangrijkste waterbeheerders. Rijkswaterstaat beheert de grote wateren, zoals zeeën en rivieren, terwijl de waterschappen verantwoordelijk zijn voor regionale wateren, zoals kanalen en poldervaarten. Beide stellen beheerplannen op om de waterkwaliteit in hun gebieden te waarborgen. Ze zorgen onder andere voor schoon water, een gezonde visstand en de zuivering van afvalwater.
Provincies hebben operationele taken, zoals het onttrekken van grondwater, en zijn volgens de Wet Bodembescherming verantwoordelijk voor de kwaliteit van het grondwater. In stedelijk gebied ligt die verantwoordelijkheid bij de gemeenten, die daarnaast zorgen voor de afvoer van afval- en regenwater via de riolering.
Verbeterverplichting en een achteruitgangsverbod van waterlichamen
Het KRW bevat een verbeterverplichting en een achteruitgangsverbod van de waterlichamen (afgebakend deel van een oppervlaktewater of grondwater dat wordt beheerd en gemonitord als één geheel binnen de KRW). De Europese lidstaten hebben gezamenlijk afgesproken dat uiterlijk in 2027 een goede toestand van de waterlichamen bereikt moet zijn. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen.
Oppervlaktewaterlichamen
Er zijn ongeveer 750 oppervlaktewaterlichamen in Nederland, die zowel aan chemische als ecologische eisen moeten voldoen.
Voor de chemische toestand zijn normen bepaald die voor heel Europa gelijk zijn. Voor de ecologische toestand worden per land en per waterlichaam eisen gesteld, binnen de Europese kaders.
De ecologische doelen worden vastgelegd in stroomgebiedbeheerplannen Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup), die elke 6 jaar worden herzien. Ecologische doelen bestaan uit biologische (planten en dieren), hydromorfologische (stroming en vorm) en chemisch-fysische (bijvoorbeeld meststoffen en temperatuur) doelen. Daardoor verschillen de ecologische doelen per type water. Voor regionale wateren zijn de waterschappen verantwoordelijk. Voor de rijkswateren zijn Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verantwoordelijk.
Grondwaterlichamen
Voor een grondwaterlichaam wordt de toestand op een andere manier bepaald. Er zijn ongeveer 23 grondwaterlichamen, waarvoor wordt gekeken naar chemische eisen en kwantiteitseisen. Er zijn ongeveer 12 doelen per grondwaterlichaam, die grotendeels door Europa zijn vastgesteld.
Voortgang
Waterlichamen moeten voor alle stoffen en parameters aan de doelen voldoen. In totaal gaat het om ongeveer 100.000 KRW-doelen in Nederland. In 2024 is 75% van de doelen bereikt. Maar in geen enkel waterlichaam zijn alle doelen bereikt (systematiek ‘one out, all out’). Om een goed beeld te krijgen van de toestand en om de juiste maatregelen te nemen, is er een uitgebreid meetprogramma. De resterende opgaven voor het behalen van de KRW-doelen zijn bijvoorbeeld de belasting door norm overschrijdende stoffen, onnatuurlijke inrichting, exoten en andere uitdagingen. Lees hier meer over bij KRW Opgaven.
Uitvoering van de KRW
De KRW vormt een belangrijke stimulans voor integraal waterbeheer, met een aanpak die gericht is op het niveau van stroomgebieden. Nederland is verdeeld in 4 internationale stroomgebieden: de Rijn, Maas, Schelde en Eems.
In elk van deze stroomgebieden werken provincies, gemeenten, waterschappen, Rijkswaterstaat en andere betrokkenen samen om zowel chemisch schoon als ecologisch gezond oppervlaktewater en grondwater te realiseren. De uitvoering van de KRW per stroomgebied is verder toegelicht op de pagina over stroomgebiedbeheerplannen. De samenwerking op internationaal niveau wordt hier ook kort uitgelegd.